29 362 Modernisering van de overheid

31 066 Belastingdienst

Nr. 342 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 25 oktober 2023

De vaste commissie voor Financiën heeft een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd aan de Minister en staatssecretarissen van Financiën over

  • de brief van 22 mei 2023 inzake het rapport Archiefwet naar aanleiding van RTL berichtgeving (Kamerstuk 29 362, nr. 327),

  • de brief van 23 mei 2023 inzake Nadere toelichting USB Belastingdienst gebruik naar aanleiding van NRC artikel (Kamerstuk 33 061, nr. 1236),

  • de brief van 1 juni 2023 inzake toezeggingen, gedaan tijdens het debat van 23 mei 2023, over de opvolging van het rapport «Ongekend onrecht» (Kamerstuk 35 510, nr. 132),

  • De brief van 5 juni 2023 inzake nazending beslisnota's bij de Kamerbrief «Nadere toelichting USB Belastingdienst gebruik naar aanleiding van NRC artikel».

De vragen en opmerkingen zijn op 21 juni 2023 aan de Minister en staatssecretarissen van Financiën voorgelegd. Bij brief van 31 augustus 2023 is een deel van de vragen beantwoord (Kamerstuk 31 066, nr. 12 80). Bij brief van 13 oktober 2023 zijn de resterende vragen beantwoord.

De voorzitter van de commissie, Tielen

Adjunct-griffier van de commissie, Meijerink

I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de brieven van de bewindspersonen en hebben enkele vragen en opmerkingen. Deze leden hechten veel waarde aan een juiste en adequate informatievoorziening voor de rijksoverheid en specifiek voor het Ministerie van Financiën en de Belastingdienst. Bij de Belastingdienst gaat veel privacygevoelige informatie rond van onze inwoners en ondernemers. Deze leden vinden het van uitermate groot belang dat de Dienst daar zeer zorgvuldig mee omgaat en dat dit niet zomaar op straat komen te liggen of in het criminele circuit terecht komt. Deze leden roepen de bewindspersonen op hier streng op toe te zien.

De leden van de VVD-fractie zien uit naar de volgende brieven over deze casus die nog voor het zomerreces en in september naar de Kamer worden gestuurd. Deze leden zullen dan ook ingaan op deze problematiek.

De leden van de VVD-fractie vragen of andere vormen van data-uitwisseling op dit moment mogelijk zijn zoals online applicaties, dus naast het gebruik van (fysieke) USB-sticks. Bijvoorbeeld, maar niet uitsluitend, Google-docs, WeTransfer of Dropbox? Zijn de systemen van de Belastingdienst zo ingericht dat het gebruik deze applicaties (of door middel van een work-around) niet mogelijk zijn? Graag een reactie. Verder kijken deze leden uit naar het nog te ontvangen onderzoek over het gebruik van de USB-ontheffing.

Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie

De leden van de D66-fractie hebben met ongenoegen kennisgenomen van de berichtgeving over de eerdere gebreken in de gegevensbescherming bij de Belastingdienst. Deze leden hebben eerder bij het commissiedebat over de Fraudesignaleringsvoorziening op 25 mei 2023 stilgestaan bij onderhavige stukken. Zij geven de Staatssecretaris graag de gelegenheid om nu ook schriftelijk te reageren op hun vragen.

De leden van de D66-fractie vragen hoe de Staatssecretaris ervoor zorgt dat processen waarbij concrete aanwijzingen zijn dat de gegevensbescherming niet geborgd is meteen stop worden gezet. Welke processen heeft de Staatssecretaris het afgelopen jaar om die reden onderbroken? Hoe informeert de Staatssecretaris de Kamer hierover? Hoe zorgt de Staatssecretaris ervoor dat de noodzaak hiervan in de hele Dienst doorleefd wordt?

De leden van de D66-fractie zijn van mening dat een overheid grote verantwoordelijkheid heeft in hoe zij omgaat met de persoonsgegevens van haar burgers. Zij kijken uit naar de aanhoudende inzet van de Staatssecretaris op dit gebied.

Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie

De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van de stukken inzake informatiehuishouding.

