29 862 Nationaal Zeehavenbeleid

Nr. 56 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 juli 2018

Bij deze informeer ik u, mede namens de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, over de uitvoering van de motie van het lid Sjoerdsma over het aanstellen van een speciale havenambassadeur (Kamerstuk 34 550 V, nr. 31). Naar aanleiding van de motie heeft een uitgebreid consultatieproces plaatsgevonden met de verschillende ministeries (I&W, EZK en BZ), verschillende havenautoriteiten en de vertegenwoordigers van de Nederlandse maritieme sector. Uit de consultaties is voortgekomen dat er geen bijzondere behoefte bestaat voor het aanstellen van een speciale havenambassadeur. Volgens de maritieme sector beschikt men over voldoende mogelijkheden om de belangen van de havens te behartigen. De sector onderschrijft echter wel het belang van de vertegenwoordiging van hun belangen op hoog niveau, maar wil per situatie bekijken wie hiervoor het meest geschikt is om zo beter aan de specifieke omstandigheden en behoeften, van zowel het bedrijfsleven als het betrokken land, tegemoet te komen.

Deze zienswijze is ook opgenomen in het Werkprogramma Maritieme Strategie 2018–20211. Op 22 januari 2018 is het Werkprogramma Maritieme Strategie naar uw Kamer gegaan (Kamerstuk 31 409, nr. 184). In deze Strategie is het volgende opgenomen over de aanstelling van een speciale ambassadeur: «Dat initiatief [van de motie] wordt verbreed naar de gehele maritieme cluster en wordt ingevuld door samen met de maritieme sector steeds te bezien op welk niveau Nederland in het buitenland het maritieme belang kan vertegenwoordigen en niet te kiezen voor één vaste functionaris.

Zodoende kan ingespeeld worden op de specifieke omstandigheden en behoeften van zowel het bedrijfsleven als het desbetreffende land. Concreet kan het gaan om diverse acties, bijvoorbeeld de inzet van bewindspersonen bij inkomende en uitgaande bezoeken, steun aan consortiumvorming, gerichte inzet van onze posten in het buitenland en detacheringen.» Met deze passage beschouw ik de motie als voldaan.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven