29 675 Zee- en kustvisserij

Nr. 201 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 mei 2021

Met deze brief bied ik u, mede namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OvV) «Kapseizen en zinken viskotters – lessen uit de voorvallen met de UK-165 Lummetje en de UK-171 Spes Salutis» aan1. Dit rapport is op 26 mei 2021 gepubliceerd.

Achtergrond

Op donderdag 28 november 2019 verging de kotter UK-165 Lummetje nabij Texel. Bij dit noodlottige ongeval kwamen beide opvarenden om het leven. Op woensdag 9 december 2020 kapseisde en zonk de kotter UK-171 Spes Salutis ten noorden van Schiermonnikoog. De drie opvarenden konden zich in veiligheid brengen. Naar aanleiding van beide voorvallen is de OvV een onderzoek gestart.

Onderzoeksrapport

In het rapport doet de OvV zes aanbevelingen waarvan er drie aan mij zijn gericht. Deze luiden:

Aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat:

  • 1. Erken dat asymmetrische beladingstoestanden op boomkorkotters geregeld voorkomen en dat de stabiliteit beduidend ongunstiger kan zijn dan in symmetrische beladingstoestanden. Bereken en beoordeel daarom de stabiliteit in asymmetrische beladingstoestanden ten behoeve van het certificeringstraject, zoals voorgeschreven in de wet.

  • 2. Zorg dat volledig uitvoering wordt gegeven aan de wettelijke verplichting om beladingstoestanden met een ongunstige invloed op de stabiliteit op te nemen in het stabiliteitsboek en deze te voorzien van gerichte instructies. Doe dit door in het stabiliteitsboek ook asymmetrische beladingstoestanden op te nemen. Betrek de visserijsector bij het opstellen van die gerichte instructies.

  • 3. Onderzoek hoe groot het veiligheidsrisico van kapseizen en zinken van viskotters door gevaarlijke asymmetrische beladingstoestanden binnen de gehele Nederlandse kottervloot is. Onderzoek dit voor alle viskotters, ongeacht de lengte. Neem maatregelen om dit veiligheidsrisico tegen te gaan.

Tevens heeft de OvV nog drie andere aanbevelingen gedaan aan de Stichting Sectorraad Visserij, aan de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs en Bedrijfsleven en aan Netherlands Maritime Technology.

De OvV heeft in het kader van dit onderzoek eerder een tussentijdse waarschuwing doen uitgaan naar de visserijsector. Ik heb u daarvan op 9 april jl. per brief op de hoogte gebracht2. Zoals ik toen al meldde, hebben de Minister van LNV en ikzelf ons beider netwerken in de sector gebruikt om de waarschuwing van de OvV zo breed mogelijk te verspreiden. De ILT heeft inmiddels in een periodiek voortgangsoverleg met de Stichting Sectorraad Visserij de conclusies van het concept-onderzoeksrapport nader besproken.

Ik dank de OvV voor het definitieve rapport en de gedane aanbevelingen. Zoals al aangegeven in de brief van 9 april jl., onderken ik het belang van meer aandacht voor asymmetrische beladingstoestanden op boomkorkotters en de gevolgen die deze kunnen hebben voor de stabiliteit van het schip. Ik zal, aan de hand van de aanbevelingen van het OvV, het gesprek met de sector voortzetten om na te gaan hoe de door de OvV genoemde risico’s kunnen worden verminderd.

Ik zal uw Kamer, conform de Rijkswet Onderzoeksraad voor Veiligheid, binnen een half jaar informeren over de voortgang van dit proces.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

Kamerstuk 29 675, nr. 199

Naar boven