29 628 Politie

Nr. 840 MOTIE VAN HET LID VAN DAM

Voorgesteld 12 december 2018

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het democratisch toezicht op het beheer van de politie in handen van de Tweede Kamer ligt;

constaterende dat de begroting van de politie geen onderdeel uitmaakt van de begrotingswet van het Ministerie van Justitie en Veiligheid, doch als bijlage daarbij aan de Tweede Kamer wordt aangeleverd;

overwegende dat de Tweede Kamer daarmee effectief geen recht van amendement kan uitoefenen en ten beste door middel van algehele afkeuring van de begroting dan wel door middel van moties wijzigingen in het politiebudget kan initiëren;

constaterende dat de Algemene Rekenkamer bij herhaling heeft aangegeven dat ten aanzien van de politie de bestuurlijke bevoegdheid van de Minister en de financiële uitwerking daarvan niet op elkaar aansluiten;

verzoekt de regering, advies in te winnen bij de Raad van State op welke wijze het democratisch toezicht – in het bijzonder het budgetrecht van de Tweede Kamer – op de besteding van middelen ten behoeve van de politie kan worden versterkt, inclusief de vraag of hier noodzaak toe is,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Dam

Naar boven