29 628 Politie

Nr. 260 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 mei 2011

Op 24 maart 2011 heb ik u bij brief1 op de hoogte gesteld van mijn besluit ten aanzien van de voorstellen in het Rapport inzake de herijking van het budgetverdeelsysteem voor de regionale politiekorpsen (BVS). In deze brief deelde ik u tevens mee dat de effecten van mijn besluit op de budgetten en de sterktecijfers van de korpsen zouden worden vastgelegd in een budgetcirculaire die in maart 2011 zou verschijnen.

Overeenkomstig mijn toezegging in de brief van 24 maart 2011 (Kamerstuk 29 628, nr. 239) bied ik u hierbij de circulaire van 31 maart 2011 aan, waarin bovenstaand besluit is vertaald in de budgetten van de korpsen voor de jaren 2012 tot en met 2015. In paragraaf 2.3.3. van de circulaire was een tekst over politietoezichthouders opgenomen. Deze tekst is vervallen. Ik heb u daarover geïnformeerd in mijn brief van 26 april jl. (Kamerstuk 29 628, nr. 255). In hoofdstuk 3 van de bijgevoegde circulaire2 en in de bijlagen 9a en 10 daarbij wordt uitvoerig ingegaan op de wijze waarop mijn besluit ten aanzien van de herijking van het budgetverdeelsysteem is verwerkt en wat de effecten per regio zijn.

De minister van Veiligheid en Justitie,

I. W. Opstelten


X Noot
1

TK 2010–2011, 29 628, nr. 239.

X Noot
2

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven