29 279 Rechtsstaat en Rechtsorde

33 552 Slachtofferbeleid

Nr. 728 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 juli 2022

Tijdens het commissiedebat over arbitrage, mediation en herstelrecht is gesproken over het seponeren van circa 1500 politierechterzaken door het OM wegens gebrek aan zittingscapaciteit bij de rechtbank Gelderland. Tijdens het debat heb ik toegezegd u nader te informeren over de wijze waarop communicatie met de slachtoffers heeft plaatsgevonden en in hoeverre hierbij rekening is gehouden met hun belangen. Ik stuur deze brief mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid.

Ik wil vooropstellen dat ik het zeer betreur dat het OM genoodzaakt is dit te doen, zeker voor zover het zaken betreft waarbij slachtoffers betrokken zijn. Daar waar slachtoffers erop vertrouwden dat een rechter een onafhankelijk oordeel zou vellen over de zaak waar ze bij betrokken waren, gebeurt dit nu niet. Ik hecht eraan te benadrukken dat natuurlijk altijd de mogelijkheid openblijft voor het indienen van een klacht op grond van artikel 12 Wetboek van strafvordering.

De sepotactie betreft politierechterzaken, die alle individueel opnieuw worden beoordeeld. Het zijn de lichtere strafzaken, zoals belediging, verkeerszaken en bezit van hennep. In veel gevallen zijn hierbij geen slachtoffers betrokken. In de zaken waar wel slachtoffers bij betrokken zijn, worden hun belangen bij de individuele beoordeling zorgvuldig gewogen. Ook in de communicatie naar de slachtoffers is hier aandacht aan besteed. Het OM en de rechtbank Gelderland hebben gezamenlijke afspraken gemaakt over de communicatie over de sepots.

Zo is afgesproken de slachtoffers naast de algemene bekendmaking via de media een brief te sturen met een toelichting op het sepot. Getracht is de slachtoffers zo veel mogelijk voorafgaand aan de mediaberichtgeving te bereiken. In de brief wordt hen onder meer gewezen op de mogelijkheid om op grond van artikel 12 van het Wetboek van strafvordering een klacht in te dienen tegen de sepotbeslissing.

In beginsel vervalt met het seponeren van een zaak de mogelijkheid om binnen het strafrecht schade vergoed te krijgen. In geval er schade is geleden en met een sepot sprake zou zijn van een schrijnende situatie, zal op beperkt gereserveerde zittingsruimte alsnog worden gedagvaard of voor een strafbeschikking worden gekozen. Ook kan de inzet van herstelrecht worden overwogen en zou in bijzondere zaken aansluiting kunnen worden gezocht bij een bestaande regeling die geldt voor slachtoffers die zich als gevolg van een omissie die hen niet is aan te rekenen, niet hebben kunnen voegen in het strafproces. Deze regeling voorziet in de mogelijkheid om slachtoffers een bedrag uit te keren als tegemoetkoming in de kosten van een civiele procedure, in het geval zij de schade op de dader willen verhalen.

De Minister voor Rechtsbescherming, F.M. Weerwind

Naar boven