28 844 Integriteitsbeleid openbaar bestuur en politie

Nr. 182 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 juni 2019

Op 25 april jl. heb ik uw Kamer het rapport aangeboden dat in opdracht van het College van procureurs-generaal (hierna: het College) is opgesteld door de Onderzoekscommissie Openbaar Ministerie (hierna: de commissie Fokkens) (Kamerstuk 28 844, nr. 178).

Bij die gelegenheid liet ik uw Kamer weten dat ik het Openbaar Ministerie heb gevraagd mij uiterlijk eind mei een plan van aanpak te sturen waarin duidelijk aangegeven is hoe invulling wordt gegeven aan de diverse aanbevelingen van de commissie Fokkens.

Hierbij stuur ik u het plan van aanpak dat het College mij 31 mei jl. heeft doen toekomen.1 Dit plan van aanpak biedt een basis voor het herstellen van het aangetaste vertrouwen in en binnen het Openbaar Ministerie, waarbij het College terecht opmerkt dat dit herstel tijd en werk zal vergen.

Het College staat nu voor de uitdaging om het plan van aanpak te vertalen naar concrete acties en resultaten, en om de nadere implementatie van reeds in gang gezette maatregelen voortvarend ter hand te nemen. Daartoe wil ik het College de ruimte geven, waarbij ik zorgvuldig zal toezien op de voortgang. Daarom heb ik het College gevraagd mij elk kwartaal op de hoogte te stellen van de uitvoering en toereikendheid van het plan van aanpak. Hierover zal ik uw Kamer voor het herfstreces nader informeren.

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven