29 544 Arbeidsmarktbeleid

28 719 Reïntegratiebeleid

Nr. 743 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Ontvangen ter Griffie op 14 oktober 2016.

De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur is aan de Kamer overgelegd tot en met 11 november 2016.

De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur kan niet eerder worden gedaan dan op 12 november 2016.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 oktober 2016

Hierbij bied ik u aan het ontwerp van het Tijdelijk besluit experiment vervroegde inzet no-riskpolis Ziektewet (ZW)1.

Voorts doe ik middels deze brief een toezegging gestand, die ik heb gedaan tijdens het Algemeen Overleg over Arbeidsongeschiktheid met uw Kamer op 22 juni 2016 (Kamerstuk 29 544, nr. 741).

Ik heb toen toegezegd in gesprek te zullen gaan met het Nationaal AYA «Jong & Kanker» Platform en uw Kamer hierover gelijktijdig te informeren met de voorhang van het onderhavige besluit.

In de bijlage bij deze brief licht ik de uitkomst van dit gesprek toe. Tevens ga ik in op de mogelijkheden en onmogelijkheden om hen in aanmerking te laten komen voor een no-riskpolis.

Met het onderhavige ontwerpbesluit wordt het mogelijk gemaakt dat ZW-gerechtigden – bij wijze van experiment – na de eerstejaarsZiektewetbeoordeling (EZWb) in aanmerking komen voor een no-riskpolis.

Doel van dit ontwerpbesluit is om te onderzoeken of een vervroegde inzet van de no-riskpolis de arbeidsparticipatie bevordert van ZW-gerechtigden die geen werkgever meer hebben.

Het streven is om in het eerste kwartaal van 2017 te starten met dit experiment. Voor de inhoud van het ontwerpbesluit verwijs ik u naar de ontwerpnota van toelichting2.

De voorlegging geschiedt in het kader van de in artikel 82a, zevende lid, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (Wet SUWI) voorgeschreven voorhangprocedure. Dit artikel maakt het mogelijk om bij algemene maatregel van bestuur, bij wijze van experiment, af te wijken van onder andere de ZW. De voorlegging biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken over het ontwerpbesluit voordat het aan de Afdeling advisering van de Raad van State zal worden voorgelegd en vervolgens zal worden vastgesteld.

Op grond van het aangehaalde artikel geschiedt de voordracht aan de Koning ter verkrijging van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State over het ontwerpbesluit niet eerder dan vier weken nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.

Een gelijkluidende brief heb ik gezonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher

BIJLAGE: Gesprek met Nationaal AYA «Jong & Kanker» Platform

Inleiding

Tijdens het Algemeen Overleg met uw Kamer op 22 juni 2016 over Arbeidsongeschiktheid heb ik toegezegd in gesprek te zullen gaan met het Nationaal AYA (Adolescent en Young Adult) «Jong & Kanker» Platform3. Ik heb toen aangegeven uw Kamer hierover gelijktijdig te informeren met de voorhang van het Tijdelijk besluit experiment vervroegde inzet no-riskpolis Ziektewet (ZW).

Conform deze toezegging, licht ik in het navolgende de uitkomst van dit gesprek toe. Tevens ga ik in op de mogelijkheden en onmogelijkheden om AYA’s in aanmerking te laten komen voor een no-riskpolis.

Gesprek met Nationaal AYA «Jong & Kanker» Platform

In september 2016 heeft er op ambtelijk niveau een gesprek plaatsgevonden met het Nationaal Platform AYA «Jong & Kanker».

AYA’s zijn jongeren (tussen de 18 en 35 jaar oud) met kanker.

In het gesprek hebben de AYA’s achtergrond en doel van het Platform toegelicht.

De AYA’s hebben onder meer toegelicht dat een van de problemen waar zij tegenaan lopen, is dat zij geen of moeizaam werk vinden als gevolg van het feit dat zij op jonge leeftijd kanker hebben gekregen. AYA’s worden vaak niet uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek, gaan niet door naar een volgende sollicitatieronde en hun nulurencontract wordt niet verlengd.

Volgens de AYA’s zou een no-riskpolis soelaas kunnen bieden. Door een no-riskpolis dragen werkgevers die een AYA aannemen immers niet het risico van de loondoorbetaling bij ziekte.

No-riskpolis voor AYA’s

Op grond van de geldende wet- en regelgeving kunnen AYA’s – als zij onder een bepaalde doelgroep vallen – nu al in aanmerking komen voor een no-riskpolis. Jongeren (van jonger dan 18 jaar) die de arbeidsmarkt betreden (schoolverlaters) kunnen bijvoorbeeld nu al in aanmerking komen voor een no-riskpolis, als zij tijdens onderwijs een belemmering hadden door ziekte. Ook degenen die onder de Banenafspraak vallen, komen hiervoor in aanmerking. Als de AYA’s gewerkt hebben, geldt de no-riskpolis voorts voor hen indien zij – nadat zij zijn uitgevallen wegens ziekte – na afloop van de wachttijd voor de Wet WIA in aanmerking zijn gebracht voor een WIA-uitkering. Ook als in het kader van de WIA-beoordeling is vastgesteld dat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt worden geacht, komen zij in aanmerking voor een no-riskpolis.

Tijdelijk besluit experiment vervroegde inzet no-riskpolis Ziektewet

AYA’s die hebben gewerkt – en die wegens ziekte in aanmerking zijn gekomen voor ziekengeld – en vervolgens de eerstejaarsZiektewetbeoordeling (EZWb) bereiken, vallen onder de doelgroep van het onderhavige Tijdelijk besluit experiment vervroegde inzet no-riskpolis Ziektewet. Uit hoofde van dit besluit kunnen zij – na inwerkingtreding van dit besluit – voor een vervroegde inzet van de no-riskpolis in aanmerking komen.

Advies SER

Een no-riskpolis voor jongeren vormt ook onderdeel van het advies van de Sociaal-economische Raad (SER): «Werk: van belang voor iedereen – Een advies over werken met een chronische ziekte».

De SER adviseert onder meer om na te gaan of een beperkte groep jongeren met een chronische ziekte, die niet of nauwelijks werkervaring heeft opgedaan, voor een no-riskpolis in aanmerking kan komen. Samen met de Minister van Volksgezondheid Welzijn en Sport bereid ik op dit moment de reactie voor op het advies van de SER. Daarbij zal ik ook ingaan op de aanbeveling van de SER om te onderzoeken of deze specifieke groep jongeren, waar ook de AYA’s onder geschaard kunnen worden, in aanmerking kunnen komen voor een no-riskpolis. Dit najaar zullen wij deze reactie aanbieden aan uw Kamer.

Samenvattende conclusie

Op grond van de geldende wet- en regelgeving kunnen AYA’s nu al in aanmerking komen voor een no-riskpolis, in bepaalde situaties. Niet alle AYA’s komen hier echter voor in aanmerking. Ook de SER heeft aandacht gevraagd voor de specifieke groep jongeren met een chronische ziekte die niet of nauwelijks werkervaring heeft opgedaan. In mijn reactie op het advies van de SER zal ik ingaan op de aanbeveling van de SER om te onderzoeken of deze beperkte groep voor een no-riskpolis in aanmerking kan komen.


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
3

Kamerstuk 29 544, nr. 741

Naar boven