28 844 Integriteitsbeleid openbaar bestuur en politie

Nr. 108 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 november 2016

In mijn brief van 8 november jongstleden (Kamerstuk 28 844, nr. 107) heb ik toegezegd uw Kamer voor het Algemeen Overleg te informeren wie de voorzitter van de commissie zou worden en zo mogelijk ook de leden.

De gesprekken met een beoogd voorzitter zijn momenteel nog gaande. Ik kan u nu niet over de naam van de voorzitter berichten. De verdere samenstelling van de commissie wil ik met de voorzitter bespreken, daarover kan ik uw Kamer nu dus ook (nog) niet informeren.

Tot slot heeft de korpschef mij medegedeeld dat de uitkomst van het oriënterend onderzoek, naar de doelmatigheid en de verantwoording van de bestedingen van de COR, aanleiding is geweest om een derde intern onderzoek te starten naar een lid van de inmiddels teruggetreden COR van de politie. Het onderzoek wordt verricht door de afdeling Veiligheid, Integriteit en Klachten van de politie.

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

Naar boven