29 247 Acute zorg

Nr. 386 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 april 2023

Hierbij bied ik u het advies aan dat ik heb ontvangen over zorgcoördinatie. Zorgcoördinatie moet een belangrijke bijdrage leveren aan de toegankelijkheid van de acute zorg. Door een multidisciplinaire triage van de acute zorgvraag van de patiënt, krijgt de patiënt de juiste zorg, op het juiste moment, op de juiste plaats, van de juiste zorgaanbieder. Zorgverleners die een plek zoeken voor een patiënt kunnen op basis van inzicht in actuele capaciteit van verschillende zorgaanbieders direct zien waar de patiënt het beste terecht kan.

Op 10 mei 2022 heb ik, vooruitlopend op de eindrapportage over de pilots zorgcoördinatie die zijn ontstaan uit het Actieplan Ambulancezorg uit 2018, aan vijf partijen gevraagd om samen met andere partijen scenario’s op te stellen voor zorgcoördinatie. Deze scenario’s zouden moeten dienen als basis voor besluitvorming over zorgcoördinatie. Ik heb gevraagd te verkennen onder welke voorwaarden het mogelijk is vanaf het derde kwartaal van 2023 landsdekkende zorgcoördinatie in te richten.

Op 14 maart 2023 heb ik het advies ontvangen. Het is opgesteld door Ambulancezorg Nederland (AZN), het Landelijk Netwerk Acute Zorg (LNAZ), InEen, Actiz en Zorgverzekeraars Nederland (ZN). Deze vijf partijen hebben ondersteuning gehad van bureau IG&H en hebben vele andere partijen bij het opstellen van het advies betrokken. Voor deze inspanningen dank ik hen. De aanbiedingsbrief bij het advies is mede-ondertekend door De Nederlandse ggz, de Patiëntenfederatie Nederland en de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen. Het advies wordt onderschreven door de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra en de Landelijke Huisartsen Vereniging.

Het advies geeft goed aan waarom zorgcoördinatie nodig is, welke functies onder zorgcoördinatie vallen en dat het tijd is voor actie. Partijen geven aan dat alle regio’s in 2024 starten met het inrichten van zorgcoördinatie met als doel landelijk dekkende zorgcoördinatie vanaf 2025. Alle partijen staan achter de inrichting van zorgcoördinatie.

Ik ben blij met dit ambitieniveau en de urgentie die eruit spreekt, evenals de toezegging dat alle regio’s aan de slag gaan met het inrichten van zorgcoördinatie. Uit de lopende pilots blijkt dat er ook al veel mogelijk en gaande is in de praktijk. Ik vertrouw erop dat partijen hierop voortbouwen, ook in 2023 (blijven of gaan) doen wat er al mogelijk is en met ingang van 1 januari 2025 zorgcoördinatie landsdekkend hebben ingericht zodat vanaf dan overal werkende centra voor zorgcoördinatie zijn.

Hoewel ik de richting van het advies grotendeels kan volgen, laat het advies tegelijkertijd nog het nodige open en zijn de partijen het niet over alle onderwerpen eens. Om een concreet totaalbeeld te krijgen van hoe zorgcoördinatie eruit komt te zien, heb ik in een bestuurlijk overleg op 28 maart jl. met partijen overlegd over de mogelijkheid om in gezamenlijkheid tot aanscherpingen te komen, met name waar het gaat over het samenhangende geheel van de schaalgrootte, de governance en de bekostiging van zorgcoördinatie. Zo’n totaalbeeld is nodig om te zorgen dat de Regionale Overleggen Acute Zorgketen (ROAZ-en) een helder kader hebben om in de tweede helft van 2023 goede afspraken te maken over de inrichting van zorgcoördinatie in de regio.

Partijen hebben samen gewerkt aan dit advies en op veel punten een gezamenlijk advies kunnen uitbrengen, dat waardeer ik. Ze zijn ook allemaal voorstander van zorgcoördinatie. Zij geven aan dat ze over een aantal organisatorische punten, zoals de schaalgrootte, de governance en de bekostiging van zorgcoördinatie, nog lang zouden kunnen spreken, maar ze verwachten niet daar onderling uit te komen. En gezien de noodzaak die zij alle zien om snel een doorstart te maken met zorgcoördinatie, kiezen zij ervoor dat ik de keuze maak voor het totaal-concept van zorgcoördinatie, inclusief de punten waarop het rapport geen duidelijkheid geeft. Deze keuze respecteer ik en ik ben voornemens om snel tot dit concrete totaalbeeld van zorgcoördinatie te komen om het momentum dat er is en de bewegingen die al zijn ontstaan, te benutten. Op korte termijn zal ik nog spreken met alle partijen afzonderlijk zodat zij mij nog aandachtspunten kunnen meegeven. Vervolgens zal ik mijn keuzes teruggeven aan de bestuurders en uw Kamer informeren. Ik hoop dit vóór het meireces te doen. Ik zal daarna ook de regie nemen op het vervolgproces en uw Kamer daarover in het najaar in het kader van de uitvoering van de Beleidsagenda toekomstbestendige acute zorg informeren.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

Naar boven