29 675 Zee- en kustvisserij

29 664 Binnenvisserij

Nr. 93 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 31 maart 2010

Ik heb met uw Kamer gesproken over het recreatief vissen met beroepsvistuigen in de kustwateren tijdens het Wetgevingsoverleg visserij (16-11-2009 (Kamerstuk 32 123 XIV, nr. 63)) en het Algemeen Overleg (AO) over binnenvisserij (03-02-2010 (Kamerstuk 29 664, nr. 97)). Mijn voornemen om het recreatieve gebruik van beroepsvistuigen te verbieden vanaf 1 januari 2011 is gebaseerd op bestandsoverwegingen (aal en andere vissoorten). De Visserijwet 1963 geeft mij hiertoe de bevoegdheid. De maatregel dient tevens als invulling van de motie Jacobi (Kamerstukken II 2008/09 29 675, nr. 77). Met dit verbod ontstaat er een eenduidig en generiek beleid in de kustwateren, de visserijzone en in de binnenwateren waarbij het vissen met beroepsvistuigen voorbehouden wordt aan de beroepssector.

Uw Kamer heeft mij tijdens het AO Binnenvisserij van 3 februari gevraagd om het verbod op het recreatief vissen met staandwant in het Waddengebied te heroverwegen. Ik heb toegezegd de materie nog eens goed te bekijken, waarbij het voor mij van belang blijft de visserijdruk en de administratieve lasten te verlagen, en illegale handel in vis te voorkomen. Daarnaast mag een eventueel alternatief niet tot extra handhavinglasten voor de AID leiden, en passen binnen de Europese kaders.

Ik heb dit onderwerp op 4 maart jl. met gedeputeerde Hollenga van de provincie Groningen besproken. Er is afgesproken dat, binnen bovengenoemde kaders, de mogelijkheid onderzocht wordt om te komen tot een generieke oplossing die regionaal gedragen, uitgevoerd en gehandhaafd wordt. Deze oplossing zal het op beperkte schaal recreatief vissen met staandwant langs de Nederlandse kust mogelijk moeten maken. Uiteraard zal een oplossing moeten passen binnen de geldende Europese en nationale wetgeving en beleidskaders. Het is daarom van belang dat er tijdig duidelijkheid komt, zodat er voldoende tijd rest voor een juiste juridische inpassing. Anders blijft mijn reeds in de regelgeving opgenomen generieke verbod met ingang van 1-1-2011 gehandhaafd.

Met deze brief heb ik tevens invulling gegeven aan uw verzoek (2010Z03732/2010D13833) inzake de aangenomen motie door de gemeenteraad van Ferwerderadiel over de recreatieve kustvisserij.

De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

G. Verburg

Naar boven