Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 31 januari 2024
Naar aanleiding van twee moties over nachtelijke watertaxidiensten op de Waddenzee,
wordt uw Kamer met deze brief geïnformeerd over de stand van zaken van de uitvoering
van deze moties. Het dossier nachtelijke watertaxidiensten wordt verder betrokken
bij de Kabinetsreactie op het Ovv-onderzoek «Aanvaring in het Schuitengat».
Ingediende moties
In de motie De Hoop1 wordt de regering verzocht om haast te maken met het overleg met onder meer de watertaxibedrijven
en gemeenten om te kijken naar uitbreiding van de lijst met uitzonderingen (wanneer
’s nachts wél harder dan 20 km/u mag worden gevaren met een snelle motorboot), en
om binnen de wet naar oplossingen te zoeken om nachtelijke watertaxidiensten naar
de Waddeneilanden in stand te houden en de Kamer op de hoogte te stellen van de uitkomsten.
Op 30 mei 2023 is hierover een brief gestuurd aan de Tweede Kamer en is toegezegd
om u in aanloop naar het volgende Commissiedebat Maritiem opnieuw te informeren2.
De motie Van der Plas3 verzocht de regering om alles op alles te zetten om te voorkomen dat nachtelijk vervoer
vanaf Ameland vervalt en in overleg met watertaxibedrijven en gemeenten van de Wadden
mogelijkheden tot generieke ontheffing bij nachtelijk varen voor gespecificeerde diensten
te onderzoeken. Op die motie is een eerste reactie gegeven in de brief van 18 januari
jl.4
Stand van zaken
In de Kamerbrief van 30 mei jl. is toegezegd met betrokken partijen in overleg te
treden om overeenstemming te bereiken over een gezamenlijke richtlijn en gedragscode
over de uitzonderingssituaties op de snelheidsbeperking, de daarbij geldende randvoorwaarden
en aanvullende afspraken over waar de bemanning in die uitzonderingssituaties aan
moet voldoen. Conform mijn eerdere brieven aan uw Kamer was de insteek om de geldende
uitzonderingsgevallen nader te concretiseren en zo de uitvoeringspraktijk meer handen
en voeten te geven.
Met die insteek heeft Rijkswaterstaat de afgelopen maanden op ambtelijk niveau gesprekken
gevoerd met vertegenwoordigers van de gemeenten, Veiligheidsregio, de Regionale Ambulance
Voorziening en watertaxi-ondernemers. In deze gesprekken waren de partijen het eens
over de hoofdlijnen van de uitzonderingen. Over de exacte interpretatie daarvan is
het overleg nog gaande. Dit zal de komende tijd, ook op bestuurlijk niveau en in de
volle breedte van het Waddengebied, worden voortgezet. Het streven is daarbij om,
binnen de wettelijke mogelijkheden, tot een gedeeld beeld te komen over een eventueel
bredere interpretatie van de uitzonderingsgevallen.
Relatie motie en Ovv rapport
Intussen is ook het onderzoek «Aanvaring in het Schuitengat» van de Ovv naar de toedracht
van de aanvaring tussen de Tiger en de Stormloper gepubliceerd. De Kamer is daarover
op 6 december 2023 geïnformeerd5. Vanwege de overlap en de samenhang tussen de motie de Hoop en dit Ovv-onderzoek
wordt dit onderwerp vanaf dit moment dan ook betrokken bij de Kabinetsreactie op het
Ovv-onderzoek, die de Kamer binnen zes maanden kan verwachten. Daarmee zal de achterliggende
vraag en problematiek de komende tijd nog volop aan de orde komen.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
M.G.J. Harbers