29 911 Bestrijding georganiseerde criminaliteit

Nr. 308 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 mei 2021

In het Notaoverleg Politie van 3 februari jl. (Kamerstuk 29 628, nr. 1005) heb ik toegezegd uw Kamer nader te informeren over de taak, opzet en doorontwikkeling van het Multidisciplinair Interventieteam (MIT). Middels deze brief doe ik deze toezegging gestand.

De opgave, ambitie en doelstelling van het MIT

Met het nietsontziende geweld en de exorbitante bedragen die omgaan in de drugshandel, vormt de georganiseerde, ondermijnende criminaliteit een bedreiging voor de nationale veiligheid en de democratische rechtsorde1. De afgelopen jaren is er, mede door een verbeterde samenwerking, veel succes geboekt in de strijd tegen georganiseerde, ondermijnende criminaliteit. Ieder voor zich én in verschillende vormen van samenwerking hebben overheidspartijen aansprekende resultaten geboekt: van het oprollen van Crystal Meth laboratoria tot de Nederlandse bijdrage aan verschillende internationale opsporingsonderzoeken waarmee de versleutelde communicatie tussen criminelen is blootgelegd (Ennetcom, Encrochat, Sky ECC).

Om de georganiseerde, ondermijnende criminaliteit de komende jaren verder terug te dringen en Nederland minder aantrekkelijk te maken voor de vooral internationaal georganiseerde criminaliteit, is meer nodig. De aanpak van ondermijning is al lang niet meer alleen een strafrechtelijke aangelegenheid, maar heeft overheid breed prioriteit. Vanuit Douane, Belastingdienst, Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (FIOD), KMar/Defensie, politie en OM is er behoefte aan een integrale aanpak op landelijk en internationaal niveau. Het MIT vormt die aanvulling op de bestaande aanpak en vervult een vliegwielfunctie voor innovatie en samenwerking. Het MIT voorziet in een door alle deelnemende organisaties geformuleerde behoefte.

Doelstelling van het MIT is het blootleggen en duurzaam verstoren van criminele structuren, bedrijfsprocessen en verdienmodellen, die verweven zijn met of misbruik maken van legale structuren en de legale economie. Het MIT richt zich specifiek op die vormen van de (inter)nationale georganiseerde, ondermijnende criminaliteit die een bedreiging vormen voor de democratische rechtsorde en de nationale veiligheid.

Wat doet het MIT en wat gaat het MIT doen?

Het MIT zal de manier waarop criminele netwerken en hun facilitators opereren en misbruik (kunnen) maken van legale sectoren in Nederland en in het buitenland inzichtelijk maken en blootleggen en vervolgens met behulp van de juiste partners bestrijden en verstoren. Wanneer criminelen hun werkwijze aanpassen, past het MIT de interventies aan. Het MIT zal op een proactieve, wendbare, multidisciplinaire en data-gedreven modus opereren op nationaal en internationaal niveau. Het MIT zal dus kort gezegd systemische bedreigingen (1) in kaart brengen d.m.v. integrale data-analyse, en (2) deze (laten) verstoren en bestrijden d.m.v. interventies. Interventies kunnen zowel gepleegd worden door medewerkers van de deelnemende organisaties aan het MIT op basis van hun bestaande wettelijke taken en bevoegdheden als door andere relevante partijen op advies van het MIT.

Korte termijn/ huidige situatie

Gegevensdeling en operationeel samenwerkingsverband

Het MIT functioneert als samenwerkingsverband op het gebied van gegevensverwerking en operationele activiteiten. Doel hiervan is:

  • Deling van informatie, kennis en expertise.

  • Coördinatie en overzicht om tot betere keuzes voor interventies te komen, met meer effect.

  • (Laten) plegen van effectieve operationele interventies.

Terwijl de operationele capaciteiten – waaronder de inrichting van een datawarehouse – volgens plan worden opgebouwd, wordt reeds gewerkt in multidisciplinaire teams. Deze worden nu nog vooral gevuld met professionals uit de verschillende deelnemende organisaties. Zij werken vanuit hun bestaande wettelijke taken en bevoegdheden operationeel samen. Het MIT zal gebruik maken van de gegevens en inzichten die beschikbaar zijn bij de moederorganisaties. De gezamenlijke gegevensverwerking vindt plaats op basis van een convenant dat binnenkort wordt vastgesteld.

Operationele werkzaamheden MIT

Het MIT start in de komende maand met 6 operationele trajecten:

  • 1) Aanpak financiële facilitators – twee teams

    Deze richten zich onder andere op de vermenging van onder- en bovenwereld, zoals misbruik van het reguliere financiële stelsel en de trustsector en »Trade Based Money Laundering» en investeringen in de vastgoedsector.

  • 2) Aanpak logistieke facilitators – twee teams

    Logistieke en organisatorische systemen die gebruikt worden voor de smokkel van drugs via mainports worden in kaart gebracht. Hierbij richten teams zich op de cruciale rollen en op cruciale locaties, knooppunten en internationale logistieke schakels.

  • 3) Intelligence – twee teams

    Het MIT richt zich op specifieke intelligence vraagstukken die verband houden met de systemische benadering van georganiseerde criminaliteit.

Opbouw MIT-organisatie

De inrichting van het MIT is inmiddels in volle gang: er werken nu ongeveer 70 fte, voorzien is dat eind 2021 ca 130 fte in en/of voor het MIT werken, eind 2022 ca 240 fte en eind 2023 het totale aantal van 300 a 400 fte is bereikt. Het inrichten van een innovatief werkend, specialistisch en multidisciplinair team van deze omvang is een complex proces. Het werven van de benodigde, schaarse expertise vergt tijd. Er is bewust gekozen voor een gefaseerde meerjarige opbouw. Daarmee kan beter geborgd worden dat het werven van dergelijke expertise niet een te grote wissel trekt op de bestaande organisaties.

Waar gaan we naar toe: MIT met eigen bevoegdheden

Het MIT zal onder meer door de start van de zes operationele trajecten al op korte termijn een bijdrage leveren aan de inspanningen om de ondermijnende criminaliteit aan te pakken. De vólle potentie van het MIT kan worden verwezenlijkt zodra het een zelfstandige entiteit is geworden op basis van een wettelijke regeling met eigen bevoegdheden. Naast de hierboven toegelichte operationele werkzaamheden en samenwerking zal het MIT daarmee bevoegdheden krijgen op het gebied van de (zelfstandige) informatieverwerving en informatieverwerking. Hierin zit het meest vernieuwende van het MIT: dat er op basis van toegang tot en eigen verwerving van relevante gegevens proactief hoogwaardige systeemgerichte analyses en integrale informatiebeelden kunnen worden gemaakt over criminele systemen die een bedreiging (kunnen gaan) vormen voor de Nederlandse rechtsstaat. Niet alleen met gegevens verkregen door opsporingsdiensten, maar ook met gegevens die andere diensten van de overheid vanuit haar wettelijke taak verzamelt en genereert.

Met deze aanpak moet het MIT uiteindelijk in staat zijn het onderliggende systeemniveau van patronen en kwetsbaarheden in zowel de legale infrastructuur als van criminele organisaties bloot te leggen en relevante partijen, zowel de partners in het MIT als daarbuiten, daarover waar mogelijk te informeren. Zo kan er meer geacteerd worden op basis van dreigingen en niet-zichtbare criminaliteit. Zodat op basis van de inzichten in de patronen voorspeld kan worden hoe criminele netwerken reageren en veranderen na het plegen van interventies.

Dit zal het handelingsperspectief van de overheid in de strijd tegen de georganiseerde, ondermijnde criminaliteit aanzienlijk verruimen en verkleint de speelruimte van criminelen. Om dit te realiseren, is nieuwe wetgeving nodig, waarin zowel de bevoegdheden als de waarborgen goed zijn vastgelegd. Op dit moment wordt bezien hoe dit kan worden vormgegeven. In het wetgevingstraject zullen de ervaringen die het MIT opdoet worden meegenomen waarbij wordt geëvalueerd hoe de operationele samenwerking verloopt en of er ook ten aanzien van interventies aanvullende bevoegdheden benodigd zijn.

Tot slot

De schriftelijke vragen van het lid Yeşilgöz-Zegerius over het MIT (ingezonden 11 februari 2021) beantwoord ik apart en in mijn reguliere brieven over de aanpak ondermijning houd ik uw Kamer blijvend op de hoogte van de voortgang van de inrichting van het MIT.

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus


X Noot
1

Nationale Veiligheidsstrategie 2019, Kamerstuk 30 821, nr. 81.

Naar boven