28 851
Wijziging van de Telecommunicatiewet en enkele andere wetten in verband met de implementatie van een nieuw Europees geharmoniseerd regelgevingskader voor elektronische communicatienetwerken en -diensten en de nieuwe dienstenrichtlijn van de Commissie van de Europese Gemeenschappen

nr. 56
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 januari 2008

De Europese Commissie heeft op 13 november haar voorstellen voor de herziening van het EU-reguleringskader voor de elektronische communicatiesector gepubliceerd.

Het gaat om de volgende voorstellen1:

– Voorstel voor een richtlijn tot wijziging van de Kaderrichtlijn, de Machtigingsrichtlijn en de Toegangsrichtlijn;

– Voorstel voor een richtlijn tot wijziging van de Universeledienst-richtlijn en de Privacy richtlijn;

– Voorstel voor een verordening voor de oprichting van een Europese Autoriteit voor de elektronische communicatiemarkt (EECMA);

– Een herziene aanbeveling relevante markten2.

Nederland heeft uitvoerig gereageerd op de eerdere beleidsvoorstellen van de Commissie van 29 juni 20063. Een concept van de Nederlandse reactie op deze beleidsvoorstellen is de Kamer op 9 oktober 2006 toegestuurd4.

Naar aanleiding van de moties van de leden van Dam en Hessels5 is de reactie van Nederland aangepast. U heeft een afschrift daarvan ontvangen6.

De hoofdpunten uit de eerdere Nederlandse reactie zijn:

1. Nederland steunt de voorstellen van de Commissie voor flexibilisering van het gebruik en beheer van spectrum.

2. Nederland steunt de voorstellen voor verdere harmonisatie van nationale (toepassing van) regulering voor zover deze nuttig en nodig zijn. Echter, de verschillen tussen lidstaten zijn soms aanzienlijk en vragen om een gedifferentieerde aanpak.

3. Bij marktregulering is een consistente toepassing van het EU-reguleringskader belangrijk, maar nationale toezichthouders moeten voldoende ruimte hebben om rekening te houden met specifieke marktomstandigheden.

4. Nederland steunt de voorstellen voor een betere bescherming van de consument, onder andere door extra maatregelen te nemen op het gebied van veiligheid en privacy.

Naar aanleiding van de nieuwe voorstellen van de Commissie is bekeken of het Nederlandse standpunt van eind 2006 aangepast of aangevuld moet worden. De nieuwe voorstellen zijn in belangrijke mate in lijn met de eerdere beleidsvoorstellen van juni 2006, maar bevatten wel een aantal nieuwe elementen, met name:

1. verdere uitbreiding van de bevoegdheden van de Commissie ten aanzien van marktregulering;

2. oprichting van een Europese Autoriteit voor de elektronische communicatiesector (EECMA);

3. versterking van de onafhankelijkheid van toezichthouders;

4. functionele scheiding als extra instrument voor toezichthouders.

Verder wordt in de voorstellen van de Commissie voor meerdere onderwerpen voorzien in een nadere invulling van de richtlijnen door harmonisatiemaatregelen via comitologie. Nederland vindt het belangrijk dat ook in dat geval de uitgangspunten van subsidiariteit en proportionaliteit in acht worden genomen.

In het BNC-fiche1 wordt het standpunt van Nederland ten aanzien van de nieuwe voorstellen van de Commissie kort omschreven. In het eerdere standpunt is de Nederlandse positie uitvoerig toegelicht. In de bijlage2 wordt een nadere toelichting gegeven op het Nederlandse standpunt ten aanzien van bovengenoemde vier nieuwe elementen.

Het eerdere standpunt en het aanvullende standpunt zullen het uitgangspunt vormen voor de Nederlandse inzet tijdens de onderhandelingen over de Commissievoorstellen in de Raadswerkgroep Telecommunicatie en Informatiemaatschappij in 2008. Deze onderhandelingen gaan in januari 2008 van start.

Nadat de richtlijnen definitief zijn vastgesteld zullen deze in de Telecommunicatiewet en de daarop gebaseerde lagere regelgeving worden geïmplementeerd. De Commissie heeft aangegeven dat de implementatie voor het einde van 2009 moet zijn gerealiseerd, veronderstellend dat de richtlijnen en de verordening eind 2008 definitief worden vastgesteld3. Nederland zal aandringen op een meer realistische implementatietermijn.

Indien u dat op prijs stelt kan er technisch overleg over de voorstellen van de Commissie plaatsvinden.

De staatssecretaris van Economische Zaken,

F. Heemskerk


XNoot
1

De Commissie heeft haar voorstellen samengevat in Mededeling COM(2007) 696.

XNoot
2

Deze aanbeveling kan door de Commissie worden vastgesteld na raadpleging en overleg met de nationale regelgevende instanties overeenkomstig artikel 15 van de Kaderrichtlijn.

XNoot
3

Mededeling COM(2006) 334.

XNoot
4

Tweede Kamer, vergaderjaar 2006–2007, 28 851, nr. 54.

XNoot
5

Tweede Kamer, vergaderjaar 2006–2007, 30 800 XIII, nrs. 18 en 19.

XNoot
6

Tweede Kamer, vergaderjaar 2006–2007, 30 800 XIII, nr. 29.

XNoot
1

Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 22 112, nr. 597.

XNoot
2

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

XNoot
3

Mededeling COM(2007) 696.

Naar boven