Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 april 2020
Hierbij bied ik u aan het ontwerpbesluit tot wijziging van het Besluit voertuigen,
het Kentekenreglement, het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 en enige
andere besluiten ter implementatie van richtlijn nr. 2014/45/EU van het Europees parlement
en de Raad van 3 april 2014 betreffende de periodieke technische controle van motorvoertuigen
en aanhangwagens en tot intrekking van Richtlijn 2009/40/EG (PbEU 2014, L 127) en
enige andere wijzigingen1.
Het betreft het ontwerpbesluit dat nader uitwerking geeft aan het wetsvoorstel tot
wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met een apk- en kentekenplicht,
snelheidsverhoging en betere toegang tot bepaalde wegen voor trekkers (Kamerstuk 35 188), dat op 22 januari jl. in uw Kamer is besproken (Handelingen II 2019/20, nr. 44, items 8 en 11) en op 28 januari jl. door uw Kamer is aangenomen (Handelingen II 2019/20, nr. 46, item 15). Voor de inhoud van het ontwerpbesluit verwijs ik u naar de ontwerpnota van toelichting.
De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure
op grond van artikel 2b van de Wegenverkeerswet 1994 en biedt uw Kamer de mogelijkheid
zich uit te spreken over het ontwerpbesluit voordat het aan de Afdeling advisering
van de Raad van State zal worden voorgelegd en vervolgens zal worden vastgesteld.
Op grond van de aangehaalde bepalingen geschiedt de voordracht aan de Koning ter verkrijging
van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State over het ontwerpbesluit
niet eerder dan vier weken nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers der Staten-Generaal
is overgelegd. Hierbij zal rekening worden gehouden met artikel 2.38 van de Aanwijzingen
voor de regelgeving.
Een gelijkluidende brief heb ik gezonden aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der
Staten-Generaal.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga