29 628 Politie

Nr. 1079 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 mei 2022

Mede naar aanleiding van de Kamervragen van dhr. Omtzigt (Omtzigt) en mevr. Simons (Bij1) (Aanhangsel Handelingen II 2021/22, nr. 2668), alsook naar aanleiding van nadere gesprekken met alle betrokkenen, waaronder met name de nabestaanden, heeft de korpschef besloten om de bevindingen van het onderzoek van de heer Oebele Brouwer naar de suïcide van een medewerker van de Landelijke Eenheid in augustus 2021 openbaar te maken. Ik steun de korpschef in zijn beslissing en zend uw Kamer het rapport als bijlage bij deze brief1. Vanwege privacyoverwegingen en herleidbaarheid naar personen is een deel van de informatie onleesbaar gemaakt.

Ik vind het belangrijk om te borgen dat er geen zeer persoonlijke informatie van betrokkenen in de openbaarheid belandt. Daarbij vind ik het ook van belang om de voorwaarde van vertrouwelijkheid op basis waarvan dit onderzoek heeft plaatsgevonden zoveel als mogelijk in acht te houden. Tegelijkertijd hecht ik veel waarde aan transparantie en openbaarheid. Om die reden zal ik er in de toekomst voor zorgen dat rapporten over gevoelige zaken als deze altijd (gedeeltelijk) openbaar publiceerbaar zijn. Ik heb dit ook op deze manier besproken met de korpschef.

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

Naar boven