nr. 41
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID BLOK TER VERVANGING VAN
DAT GEDRUKT ONDER NR. 19
Ontvangen 24 oktober 2003
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I wordt onderdeel Q vervangen door:
Q
Artikel 5.1, eerste lid, wordt vervangen door:
1. Eenieder is, behoudens artikel 5.2 en onverminderd het in dit hoofdstuk
geregelde recht op schadevergoeding, verplicht de aanleg en instandhouding
van kabels ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk en
de aanleg en instandhouding van niet gevulde mantelbuizen in en op openbare
gronden, alsmede de opruiming daarvan, te gedogen.
II
In artikel I wordt na onderdeel U een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende:
Ua
In artikel 5.5, eerste lid, wordt «ten dienste van een openbaar
telecommunicatienetwerk of van een omroepnetwerk» vervangen door: ten
dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk.
Toelichting
Helder dient te zijn dat de gedoogplicht van artikel 5.1 Telecommunicatiewet
zich mede uitstrekt tot niet gevulde mantelbuizen. Met mantelbuizen worden
(HDPE-) buizen bedoeld die door aanbieders van elektronische communicatienetwerken
worden gelegd waarin koperdraden, coax- of glasvezel (fiber) kunnen worden
aangebracht ten behoeve van het aanbieden van elektronische communicatiediensten. Voorzover lege mantelbuizen niet kunnen worden beschouwd als kabels
in de zin van artikel 1.1, onderdeel z, dient zeker te worden gesteld dat
ook daarvoor en op gelijke wijze de gedoogplicht geldt. De voorgestelde wijziging
is in lijn met de handhaving van de precariovrijstelling voor openbare elektronische
communicatienetwerken en de bevordering van de daadwerkelijke concurrentie
bij het leveren van elektronische communicatienetwerken, elektronische communicatiediensten,
of bijbehorende faciliteiten als bedoeld in artikel 8, tweede lid van richtlijn
2002/21 EG (Kaderrichtlijn).
Blok