29 270 Reclasseringsbeleid

Nr. 65 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 maart 2012

1. Inleiding

Tijdens de regeling van werkzaamheden van 15 maart 2012 heeft het lid Van Toorenburg (CDA) gevraagd om een brief over het verloop van het traject om Sytze van der V. ergens geplaatst te krijgen. Hierbij voldoe ik aan uw verzoek.

2. Achtergrond

Over het traject tot en met de zitting van 21 november 2011 is uw Kamer per brief door mij geïnformeerd op 29 november 2011.* Naar aanleiding van een vordering van het Openbaar Ministerie tot partiële tenuitvoerlegging heeft het Hof de zaak op 21 november 2011 aangehouden tot 1 maart 2012. Het Hof heeft hierbij het Openbaar Ministerie, de reclassering én betrokkene gelast intussen sluitende afspraken te maken over structurele huisvesting en de voorwaarden hiervoor, zodat toezicht en behandeling van betrokkene weer konden worden opgestart. Aanleiding voor de vordering was het feit dat het toezicht door de reclassering op betrokkene ernstig werd bemoeilijkt omdat betrokkene steeds van verblijfplaats wisselde en niet de bereidheid toonde om tot een goede invulling van het toezicht te komen en de reclassering te informeren over zijn verblijfplaats. De reclassering heeft daarop aangegeven het toezicht niet meer met voldoende veiligheidswaarborgen te kunnen uitvoeren. In de onderhavige brief wordt aangegeven welke inspanningen in de periode vanaf de zitting van 21 november 2011 zijn verricht om te voldoen aan de opdracht van het Hof.

3. Periode vanaf 21 november 2011

In overleg met het Openbaar Ministerie heeft de reclassering zich ingezet om duurzame huisvesting voor betrokkene te vinden. Hiertoe is contact gelegd met verschillende burgemeesters. Uiteindelijk heeft met twee burgemeesters concreet overleg plaatsgevonden over het vinden van een structurele oplossing. Er zijn gesprekken geweest tussen de reclassering en deze burgemeesters op 12 januari 2012 en op 14 februari 2012. De gesprekken hebben geresulteerd in een woningaanbod in één van de bereidwillige gemeenten. Betrokkene heeft de aangeboden woning echter niet onvoorwaardelijk geaccepteerd.

4. Uitspraak

Het Hof te ’s-Hertogenbosch heeft op 15 maart 2012 uitspraak gedaan en heeft de door het Openbaar Ministerie gevorderde tenuitvoerlegging van drie maanden gevangenisstraf gelast. Het Hof was van mening dat niet op adequate wijze invulling kon worden gegeven aan de noodzakelijke controle en het toezicht door de reclassering. Het Hof overwoog hierbij: «Aan veroordeelde is een woning aangeboden in een gemeente die zich bereid heeft verklaard veroordeelde op te nemen. Hij heeft die woning echter niet onvoorwaardelijk geaccepteerd en heeft daartegen een groot aantal bezwaren naar voren gebracht. Het merendeel van de door hem naar voren gebrachte bezwaren zal ook opgaan voor andere woningen die gezien zijn beperkte financiële draagkracht en het woningaanbod van bemiddelende instanties eventueel in aanmerking komen. Daarmee heeft veroordeelde bewerkstelligd dat de enige oplossing die binnen handbereik lag, niet kon worden bereikt. Ter zitting heeft hij nog gezegd de woning wel te zullen accepteren als zijn veiligheid zou worden gegarandeerd. Deze garantie kan niet worden gegeven, evenmin als aan andere al dan niet veroordeelde burgers.»

Na de partiële tenuitvoerlegging van drie maanden resteert nog een voorwaardelijke straf van zes maanden. Op vordering van het Openbaar Ministerie heeft het Hof op 15 maart 2012 de bijzondere voorwaarden bij deze voorwaardelijke straf gewijzigd. Naast de reeds gestelde voorwaarden dient betrokkene na afloop van zijn gevangenisstraf zijn woon- of verblijfplaats bekend te maken aan de reclassering en dient hij huisbezoeken van de reclassering toe te staan. De komende drie maanden wordt door de reclassering en andere betrokken partijen opnieuw bezien of een woning – al dan niet via een zorgverlener – beschikbaar kan worden gesteld aansluitend op de detentie.

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven


XNoot
*

Kamerstukken II, vergaderjaar 2011–2012, 29 270, nr. 62.

Naar boven