nr. 16
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS EN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 oktober 2003
De sociale partners en het kabinet hebben op 14 oktober jl. in het kader
van het Najaarsoverleg 2003 een principeakkoord bereikt. Over de inhoud van
dit principeakkoord bent u bij brief van de minister van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid en mede namens de tweede ondergetekende d.d. 17 oktober jl.,
kenmerk AV/CAM/03/80 298, geïnformeerd.
Onderdeel van dit principeakkoord betreft de afspraak dat de in het belastingplan
2004 opgenomen maatregelen ten aanzien van de afschaffing van de fiscale faciliëring
van VUT- en prepensioenregelingen en de invoering van de voorgestelde levensloopregeling
worden aangehouden met het oog op nader overleg tussen de hiervoor genoemde
partijen. Inzet van dit overleg is voor 1 april 2004 overeenstemming te bereiken
over het per 1 januari 2006 in te voeren stelsel, alsmede eventuele overgangsregelingen.
De uitvoering van dit principeakkoord leidt ertoe dat de in het wetsvoorstel
Belastingplan 2004 c.a. opgenomen maatregelen inzake de afschaffing van de
fiscale faciliering van VUT- en prepensioenregelingen en de daarmee samenhangende
flankerende maatregelen uit dit wetsvoorstel dienen te worden gehaald. Een
daartoe strekkende nota van wijziging op het wetsvoorstel Belastingplan 2004
c.a. bieden wij u bijgevoegd aan. Wij doen dit in het vertrouwen dat de verklaring
van de Stichting van de Arbeid d.d. 14 oktober 2003 inzake de loonontwikkeling
zal worden bekrachtigd. Zou dit onverhoopt niet het geval zijn dan zal opnieuw
een voorstel worden ingediend.
Eveneens ter uitvoering van dit principeakkoord verzoeken wij u, mede
namens de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de behandeling
van het wetsvoorstel Levensloopregeling (29 208) tot nader orde aan te
houden. Dit impliceert tevens dat de afdrachtvermindering betaald ouderschapsverlof
en de financieringsregeling loopbaanonderbreking (Finlo) vooralsnog worden
gecontinueerd. Deze maatregelen zouden in het kader van de invoering van de
levensloopregeling per 1 januari 2004 worden beëindigd.
De budgettaire consequenties van deze bijstelling ten opzichte van de
bij uw Kamer ingediende voorstellen zien er als volgt uit.
Tabel 1 Budgettaire consequenties bijstelling kabinetsbeleid
ten opzichte van het Belastingplan 2004 c.a. en wetsvoorstel levensloopregeling
(mln euro; min is saldoverbeterend)
| 2004 | 2005 | 2006 | 2007 | Structureel |
---|
Aanhouden VUT/prepensioen | – | 750 | 130 | 130 | 0 |
Aanhouden levensloop | – 70 | – 110 | – | – | 0 |
Voor een integraal financieel overzicht van de consequenties van het principeakkoord
wordt verwezen naar de vorengenoemde brief van de minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid en de tweede ondergetekende.
De in het verslag inzake het Belastingplan 2004 opgenomen vragen met betrekking
tot de afschaffing van de fiscale faciliëring VUT/prepensioen kunnen
als gevolg van deze nota van wijziging vooralsnog niet worden beantwoord.
De vragen zullen worden betrokken bij het in het principeakkoord overeengekomen
nader overleg over de vormgeving van bovengenoemde maatregelen.
Tot slot dient in dit kader te worden opgemerkt dat u op korte termijn
in samenhang met de nota naar aanleiding van het verslag een volgende nota
van wijziging op het wetsvoorstel belastingplan 2004 c.a. zal worden aangeboden.
De Staatssecretaris van Financiën,
J. G. Wijn
De Minister van Financiën,
G. Zalm