29 936 Regels inzake de beëdiging van tolken en vertalers en de kwaliteit en de integriteit van beëdigde tolken en vertalers (Wet beëdigde tolken en vertalers)

Nr. 40 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 november 2015

In de regeling van werkzaamheden van 6 oktober jl. (Handelingen II 2015/16, nr. 10, item 25) heeft het lid Voortman gevraagd om een brief over het niet meer inzetten van twee Eritrese tolken bij de IND. Met deze brief voldoe ik aan dit verzoek.

De IND heeft in 2014 onderzoek laten uitvoeren naar de twee Eritrese tolken. Uit het onderzoek is gebleken dat zij zelf niet in verband kunnen worden gebracht met het Eritrese regime. Dit heb ik dan ook in mijn antwoord van 12 juni jl. op vragen van het lid Voortman van 22 mei 2015 (Aanhangsel Handelingen II 2014/15, nr. 2554) aan uw Kamer aangegeven. Na de publicatie van de beantwoording van de Kamervragen is opnieuw een artikel verschenen over dit onderwerp. De informatie in dit artikel was aanleiding voor de IND om opnieuw onderzoek in te stellen. Hangende het onderzoek heeft de IND geen gebruik meer gemaakt van de tolken.

Uit het laatste onderzoek kwam ten opzichte van het eerste onderzoek nieuwe informatie naar voren, waardoor er sprake was van een sterke schijn van betrokkenheid bij het regime. De IND heeft hierop een nieuwe afweging gemaakt die ertoe heeft geleid dat de IND geen gebruik meer maakt van de twee Eritrese tolken.

In het interview in het NRC heeft het hoofd van de IND bevestigd dat er geen gebruik meer wordt gemaakt van de twee tolken. Hij heeft verder uitgelegd hoe de IND te werk gaat om de onafhankelijkheid van tolken te waarborgen. Voor de IND is het noodzakelijk dat zij omstandigheden creëert waarin asielzoekers in volledige vrijheid kunnen verklaren.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, K.H.D.M. Dijkhoff

Naar boven