29 628 Politie

Nr. 644 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 juni 2016

In augustus 2015 werd Linda van der Giesen op het parkeerterrein van het Twee Steden ziekenhuis in Waalwijk doodgeschoten. Een ex-partner is de verdachte in deze zaak. Voor de nabestaanden moet haar overlijden nog dagelijks een groot gemis betekenen. Na het overlijden van mevrouw Van der Giesen bleek dat zij in de weken voorafgaand aan haar dood meerdere malen contact heeft gezocht met de politie omdat zij zich erg onveilig voelde door bedreigingen die haar ex-partner aan haar adres deed. Zij vermoedde dat hij bezig was met het verkrijgen van een wapen. Dat vermoeden heeft zij aan de politie gemeld.

De vragen die rezen na haar overlijden over haar voorgaande contacten met de politie zijn allereerst diepgravend onderzocht door de politie zelf. Het feitenrapport van politie is bovendien beoordeeld door een onafhankelijke commissie onder leiding van de heer Eenhoorn. De regioburgemeester, de hoofdofficier van justitie en de politiechef van de eenheid Zeeland-West-Brabant hebben in de dagen na het overlijden van mevrouw Van der Giesen direct maatregelen getroffen om te bewerkstelligen dat in soortgelijke gevallen van bedreiging direct een interventie gepleegd wordt. Er is direct strakker gestuurd op het inzetten van beschikbare instrumenten, zoals het houden van een stopgesprek met de dreiger, aanhouding, doorzoeking van de woning of een huisverbod. Het uitgangspunt is dat de kans op herhaling zo klein mogelijk wordt gemaakt.

Als bijlagen bij deze brief zend ik u conform uw verzoek de twee rapporten over dit incident: het feitenrapport van de politie en het onderzoeksrapport van de commissie Eenhoorn1.

De commissie Eenhoorn trekt een aantal conclusies en doet aanbevelingen voor de eenheid (de regioburgemeester, de hoofdofficier en de politiechef), de nationale politie en het Openbaar Ministerie. De belangrijkste conclusies uit het rapport zijn:

  • De aangifte van Linda van der Giesen had, in combinatie met de overige informatie, moeten leiden tot (grote) urgentie en een (snelle) interventie in deze zaak.

  • Er is sprake van een ingewikkeld, bureaucratisch en gefragmenteerd werkproces rondom het doen van aangifte. In dreigingszaken ontstaat daardoor het risico dat de focus teveel gaat in de richting van een goede en succesvolle strafrechtelijke afhandeling in plaats van naar de meest adequate interventie in het belang van de aangever.

  • In dreigingszaken laat zich een gebrek voelen aan eenduidig eigenaarschap en regie binnen de politie.

  • De ontsluiting van politiegegevens verloopt niet optimaal. Dit komt onder meer door beperking van autorisaties onder politiemedewerkers.

  • Afspraken met betrekking tot huiselijk geweld worden niet altijd (geheel) nagekomen, instructies en protocollen zijn lastig te vinden en het totaal aan protocollen is te omvangrijk.

Reactie op het rapport

Cases als stalking- en dreigingssituaties van ex-partners zijn zeer complex, zeker door de veelheid aan verschijningsvormen. De conclusies van de commissie Eenhoorn zijn stevig. Het zijn conclusies die bij mij de vraag hebben opgeroepen of een soortgelijk incident elders in het land ook zou kunnen gebeuren. Daarom heb ik de korpschef gevraagd een onderzoek te starten om te bezien in hoeverre de genoemde knelpunten uit het rapport Eenhoorn ook spelen in de andere eenheden. Ook heb ik hem gevraagd de conclusies onder de aandacht te brengen van de politiechefs.

De focus op het slachtoffer is al een belangrijk aandachtspunt binnen de politieorganisatie, waar hard aan gewerkt wordt. Zowel in het kader van de EU richtlijn Minimumnormen slachtoffers als in de aanpak van huiselijk geweld staat het slachtoffer meer en meer centraal. Politie werkt steeds beter samen met andere partijen als Veilig Thuis. Dat nog niet in elke zaak de juiste interventie wordt gepleegd, blijft een belangrijk en geprioriteerd punt van aandacht binnen de politieorganisatie.

Het onderzoek ziet op de aanpak van stalkingszaken door politie in alle eenheden. Als eerste onderdeel hiervan zullen de werkwijzen in andere eenheden worden bekeken aan de hand van concrete voorbeelden en in het licht van de bevindingen van de commissie Eenhoorn.

Daarnaast voert de politie verbetermaatregelen door die het resultaat zijn van het project «Stalking door ex-partners». Deze verbetermaatregelen worden nu beproefd in vier teams in de eenheden Zeeland-West-Brabant en Den Haag. Deze maatregelen zorgen voor eenduidige casusregie, een betere dreigingsanalyse en een alertering op dreigingszaken door informatie beter bij elkaar te brengen. Ook wordt in het project bekeken in hoeverre de werkinstructies moeten worden aangepast. Wanneer deze nieuwe werkwijze met succes kan worden ingevoerd, zal een aantal cruciale randvoorwaarden om goed te reageren op stalkings- en dreigingszaken zijn ingevuld. Het aangifteproces wordt verbeterd, informatie komt actief bij elkaar en de verantwoordelijkheid voor een casus wordt op één plek belegd.

De vier teams werken een aantal maanden met de nieuwe maatregelen, daarna worden daar lessen uitgetrokken. Zowel de lessen uit het project als het resultaat van het bekijken van de werkwijzen in de eenheden worden verwerkt in de nieuwe aanpak. Daarna worden de maatregelen doorgevoerd in de rest van het land.

Afschuwelijke incidenten als deze kunnen helaas nooit helemaal worden voorkomen, maar de ernst van dit soort zaken maakt dat wij ons uiterste best moeten doen om vroegtijdig in te grijpen en bescherming te bieden aan degenen die dat nodig hebben. We kunnen organisatorische maatregelen nemen, maar in dit soort zaken hangt veel af van de inschatting van de individuele politiemedewerker of hulpverlener. Alertheid blijft geboden voor alle betrokken professionals. Juist daarom moeten we goed samenwerken, zowel politie en Openbaar Ministerie, maar ook met partners zoals gemeenten, Veilig Thuis-organisaties en Veiligheidshuizen.

Ik zal u eind dit jaar informeren over de vorderingen van de maatregelen Stalking in de voortgangsrapportage Geweld in afhankelijkheidsrelaties.

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven