29 665 Evaluatie Schipholbeleid

Nr. 371 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 mei 2019

Naar aanleiding van de aangehouden motie (Kamerstuk 29 665, nr. 313) van de leden Bruins en Paternotte, ingediend op 15 mei 2018, waarover in het VAO van 22 mei 2019 is aangegeven dat deze in stemming zal worden gebracht, bericht ik u als volgt. De motie constateert dat de ontwerpen voor routes van en naar Lelystad Airport recent op een aantal punten zijn verbeterd, maar dat een aantal knelpunten en onzekerheden is blijven bestaan, en verzoekt de regering op een drietal punten om verbetering respectievelijk continuering van de inmiddels bereikte verbeteringen, ook na de luchtruimherziening. Hieronder ga ik kort in op de verzoeken.

Naar aanleiding van het verzoek om een acceptabele oplossing te vinden voor de situatie nabij de woonkern Wezep, kan ik meedelen dat mijn ministerie en de luchtverkeersleidingen LVNL en CLSK het afgelopen jaar in samenwerking met de betrokken gemeenten een aantal varianten hebben ontwikkeld met als doel het overvliegen van bebouwd gebied zoveel mogelijk te vermijden. Ik ben verheugd dat het is mogelijk gebleken om tot een verbetering te komen. Alle varianten leiden tot een substantiële vermindering van het aantal inwoners onder de routes ten opzichte van het huidige ontwerp. Aangezien ook lokale en regionale afwegingen een rol spelen, hecht ik aan advies van betrokken gemeenten. Het overleg daarover is nog gaande. Mede op basis daarvan zal ik een besluit nemen en uw Kamer daarover informeren.

Naar aanleiding van het verzoek ervoor zorg te dragen dat de routes nabij Zwolle zo veel mogelijk de wijk Stadshagen blijven ontzien, kan ik het volgende aangeven. Vorig jaar is het mogelijk gebleken aanpassingen te doen zodat inkomend verkeer op minimaal 5.000 voet Zwolle-Stadshagen zal passeren. Eerder heb ik toegezegd dat bij de luchtruimherziening een oplossing zal worden gezocht die minimaal gelijk is aan 5.000 voet. De uitbreiding van de wijk is niet van invloed op het huidige ontwerp.

Naar aanleiding van het verzoek om de situatie boven het Vechtdal, die verbeterd is met het introduceren van een glijvlucht, niet te laten verslechteren na de herindeling van het luchtruim, kan ik mededelen dat dit bij de luchtruimherziening de inzet is, onder andere door het werken met Continuous Climb Operations respectievelijk Continuous Descent Approaches.

Gezien het bovenstaande beschouw ik de motie als ondersteuning van mijn beleid en wil ik het oordeel aan uw Kamer laten.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

Naar boven