Ten aanzien van het rapport Archiefwet merken de leden van de CDA-fractie op dat zij uitzien naar de brief over informatiehuishouding en -voorziening, waarin ook zal worden ingegaan op het rapport Archiefwet. Deze leden lezen verder dat halfjaarlijks aan de Kamer wordt gerapporteerd over het interdepartementale programma Open Overheid, maar dat binnen het Ministerie van Financiën dit programma is gespiegeld met het programma Informatie op Orde 2021–2026, dat de voortgang monitort en maandelijks rapporteert aan de bestuursraad van het Ministerie van Financiën. Zij vragen hoe de rapportage over het departementale programma samenhangt met de halfjaarlijkse rapportage over het interdepartementale programma en of de bestuursraad ook eerder kan rapporteren bij opvallende zaken.

Met betrekking tot de brief met nadere toelichting over USB Belastingdienst vragen de leden van de CDA-fractie allereerst of er geen veiligere methodes voor digitale informatie-uitwisseling zijn, waarbij gebruik van de data ook beperkt of gecontroleerd kan worden, dan met een USB-stick.

Bij de overdracht van gegevens in overige processen lezen de leden van de CDA-fractie dat het management periodiek de noodzaak voor de toegekende ontheffing behoort te beoordelen en deze in te laten trekken als de noodzaak niet langer daar is. Zij vragen wat periodiek betekent en hoe structureel dit wordt toegepast. Ook lezen zij dat toegekende ontheffingen niet meegenomen kunnen worden als de medewerker een andere functie gaat vervullen. Zij vragen of in praktijk wordt gecontroleerd of de medewerker de USB-stick ook inlevert.

Bij het toezicht op ontheffing lezen de leden van de CDA-fractie dat bij de directies van de Belastingdienst een controle uitgevoerd zal worden op de uitgegeven autorisaties om te bezien of die nog allen noodzakelijk zijn. Zij vragen of dit dan niet standaard al periodiek gebeurt, of dat alleen wordt gecontroleerd bij verlenen van de ontheffing. Bij het huidige aantal ontheffingen lezen de leden dat IV en bedrijfsvoering ook een aanzienlijk aantal ontheffingen hebben. Eerder in de brief zagen zij dat deze onderdelen geen toegang hebben tot de (fiscale) gegevens van burgers en bedrijven. Zij vragen welke informatie zij dan wel via de USB-sticks krijgen voor het uitvoeren van hun werkzaamheden.

Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie

De leden van de SP-fractie lezen met verbazing in het NRC-artikel van 19 mei jl. dat medewerkers van de Belastingdienst na het onwettig verklaren van de Fraude Signalering Voorziening (FSV)-lijst deze nog steeds gebruiken, en dat informatie uit de FSV-lijsten ook in andere systemen van de Dienst is gevonden. Kunnen de bewindspersonen uitleggen waarom binnen de Belastingdienst niet beseft wordt dat het gebruik van FSV en aanverwante werkwijzen niet meer kunnen? De leden van de SP-fractie vinden het niet uit te leggen dat binnen de Belastingdienst de cultuur heerst dat er gewerkt kan worden met gegevens die leidden tot:

  • het vermorzelen van vele gezinnen in het toeslagenschandaal;

  • het aftreden van een kabinet;

  • de reflectie van rechterlijke macht inclusief de Raad van State;

  • een hersteloperatie die inmiddels 7 miljard mag kosten; en

  • megaboetes aan de Belastingdienst vanwege het gebruik van verkeerde gegevens, het schenden van de privacy van mensen en discriminerende algoritmen.

Kunnen de bewindspersonen uitleggen waarom binnen de Belastingdienst gedacht wordt dat dit alles niet relevant is voor de werkzaamheden van de Belastingdienst?

De leden van de SP willen graag weten of het werken met FSV-lijsten kan worden gezien als plichtsverzuim om integer te handelen. Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat gaat er gebeuren?

De leden van de SP-fractie kunnen vele nodige vragen stellen, maar vragen of de bewindspersonen het belangrijk vinden dat de Belastingdienst wettig handelt. En als dit het geval is, waarom dan nog altijd niet is doorgedrongen dat de handelwijze van de Belastingdienst als het gaat om fraude-opsporing, de omgang met persoonsgegevens enzovoorts in strijd is met het recht. Waarom accepteren de bewindspersonen dat de leiding van de Belastingdienst geen orde op zaken heeft gesteld? Zijn zij het met de leden van de SP-fractie eens dat dit riekt naar werkweigering?

