29 700
Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met het stellen van een inburgeringsvereiste bij het toelaten van bepaalde categorieën vreemdelingen (Wet inburgering in het buitenland)

nr. 47
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR WONEN, WIJKEN EN INTEGRATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 juli 2007

In mijn brief van 5 juli jl. (Kamerstuk 2006–2007, 29 700, nr. 46) heb ik aangegeven dat ik bereid ben aan de vraag van Uw Commissie tegemoet te komen om de leden van de toenmalige resonansgroep te benaderen en hen te vragen of ze bereid en in staat zijn te onderzoeken in hoeverre het onderzoek naar de zak-/slaaggrens zorgvuldig is uitgevoerd en daarmee de conclusie gerechtvaardigd is dat deze grens te soepel is ingesteld. Bij deze informeer ik u over de voortgang. Voorts informeer ik u, als toegezegd in de brief van 2 juli jl. (Kamerstuk 2006–2007, 29 700, nr. 43) over de consequenties van het TNO-onderzoek voor de zak-/slaaggrens voor de Toets Gesproken Nederlands in het kader van de Wet inburgering en de naturalisatie.

Instelling onderzoek

Ik heb drie van de voormalige leden van de resonansgroep benaderd. Zij geven aan dat zij niet kunnen voldoen aan mijn verzoek om de kwaliteit van het onderzoek naar de zak-/slaaggrens van de Toets Gesproken Nederlands in het kader van het basisexamen in het buitenland te toetsen. Zij geven hiervoor de volgende redenen aan.

In de eerste plaats ontbreekt het de leden aan tijd om tot een goed onderbouwd oordeel te kunnen komen. Voorts geven de leden aan ten aanzien van het instrument een zodanige voorgeschiedenis te hebben dat het moeilijk is om met een objectief oordeel te komen. Zij geven aan forse kritiek te hebben op verschillende aspecten van het instrument waar naar hun mening tijdens de ontwikkelfase onvoldoende mee gedaan is. Dat zou hun oordeel ten aanzien van de zak-/slaaggrens negatief kunnen kleuren.

De leden van de resonansgroep hebben mij geadviseerd contact op te nemen met prof. dr. P. F. Sanders, toekomstig directeur van het Research Center voor Examinering en Certificering. Het RCEC is gelieerd aan het Cito. Hem heb ik bereid gevonden het onderzoek uit te voeren, samen met nog één of twee deskundigen. Ik heb hem gevraagd zo spoedig mogelijk met dit onderzoek aan te vangen.

Consequenties van het TNO onderzoek voor de Toets Gesproken Nederlands in het kader van de Wet inburgering en de naturalisatie

Voor de inburgering in Nederland en de naturalisatie op zowel de posten als in Nederland wordt gebruikgemaakt van dezelfde toets Gesproken Nederlands als die in het kader van de Wet inburgering in het buitenland (Wib). Zowel TNO als het Consortium onder leiding van Cinop hebben aangegeven dat de onjuiste instelling van de cesuur betrekking heeft op alle niveaus. Dit betekent dat ook de zak-/slaaggrens voor het A2-niveau moet worden aangepast.

Gezien de reacties van de deskundigen en het voorkomen van rechtsongelijkheid moet de zak-/slaaggrens voorde inburgering en de naturalisatie op dezelfde datum worden aangepast als voor de inburgering in het buitenland. Kandidaten zullen daarom vanaf 1 december met de nieuwe zak-/slaaggrens op het afgesproken A2-niveau worden beoordeeld. Analoog aan de regeling voor de Wib wordt ook hier de datum van 15 september gehanteerd als uiterste datum waarop kandidaten nog gegarandeerd onder de oude zak-/slaaggrens vallen. Zij moeten zich wel vóór deze datum hebben ingeschreven en hebben betaald. Ik zal de communicatie hierover direct starten.

De minister voor Wonen, Wijken en Integratie

C. P. Vogelaar

Naar boven