29 214 Subsidiebeleid VWS

Nr. 66 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 juli 2013

Naar aanleiding van de brief van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 21 juni 2013, waarin zij vraagt naar de stand van zaken met betrekking van het verlenen van eenmalige steun in 2013 aan Service Médical, kan ik u als volgt informeren.

Met mijn brief van 13 mei 2013 (Kamerstuk 33 400 XVI, nr. 146) heb ik u gemeld dat ik met de Vereniging voor Sportgeneeskunde (VSG) in overleg zal gaan voor het maken van een model voor medische zorg bij sportevenementen, dat meer afgestemd moet zijn op onder meer de tak van sport en de omvang van het evenement naar deelnemers en toeschouwers. De Vereniging voor Sportgeneeskunde is daarmee inmiddels gestart en zal op korte termijn met een plan van aanpak komen. Daarbij zal uiteraard gebruik gemaakt worden van bestaande kennis en ervaring die de verschillende aanbieders in de evenementenzorg hebben. De Stichting Service Médical (SSM) is één van die aanbieders.

Om het plan van aanpak nog beter te kunnen inrichten en onderbouwen zal tevens gebruik gemaakt kunnen worden van recent verzamelde onderzoekgegevens van de Stichting VeiligheidNL op het gebied van veiligheid bij sportevenementen. Aan dit onderzoek heeft Stichting Service Médical meegewerkt en een belangrijke bijdrage geleverd. De uitkomsten zijn nog niet officieel bekend, maar worden op afzienbare termijn gepubliceerd. Te verwachten is dat de betreffende onderzoeksresultaten van belang zullen zijn voor het werk dat de Vereniging voor Sportgeneeskunde gaat uitvoeren. De Vereniging voor Sportgeneeskunde heeft zich daartoe inmiddels ook verzekerd van de samenwerking met de Vereniging voor Kwaliteitsbevordering van Medische Hulpverlening bij Evenementen (KMHE), waarover ik u in mijn brief van 13 mei jl. reeds informeerde. Dat betekent, dat er draagvlak is voor een te ontwerpen model van medische zorg bij sportevenementen. De Vereniging voor Sportgeneeskunde zal in haar plan van aanpak eveneens een consultatie opnemen van belangrijke organisatoren van evenementen, om ook van die kant te vernemen welke wensen en behoeften er bij hen zijn.

Ik ben ervan overtuigd dat langs deze weg de kennis en ervaring van Stichting Service Médical optimaal benut wordt en goed geborgd zal blijven, niet alleen voor eigen gebruik door de Stichting, maar ook als bijdrage aan het te ontwerpen en in te voeren model. Ik zal de Vereniging voor Sportgeneeskunde in de uitvoering van dit project steunen. Ik blijf van opvatting dat rechtstreekse financiële steun aan Stichting Service Médical niet nodig is. Een daartoe strekkende subsidieaanvraag van de kant van Stichting Service Médical heb ik dan ook afgewezen. Stichting Service Médical heeft in de afgelopen jaren immers voldoende financiële steun gehad om op eigen benen te kunnen staan. Daarnaast vind ik het niet passend om in het voorziene verloop van het door de Vereniging voor Sportgeneeskunde uit te voeren project binnen de branche van aanbieders van zorg Stichting Service Médical als enige financieel te steunen.

Zoals gezegd wordt aan het plan van aanpak nog gewerkt en kan ik u daar na de zomer nader over informeren.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers

Naar boven