Vragen en opmerkingen van het lid Omtzigt

Het lid Omtzigt wenst een aantal opmerkingen te maken over de brief over de USB-sticks. Dit lid merkt als eerste op dat het probleem door de regering opnieuw wordt gebagatelliseerd. Het artikel «Zo werd de Belastingdienst een veelpleger in het misbruik van persoonsgegevens» (NRC, 19 mei 2023), raakt in de ogen van het lid Omtzigt het hart van de rechtsstaat. De Belastingdienst heeft vergaande bevoegdheden. Het heffen en innen van belasting wordt niet door iedereen als iets leuks gezien en grijpt diep in bij gezinnen en bedrijven. Het is van groot belang dat juist de Belastingdienst zich aan de wet houdt en dat de regering de Kamer nauwgezet informeert als er problemen zijn bij de Belastingdienst. Als ook maar de helft van het artikel klopt, is er op beide punten een groot probleem, merkt dit lid voorzichtig op.

De Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) wordt vaak belachelijk gemaakt omdat het voetbalclubs en scholen beperkt in het openbaar maken van foto’s en namenlijsten. Maar de AVG is er juist voor bedoeld om de meest gevoelige persoonsgegevens goed te beschermen. En de meest gevoelige persoonsgegevens bevinden zich bij de Belastingdienst en in het elektronische patiëntendossier. Dat zijn de plekken die goed beschermd moeten zijn.

Het lid Omtzigt wil een aantal zeer precieze vragen stellen over het artikel en heeft daar een goede reden voor. In mei 2018, vlak voor het ingaan van de AVG stelde hij als CDA-Kamerlid deze vraag: «Op welk moment zal de Belastingdienst volledig voldoen aan de AVG?». Hij kreeg toen als antwoord: «De Belastingdienst heeft in het traject voor implementatie van de AVG een aantal tekortkomingen in de naleving geconstateerd. In de antwoorden op vraag 5 en 12 worden deze toegelicht. Er zijn al verschillende maatregelen genomen om deze te weg te nemen, maar een aantal maatregelen moet nog uitgevoerd worden. Op het moment dat de nu voorziene maatregelen gerealiseerd zijn, kan gezegd worden dat de Belastingdienst voldoet aan de AVG. Het streven is deze situatie binnen een jaar (gerekend vanaf 25 mei jl.) te bereiken» (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017/2018, nr. 2345).

Sindsdien heeft het lid Omtzigt regelmatig vragen gesteld. Hij constateert nu dat slechts een klein deel van de problemen gemeld is aan de Kamer en dat de deadline voor het voldoen aan de AVG nu verschoven is naar ergens rond 2027. Dat is na deze kabinetsperiode. Overigens is het niet uitgesloten dat die deadline dan weer verder verschuift.

Eigenlijk zou het lid Omtzigt een algemene uitleg willen vragen wat er precies aan de hand is en welke dingen niet gemeld zijn de afgelopen jaren. Dit lid heeft echter weinig vertrouwen dat de bewindspersonen dit spontaan zullen doen. Daarom vraagt hij om te beginnen of de bewindspersonen de volgende documenten aan de Kamer kunnen doen toekomen en van een context kunnen voorzien:

  • 1. De mail die alle topambtenaren van de Belastingdienst kregen op 10 februari 2017 en de mail waarin staat dat: «Uit een afgelopen week uitgevoerde inventarisatie is [...] gebleken dat er in de hele dienst ruimhartig ontheffingen zijn verleend.»; en

  • 2. de memo’s over RAM en «database auto», die de top van Belastingdienst en/of de politieke top bereikt hebben sinds 2015.

USB-sticks

Het lid Omtzigt verzoekt het kabinet heel precies uit te zoeken wat het beleid en wat de uitvoering was van dat beleid tussen 2015 en nu. Hij verwelkomt het aangekondigde onderzoek, maar maakt zich wel zorgen om de onzekerheid die in de tekst staat. Vanaf het allereerste moment wisten de regering en de Belastingdienst welke problemen er waren. In 2017 was de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) een onderzoek begonnen met de Broedkamer/Data en Analytics. Er werden toen drie tekortkomingen geconstateerd. In het rapport van 2019, waarin de AP opmerkt dat de problemen min of meer naar tevredenheid zijn opgelost, merkt de AP op:

«De AP heeft in haar eerste onderzoek betreffende drie beveiligingsaspecten geconstateerd dat deze niet in orde waren, te weten:

  • 1. Het ontbreken van de logging van de drie activiteiten:

    • a. export van data vanuit de brongegevens naar de werkplek van een medewerker;

    • b. het schrijven van data op een usb-stick; en

    • c. het opslaan van bijlagen op mobile devices.

  • 2. De controle op de logging. Voor een deel van de logging vond er in zijn geheel geen periodieke controle plaats, omdat deze logging niet was aangesloten op het systeem waar actieve monitoring plaatsvindt. Voor het e-mailverkeer van DF&A dat wel was aangesloten op dit systeem bestond er geen periodieke controle van data die via e-mail buiten de Belastingdienst werd gebracht.

  • 3. Het verwijderen/intrekken van autorisaties van medewerkers of extern ingehuurde medewerkers na uitdiensttreding én het verlenen van te ruime toegangsrechten aan de D&A medewerkers waardoor deze toegang hadden tot data die niet noodzakelijk was om hun werk uit te voeren.»

De Belastingdienst wist dus ontzettend goed aan welke randvoorwaarden voldaan moest worden voor het gebruik van USB-sticks. Die randvoorwaarden zijn streng, omdat er maar één ambtenaar hoeft te zijn die misbruik maakt. Die kan de hele FSV-lijst of andere stukken kopiëren op een USB-stick en extern gebruiken/verkopen. Dit is geen fictie, want de FSV-lijst is meerdere keren voor het gemak gekopieerd (niet om te verkopen) en dat betekent dat hij nog steeds in de Belastingdienst rondzwerft. Het lid Omtzigt heeft dan ook twee vragen: hoe is vanaf 2019 geborgd dat de Belastingdienst aan deze voorwaarden zou voldoen (en is dat wel geborgd op de een of andere manier en zo ja, op welke manier) en in welke mate is er niet voldaan aan de drie voorwaarden? Als er echt duizenden ontheffingen geweest zijn (en nog steeds duizenden zijn) is er sprake van een datalek. Is dat datalek gemeld aan de Autoriteit Persoonsgegevens (AP), vraagt het lid Omtzigt aan het kabinet.

FSV en deelextracties

Op dit onderdeel heeft het lid Omtzigt twee vragen. Er waren zeker 25 extracties of deelextracties van FSV gevonden: zijn die allemaal gewist, en zo ja wanneer? En is al duidelijk waar die data van de deelextracties allemaal terecht gekomen is?

Vergelijkbare systemen

Bij de Belastingdienst bestonden zeker rond de 100 andere lijsten met risicosignalen. In 2020 is toegezegd onderzoek te doen naar die lijsten. Het lid Omtzigt verneemt graag van het kabinet wie welke onderzoeksvraag gaat beantwoorden en wanneer duidelijkheid gegeven zal worden over deze vergelijkbare lijsten.

RAM

Het lid Omtzigt begrijpt uit het NRC dat RAM een uitgebreide database was die binnen de Belastingdienst gebruikt is. Hij verbaast zich erover dat de Kamer daar de afgelopen jaren nooit over geïnformeerd is. Het lid Omtzigt verzoekt het kabinet uitgebreid te beschrijven wat de database was. In dat licht heeft hij de volgende vragen:

  • 1. Van wanneer tot wanneer was de database RAM in gebruik?

  • 2. Van wanneer tot wanneer was de afgeslankte vorm van RAM in gebruik?

  • 3. Welke deel van de data was nog toegankelijk na het uitzetten?

  • 4. Hoeveel mensen hadden toegang tot de database toen hij volledig in gebruik was?

  • 5. Welke gegevens van mensen stonden opgeslagen in RAM (bijvoorbeeld via de deeldatabases zoals kern sofa)?

  • 6. Welke GBEB’s/DPIA’s zijn er gemaakt van RAM? Kan het kabinet die met de Kamer delen?

  • 7. Stond RAM op beveiligde servers?

  • 8. Wie konden data downloaden op USB-sticks, wanneer en is dat via logging bijgehouden?

  • 9. Wie waren de afnemers van RAM?

  • 10. Wil het kabinet de Kamer voorzien van alle andere relevante informatie die gemeld moet worden?

Het komt het lid Omtzigt voor dat RAM een mega datalek is, dat gemeld had moeten worden aan de Kamer. Kan het kabinet aangeven waarom dit niet gedaan is? Meer in zijn algemeenheid wil het lid Omtzigt opmerken dat hij van een nieuwe bestuurscultuur bij het kabinet helemaal niets merkt en hij verzoekt het kabinet volledig schoon schip te maken met het melden hoe het werkelijk zit met databases, zwarte lijsten en meer.

Database auto

Tenslotte op dit punt, ontvangt het lid Omtzigt graag langs dezelfde lijnen als hierboven gevraagd voor de database RAM een volledige beschrijving van de database auto.

Opmerkingen van het lid Omtzigt over «Toezeggingen, gedaan tijdens het debat van 23 mei 2023, over de opvolging van het rapport «Ongekend onrecht»»

Het lid Omtzigt heeft de bijlagen doorgenomen die bij mail A.10.60 horen en heeft daarover een aantal specifieke vragen:

  • 1. Klopt het dat de medewerker die de mail van appendix 10.68 verstuurd heeft geen medewerking heeft gegeven/geweigerd heeft deel te nemen aan het horen? Kan het kabinet dit onderdeel toelichten?

  • 2. Klopt het dat op haar initiatief haar dossier en daarin de mails vernietigd zijn?

  • 3. Zijn deze terug te halen door ICT bij de Belastingdienst? Wil het kabinet dat proberen?

  • 4. Klopt het dat deze medewerker nog op een soortgelijke positie werkzaam is bij de Belastingdienst?

  • 5. Klopt het dat de gesprekken hebben plaatsgevonden in een niet-constructieve/vijandige sfeer over de CAF 11-gedupeerden (in ieder geval niet gericht op een oplossing)?

  • 6. Klopt het dat een deel van de correspondentie van deze medewerkster onder de mail d.d. 5 juni 2019 aan de secretaresse van de toenmalige Staatssecretaris hangt?

Het lid Omtzigt ontvangt ook graag de bijlagen bij A.10.70 om een compleet beeld te krijgen. Zijn beeld hier is echter wel: de ambtenaar, die contact had met mevrouw González Pérez om tot een oplossing te komen in de CAF-11 zaak, beweert herhaaldelijk dat de directeur-generaal Belastingdienst en de Staatssecretaris op de hoogte gehouden zijn van dit dossier. Deze medewerker was lid van het MT Belastingdienst. Echter: deze medewerker heeft niet meegewerkt aan het Deloitte-rapport en heeft documenten gewist. Desondanks is deze medewerker nog steeds werkzaam bij de Belastingdienst. Kan het kabinet aangeven of er fouten zitten in de redenering hierboven?

Is het kabinet bereid om na te gaan wat er klopt van de herhaaldelijke beweringen dat de politieke en ambtelijke top op de hoogte gehouden zijn van elke stap in het CAF 11-dossier?

II Reactie van de Staatssecretaris van Financiën

Vraag 1

Wanneer tot wanneer was de database RAM in gebruik?

Antwoord 1

Het ontstaan van RAM zal onderdeel zijn van het externe onderzoek. In de stukken die ik met deze vraag verstrek, is te lezen dat RAM eind jaren negentig van de vorige eeuw is ontstaan en geleidelijk is uitgebouwd tot een applicatie die een belangrijke bijdrage leverde aan het informatie-gestuurde toezicht bij de Belastingdienst. Na de inwerktreding van de AVG op 25 mei 2018 is RAM «bevroren en dichtgezet».

Vraag 2

Van wanneer tot wanneer was de afgeslankte vorm van RAM in gebruik?

Antwoord 2

Vanaf 15 juni 2018 is een opgeschoonde versie (extract) van RAM beperkt beschikbaar gesteld aan medewerkers van de Belastingdienst in het kader van het borgen van business-continuïteit. Deze noodvoorziening is per 1 mei 2019 uitgezet. Daarbij is een nieuwe (tijdelijke) werkomgeving gemaakt om de business-continuïteit te blijven borgen. Bij werkzaamheden met deze nieuwe werkomgeving is geconstateerd dat een deelverzameling van RAM in deze nieuwe werkomgeving stond. Deze nieuwe werkomgeving is daarom in januari 2021 uitgezet.

Op 10 maart 20221 heb ik uw Kamer geïnformeerd dat tot januari 2021 een deel van de database waarop deze nieuwe werkomgeving draaide informatie uit RAM bevatte.

In het externe onderzoek zal deze vraag worden meegenomen.

Vraag 3

Welke deel van de data was nog toegankelijk na het uitzetten?

Antwoord 3

Dit is op dit moment niet bekend. Deze vraag maakt zal meelopen in het externe onderzoek.

