29 247 Acute zorg

Nr. 293 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 oktober 2019

In het Algemeen Overleg Ambulancezorg/Acute Zorg van 3 oktober jl. sprak ik met uw Kamer over de Spoedpost Oldenzaal in verband met de voorgenomen (gedeeltelijke) sluiting van de huisartsenpost. Tijdens het debat heb ik toegezegd in gesprek te gaan met de bestuurders van de huisartsenpost en de zorgverzekeraar om te praten over het besluitvormingsproces en mogelijke grensoverschrijdende samenwerking. In deze brief ga ik in op deze toezegging.

Zoals u weet stimuleer ik reeds dat zorgaanbieders die overwegen om het aanbod van acute zorg op een bepaalde locatie te sluiten, handelen in de lijn van de concept algemene maatregel van bestuur Acute Zorg. In lijn hiermee heeft de directie van Spoedzorg Huisartsen Twente (SHT) het voorgenomen besluit om Spoedpost Oldenzaal (gedeeltelijk) te sluiten openbaar gemaakt en zijn er in een eerder stadium al gesprekken gevoerd met onder meer de wethouders van de betrokken gemeenten, zorgverzekeraar Menzis, vertegenwoordigers van huisartsengroepen, de voorzitter van de patiëntenvertegenwoordiging en het Regionaal Overleg Acute Zorg Euregio (ROAZ-Euregio). Op 2 oktober is de voorgenomen (gedeeltelijke) sluiting en het continuïteitsplan besproken in het ROAZ-Euregio, zoals ik u ook heb laten weten in antwoord op de Kamervragen over de Spoedpost Oldenzaal.1

Ten eerste wil ik benadrukken dat de organisatie van de huisartsenzorg in de avond-, nacht-, en weekenduren primair de verantwoordelijkheid is van huisartsen en zorgverzekeraars in de regio. Het besluit om de Spoedpost Oldenzaal te sluiten is dus aan hen. Echter, bij besluiten die raken aan de beschikbaarheid en bereikbaarheid van de acute zorg, hecht ik – zoals gezegd – grote waarde aan het

zorgvuldig verlopen van het proces naar besluitvorming toe. Dit heb ik nogmaals benadrukt in mijn brief aan de Kamer van 1 oktober jl. over de concept AMvB Acute Zorg.2 Zoals ik u ook heb laten weten in antwoord op de Kamervragen over de Spoedpost Oldenzaal3, is daarom de directie van SHT door mijn medewerkers telefonisch verzocht eerst een informatiebijeenkomst voor inwoners te organiseren, voordat er een definitief besluit genomen werd. De directie van SHT heeft daarop een spreekuur op afspraak georganiseerd om de inwoners de gelegenheid te geven hun zorgen en suggesties te uiten. Dit spreekuur is bekend gemaakt in de regionale pers.

Op dinsdag 8 oktober jl. is ter plaatse een gesprek gevoerd door mijn medewerkers met de directie van SHT, zorgverzekeraar Menzis en Ineen om te praten over het besluitvormingsproces en mogelijke grensoverschrijdende samenwerking. Tevens hebben mijn medewerkers op die dag met vertegenwoordigers van het openbaar bestuur gesproken.

In het gesprek met de directie van SHT, de zorgverzekeraar en Ineen hebben mijn medewerkers erop aangedrongen de zorgen en suggesties van de gemeenten en inwoners goed te betrekken voorafgaand aan het nemen van het definitieve besluit. Ik heb op 9 oktober de directie van SHT verzocht om, conform de concept AMvB Acute Zorg, bij het besluit inzichtelijk te maken op welke wijze de bezwaren en voorstellen van de betrokken zorgaanbieders, gemeenten en inwoners zijn meegewogen bij hun besluit. De brief die de directie van SHT hierover heeft opgesteld en aan verschillende partijen heeft verstuurd, stuur ik u hierbij als bijlage4. Hierin staat ook de mogelijkheid over grensoverschrijdende samenwerking opgenomen.

Inmiddels hebben de huisartsen in een stemming op donderdag 10 oktober besloten de Spoedpost Oldenzaal volledig te sluiten met ingang van 6 januari 2020. De zorg voor patiënten in het verzorgingsgebied van de post in Oldenzaal zal overgenomen worden door de huisartsenposten in Enschede en Hengelo.

Bij een sluiting van de huisartsenpost in Oldenzaal mag de kwaliteit en toegankelijkheid van zorg voor de inwoners uit de regio uiteraard niet in het geding komen. Van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd heb ik begrepen dat de sluiting de kwaliteit van zorg zelfs ten goede kan komen. De betere verdeling van de dienstendruk van het personeel verstevigt de organisatie van de huisartsenzorg in de avond-, nacht-, en weekenduren en maakt het bestendiger voor de toekomst. Van de Nederlandse Zorgautoriteit heb ik vernomen dat zij, gegeven onder andere de bereikbaarheidsanalyse van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), geen risico’s ziet met betrekking tot de toegankelijkheid van de betreffende (spoed)zorg. De analyse van het RIVM laat zien dat de landelijke norm voor de inwoners van de gemeenten Dinkelland, Losser en Oldenzaal ruimschoots behaald blijft.

De directie van SHT heeft mij verzekerd om in de voorbereiding op de sluiting het continuïteitsplan verder uit te werken. Daarbij zal er blijvend aandacht zijn voor communicatie richting de inwoners en openbaar bestuurders van de gemeenten Dinkelland, Losser en Oldenzaal onder andere over waar patiënten voor de huisartsenzorg in de avond-, nacht-, en weekenduren in de omgeving terecht kunnen.

De Minister voor Medische Zorg, B.J. Bruins


X Noot
1

Aanhangsel Handelingen II 2019/20, nr. 244.

X Noot
2

Kamerstuk 29 247, nr. 292.

X Noot
3

Aanhangsel Handelingen II 2019/20, nr. 244.

X Noot
4

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven