29 700
Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met het stellen van een inburgeringsvereiste bij het toelaten van bepaalde categorieën vreemdelingen (Wet inburgering in het buitenland)

nr. 29
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR VREEMDELINGENZAKEN EN INTEGRATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 juni 2005

Tijdens de behandeling van het wetsvoorstel Inburgering in het buitenland in uw Kamer heb ik toegezegd in mei het wetenschappelijke valideringsrapport aan de Kamer te zullen doen toekomen. In het proces dat voor dit rapport wordt uitgevoerd staat nog een aantal vragen open.

Ik meen – en ik heb dat tijdens de behandeling van het wetsvoorstel ook gezegd – dat ten aanzien van dit inburgeringsexamen de grootst mogelijke zorgvuldigheid is geboden, juist om eventuele problemen bij de uitvoering zoveel mogelijk te voorkomen. De kwaliteit van het inburgeringsexamen moet daarom ook goed en zorgvuldig onderzocht zijn. Ik zal het rapport naar verwachting in het zomerreces aan uw Kamer kunnen aanbieden. Ik meen dat ik daarmee mijn toezegging aan uw Kamer gestand doe dat bij de invoering van de Wet Inburgering Buitenland zorgvuldigheid voorop staat.

De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie,

M. C. F. Verdonk

Naar boven