29 984 Spoor: vervoer- en beheerplan

Nr. 861 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 september 2019

Hierbij zend ik uw Kamer mijn reactie op het bericht over toiletten in regionale treinen van De Telegraaf van 8 mei 2019, zoals verzocht door het lid Van Brenk (50PLUS) tijdens het plenaire Kamerdebat van 14 mei 2019 (Handelingen II 2018/19, nr. 81, item 19). Het ging in deze kwestie om de vraag of het niet aanbieden van een toilet in de trein een schending is van een mensenrecht. Op 20 mei 2019 heeft het College voor de Rechten van de Mens hierover uitspraak gedaan.

Het is belangrijk dat iedereen comfortabel met de trein kan reizen. Met NS, waarvoor ik concessieverlener ben, heb ik daarom afspraken gemaakt over toiletten in treinen. De decentrale overheden hebben als concessieverlener de verantwoordelijkheid om zelf invulling te geven aan hun regionale vervoerconcessie. In een aantal bestaande regionale concessies (iets meer dan 50%) is een toilet in de trein ook als verplichting opgenomen.

Uitspraak College voor de Rechten van de Mens

Zoals in het bovengenoemde artikel van De Telegraaf is vermeld, heeft het College voor de Rechten van de Mens (hierna; college) op 20 mei 2019 uitspraak gedaan over het wel of niet aanbieden van toiletten in de treinen van Arriva, Connexxion en Hermes (Breng). Het college heeft bepaald dat de vervoersaanbieders wettelijk gezien niet hebben gediscrimineerd en dat het niet verplicht is om toiletten in hun treinen aan te bieden. Het college komt tot dit standpunt omdat zij vindt dat het inbouwen van toiletten namelijk zou leiden tot een onevenredige financiële belasting voor de desbetreffende vervoersaanbieders. Wel heeft het college aan de provincie Gelderland, de concessieverlener, de aanbeveling gedaan om de aanwezigheid van toiletten in treinen als eis op te nemen in een volgende aanbesteding.

Afwegingen decentrale overheden

Het al dan niet aanbieden van toiletten in regionale treinen is een zelfstandige afweging die de gedeputeerde staten maken via het Programma van Eisen dat zij vervolgens voorleggen aan de provinciale staten. In deze afweging spelen vele facetten mee: bijvoorbeeld of er al toiletten op stations beschikbaar zijn, hoe lang de gemiddelde reistijd is en wat de kosten voor toiletten in (nieuwe) treinen zijn. De meeste treinen zonder toiletten rijden in het oosten van het land. De provincie Gelderland heeft aangegeven dat er op dit moment gewerkt wordt aan een Nota van Uitgangspunten voor het spoor in Overijssel en Gelderland. Hierin wordt bepaald wat de eisen zullen zijn bij de volgende ronde aanbestedingen.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer

Naar boven