29 247 Acute zorg

Nr. 378 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 februari 2023

De vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft verzocht een reactie te ontvangen op de brief die zij hebben ontvangen van een aantal verpleegkundig centralisten van de meldkamer ambulancezorg (MKA) van de Meldkamer Oost Nederland (MON). Door middel van deze brief voldoe ik aan dit verzoek.

In de betreffende brief vragen de centralisten zich af of de randvoorwaarden voor het goed kunnen functioneren van de zorgcoördinatiecentra (ZCC) op tijd worden gerealiseerd in het integrale proces van de samenvoeging van vijf Regionale Ambulancevoorzieningen (RAV’s) in één meldkamer in het kader van de Landelijke Meldkamer Samenwerking (LMS). Zij stellen daarbij een tweetal vragen over de wetgeving aangaande 112-meldkamers en zorgcoördinatie waarop ik hieronder reageer.

Is het conform wetgeving wanneer een melding met potentiële levensbedreigende triage noodzaak aangenomen wordt binnen het ZCC (dus buiten LMS)?

Deze vraag betreft een hypothetische situatie, omdat er nog geen besluitvorming heeft plaatsgevonden over zorgcoördinatie en de huidige centra op pilotbasis functioneren. In mei 2022 heb ik aan vijf partijen1 gevraagd scenario’s uit te werken op basis waarvan besluitvorming over zorgcoördinatie kan plaatsvinden. In die opdrachtbrief alsmede in de Beleidsagenda Toekomstbestendige acute zorg2 die ik op 4 oktober 2022 aan uw Kamer heb verstuurd, heb ik expliciet opgenomen dat zorgcoördinatie gaat over spoedzorgvragen die een patiënt of een zorgverlener als acuut ervaart, maar niet om levensbedreigende situaties, daarvoor is 112 het aangewezen loket. Op dit moment wordt door partijen de laatste hand gelegd aan het adviesrapport, waarna besluitvorming kan plaatsvinden. Hierover zal ik uw Kamer uiterlijk in het tweede kwartaal van 2023 informeren.

Is het wettelijk mogelijk de uitgifte van ambulance-eenheden in acute levensbedreigende situaties los te koppelen van de meldkamers politie en brandweer?

In de Wet Ambulancezorgvoorzieningen wordt waar het de meldkamerfunctie ambulancezorg betreft, verwezen naar artikel 25b, eerste lid, van de Politiewet 2012 die luidt: «De meldkamerfunctie bestaat uit het ontvangen, registreren en beoordelen van meldingen waarbij wordt gevraagd om acute inzet van politie, ambulancezorg, brandweer of Koninklijke marechaussee, het bieden van een adequaat hulpaanbod en het begeleiden en coördineren van de hulpdiensten.» Het begrip «uitgifte» wordt in deze tekst niet gebruikt of gespecificeerd. Bij de uitwerking van de scenario’s van zorgcoördinatie zal specifiek worden gekeken hoe de gewenste functies in zorgcoördinatiecentra, waaronder mogelijk de uitgifte, aansluiten bij de meldkamerfunctie ambulancezorg, in nauw overleg met het meldkamerveld.

Zoals de centralisten zelf in hun brief ook aangeven is de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) de aangewezen instantie om toezicht te houden op de kwaliteit en veiligheid van zorg, ook in de specifieke situatie die zij omschrijven in hun brief. De IGJ is momenteel bezig met een onderzoek naar de inrichting van het 112-meldkamerproces bij de samenvoeging van de landelijke meldkamer in Apeldoorn, waar gesprekken met zowel de centralisten als de bestuurders van de betreffende RAV’s onderdeel van zijn. Ik heb daarom de IGJ geïnformeerd over de brief en ga ervan uit dat zij hier vanuit hun toezichthoudende rol op acteren indien nodig.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers


X Noot
1

Landelijk Netwerk Acute Zorg (LNAZ), Ambulancezorg Nederland (AZN), Zorgverzekeraars Nederland (ZN), ActiZ en InEen.

X Noot
2

Kamerstuk 29 247, nr. 362.

Naar boven