Vraag 4

Hoeveel mensen hadden toegang tot de database toen hij volledig in gebruik was?

Antwoord 4

In het SIG-onderzoek uit 2016, opgenomen in bijlage 3, wordt gemeld dat RAM voor 125 geautoriseerde gebruikers toegankelijk was en 31 mensen daarvan dit dagelijks gebruikten op dat moment. Dit aantal gaat over het aantal mensen dat toegang hadden tot de database en hieruit data kon opvragen. Onduidelijk is aan hoeveel mensen deze data is verstrekt en hoeveel mensen hiervan gebruik hebben gemaakt om analyses mee te maken en/of deze analyses verder te verwerken. Dit zal onderdeel uitmaken van het externe onderzoek.

Vraag 5

Welke gegevens van mensen stonden opgeslagen in RAM (bijvoorbeeld via de deeldatabases zoals kern sofa)?

Antwoord 5

In het SIG-onderzoek staat: «RAM stelt data uit 72 interne en externe bronnen beschikbaar door deze data samen te voegen, aan te vullen, te corrigeren en te totaliseren». Voorbeelden zijn informatie van de Kamer van Koophandel (externe bron), fiscale informatie uit bronnen zoals Omzetbelasting (OB), de Loonheffing (LH), VPB (VBN), maar ook FSV is op een gegeven moment als bron voor RAM toegevoegd. Op pagina 11 van bijlage 3 zijn alle bronnen te zien.

Vraag 6

Welke GEB’s/DPIA’s zijn er gemaakt van RAM? Kan het kabinet die met de Kamer delen?

Antwoord 6

Bij de beantwoording van het schriftelijk overleg Informatiehuishouding Belastingdienst en Toeslagen op 31 augustus jl.2 is deze vraag beantwoord en met de beantwoording heb ik de GEB RAM meegestuurd als bijlage.

Vraag 7

Stond RAM op beveiligde servers?

Antwoord 7

De wijze waarop de systemen waarop RAM draaide beveiligd werden, zal onderdeel van het externe onderzoek uitmaken.

Vraag 8

Wie konden data downloaden op USB-sticks, wanneer en is dat via logging bijgehouden?

Antwoord 8

In bijlage 8 van de stand-van-zakenbrief van 31 augustus3 jl. heb ik u een reconstructie gestuurd van het USB-ontheffingsbeleid bij de Belastingdienst. Hierin is ook aangegeven dat er geen sprake is van logging. Zoals is aangegeven in antwoord op vraag 3 waren 125 gebruikers geautoriseerd voor het gebruik van RAM, 31 mensen daarvan gebruikten dit dagelijks. Dit aantal gaat over het aantal mensen dat analyses kon maken en daarom toegang hadden tot de database. Onduidelijk is aan hoeveel medewerkers deze analyses zijn verstrekt en hoeveel medewerkers hier gebruik van hebben gemaakt. Dit zal onderdeel uitmaken van het externe onderzoek. Er is nu niet te reconstrueren welke van deze medewerkers informatie konden downloaden op USB-sticks.

Vraag 9

Wie waren de afnemers van RAM?

Antwoord 9

Dit waren directies van de Belastingdienst. Het verband tussen RAM en Toeslagen en Douane wordt verder onderzocht in het externe onderzoek.

Vraag 10

Wil het kabinet de Kamer voorzien van alle andere relevante informatie die gemeld moet worden?

Antwoord 10

Een eerste zoekslag in relevante informatie is gemaakt en bijgevoegd kunt u in bijlage 2 deze relevante informatie vinden. Deze eerste zoekslag heeft betrekking op de stukken die door het directieteam van de Belastingdienst zijn besproken en die zijn opgenomen in «Digidoc», het centrale systeem voor stukkenstroom en archivering van het Ministerie van Financiën.

Daarnaast kan ook informatie aanwezig zijn op netwerkschijven en in mailboxen van de ambtelijke top van de Belastingdienst. Deze vervolgzoekslag vergt een met meer waarborgen omklede procedure die meer tijd kost. Ik zal uw Kamer hier later over informeren. Deze zoekslag is ook van belang voor het externe onderzoek, zodat ook de onderzoekers de beschikking krijgen over deze informatie.


X Noot
1

Kamerstuk 31 066, nr. 982

X Noot
2

Bijlage bij Kamerstuk 31 066, nr. 1276

X Noot
3

Bijlage bij Kamerstuk 31 066, nr. 1276

Naar boven