Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 augustus 2019
In het AO Politie van 4 juni 2019 (Kamerstuk 29 628, nr. 894) heb ik toegezegd uw Kamer te informeren over de uitkomsten van de gesprekken omtrent
politie-inzet in de gemeente Westerwolde/Ter Apel. Dit naar aanleiding van een toezegging
aan het lid Van Dam (CDA).
Op 24 juni jl. heb ik gesproken met de verantwoordelijk regioburgemeester van de Eenheid
Noord-Nederland, de heer Den Oudsten, en de burgemeester van Westerwolde, de heer
Velema over politiecapaciteit in de regio.
Het was een constructief gesprek. Burgemeester Velema heeft de zorgen van de inwoners
van Westerwolde in dit gesprek toegelicht en ik heb goede nota van die zorgen genomen.
Zoals tevens besproken met uw Kamer heb ik aangegeven dat zaken met betrekking tot
de lokale veiligheid en verdeling van de sterkte binnen de Eenheid eerst en vooral
in de lokale driehoek onderwerp van gesprek dient te zijn. De regioburgemeester heeft
daarop aangegeven dat, als de politiechef dat tevens noodzakelijk acht, Westerwolde
binnen de eenheid Noord-Nederland bijstand zal ontvangen. De korpschef heeft mij inmiddels
bericht dat binnen de Eenheid Noord-Nederland 5 politieagenten extra zijn vrijgemaakt
ten behoeve van de gemeente Westerwolde.
Ik ga ervan uit dat met deze herschikking binnen de Eenheid er voldoende politiecapaciteit
in Westerwolde beschikbaar is om de zorgen van de inwoners van Westerwolde – die samenhangen
met overlastvraagstukken op en rond het AZC Ter Apel – de aandacht te geven die het
verdient.
De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus