Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 december 2014
Gisteren, 30 november jl., heb ik u geïnformeerd over de uitbraak van vogelgriep in
Zoeterwoude (Kamerstuk 28 807, nr. 175). Hierbij informeer ik u over de stand van zaken, alsmede over het onderzoek naar
de mogelijke oorzaak.
Stand van zaken vogelgriep Zoeterwoude
Op 30 november jl. werd vogelgriep vastgesteld op een legpluimveebedrijf in Zoeterwoude.
Dit bedrijf is daarom geruimd. Onderzoek heeft inmiddels vastgesteld dat de vogelgriep
het hoogpathogene H5N8 type betreft.
In het gebied met een straal van 1 km rond het besmette bedrijf ligt nog één ander
pluimveebedrijf. Uit voorzorg is besloten dit bedrijf preventief te ruimen. Het gaat
hierbij om een bedrijf met ongeveer 50.000 vleeskuikens.
Tussen het 1 km en het 10 km gebied bevinden zich 3 andere pluimveebedrijven. Op twee
bedrijven is op dit moment geen pluimvee aanwezig. Het andere bedrijf is geïnspecteerd
en genomen monsters worden onderzocht.
Onderzoek mogelijke oorzaak
In mijn brief van 24 november jl. heb ik u geïnformeerd over het onderzoek naar de
mogelijke rol van wilde vogels in de verspreiding van vogelgriep (Kamerstuk 28 807, nr. 174). Bij de eerder onderzochte 1.500 wilde vogels was het hoogpathogeen virus van het
type H5N8 niet aangetroffen.
Vandaag is bekend geworden dat in twee monsters van uitwerpselen van smienten (wilde
eendensoort) in de buurt van Kamerik (provincie Utrecht) het vogelgriepvirus is aangetroffen
van het hoogpathogene H5 type. Het N type van dit virus is nog niet bekend, dit wordt
nog onderzocht.
Het onderzoek loopt nog verder door.
Daarnaast is onderzoek gedaan naar de introductie van het virus op de verschillende
bedrijven. Op basis van alle beschikbare informatie is het het meest waarschijnlijk
dat er drie separate introducties van het vogelgriepvirus hebben plaatsgevonden in
de gebieden Hekendorp, Ter Aar en Kamperveen. Dit blijkt onder andere uit analyse
van het Centraal Veterinair Instituut (CVI), onderdeel van Wageningen-UR, in hoeverre
de virussen die gevonden zijn op de besmette bedrijven genetisch op elkaar lijken.
Informatie over het virus in Zoeterwoude wordt aan het eind van deze week verwacht.
Op basis van bovenstaande informatie beraad ik mij op het vervolg van het maatregelenpakket
dat is ingesteld om de uitbraak van vogelgriep te bestrijden. In het bestuurlijk overleg
dat ik morgen voer met de sector zal ik mijn voorstel presenteren.
Vanzelfsprekend zal ik u op de hoogte houden van de ontwikkelingen.
De Staatssecretaris van Economische Zaken,
S.A.M. Dijksma