Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2014-2015 | 28676 nr. 217 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2014-2015 | 28676 nr. 217 |
Vastgesteld 1 december 2014
De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken heeft een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de brief van 21 november 2014 over de geannoteerde agenda bijeenkomst NAVO-ministeriële op niveau van Ministers van Buitenlandse Zaken 2 december 2014 (Kamerstuk 28 676, nr. 215), over de brief van 30 september 2014 over het verslag van de NAVO-top in Newport, Verenigd Koninkrijk d.d. 4 en 5 september 2014 (Kamerstuk 28 676, nr. 210) en over de brief van 20 november 2014 over financiële transparantie binnen Navo (Kamerstuk 28 676, nr. 216).
De vragen en opmerkingen zijn op 25 november 2014 aan de Minister van Buitenlandse Zaken voorgelegd. Bij brief van 1 december 2014 zijn de vragen beantwoord.
De voorzitter van de commissie, Eijsink
De adjunct-griffier van de commissie, Wiskerke
Inbreng VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geannoteerde agenda van de ministeriële NAVO-Raad, het verslag van de NAVO-Top Wales en de brief inzake financiële transparantie binnen de NAVO. De VVD-fractie heeft hierbij nog enkele vragen en opmerkingen.
Allereerst kijkt de VVD-fractie terug op een zeer geslaagde Annual Session van de Parlementaire Assemblee van de NAVO. Op deze bijeenkomst, waar drie Nederlandse Ministers een bijdrage aan hebben geleverd, is uitgebreid gesproken over de prioriteiten van de NAVO en de uitdagingen van het bondgenootschap, waarvan het bestaansrecht deze zomer voor het grote publiek onaanvechtbaar is bewezen. Op de bijeenkomst is duidelijk geworden dat de NAVO een hoop te doen heeft en dat er veel op het spel staat.
Over de onderwerpen die ter sprake zullen komen bij de ministeriële NAVO-Raad heeft de Kamer al meerdere malen met het kabinet overlegd. De discussies tijdens en uitkomsten van de door Nederland georganiseerde Annuel Session van de NAVO PA geven aanleiding tot een paar vragen in het licht van de NAVO-Raad. Zo zijn de leden van de VVD-fractie benieuwd of het kabinet heeft kennisgenomen van de toespraak van voormalig secretaris-generaal De Hoop Scheffer, en hoe het in het verlengde daarvan de rol van de NAVO in brede zin ziet. Ook horen de leden van de VVD-fractie graag of het kabinet nog steeds, met de VVD, van mening is dat NAVO-lidmaatschap voor de Oekraïne niet wenselijk is. Kan de Minister, tegen de achtergrond van de vragen die de Oekraïense delegatie afgelopen maandag stelde, aangeven of Oekraïne wel lidmaatschap heeft aangevraagd?
1. Antwoord van het kabinet
Met de heer De Hoop Scheffer vindt het kabinet de huidige situatie zeer zorgelijk en onderstreept zij de noodzaak een adequaat antwoord hierop van de NAVO. Het kabinet verwijst hiervoor naar de noodzaak van effectieve implementatie van de door de NAVO tijdens de Top in Wales genomen maatregelen.
Er ligt op dit moment geen concreet verzoek tot toetreding tot de NAVO van Oekraïne. Nederland staat in het algemeen positief tegenover NAVO-uitbreiding, onder andere als stimulans voor democratische- en defensiehervormingen. Landen hebben het recht om zelf te bepalen tot welke allianties en internationale organisaties zij wensen toe te treden. Landen moeten gereed zijn voor toetreding en op eigen merites worden beoordeeld. Het is aan de NAVO-bondgenoten om de beoordeling te maken of een land gereed is om toe te treden.
Implementatie afspraken NAVO-top Wales
In de brief gaat de Minister in op de maatregelen die in NAVO-verband zijn genomen in het kader van reassurance en readiness. De leden van de VVD-fractie hebben tijdens de behandeling van de begroting Buitenlandse Zaken het belang van deze maatregelen reeds onderschreven. Zij vormen wat deze leden betreft een belangrijk signaal naar Rusland en de oostelijke NAVO-landen. Wel horen de leden van de VVD-fractie graag hoe Nederland kan bijdragen aan de Very High Readiness Joint Task Force (VJTF), tegen de achtergrond van onze bijdrage aan andere militaire missies. Ook willen de leden van de VVD-fractie weten op welke wijze Nederland in 2015 gaat bijdragen aan de Baltic Air Policing-missie. In de brief wordt immers gesproken van een volwaardige bijdrage met zowel land- lucht-, als maritieme activiteiten.
2. Antwoord van het kabinet
In 2015 vullen Nederland, Duitsland en Noorwegen een groot gedeelte van de Immediate Response Forces (IRF) van de NATO Response Force (NRF). Het hoofdkwartier van het Duits-Nederlandse legerkorps vervult de rol van Land Component Command. Nederland neemt deel in de IRF met een brigadestaf, een luchtmobiel bataljon en gevechtsondersteuning. Nederland, Duitsland en Noorwegen hebben aan SACEUR aangeboden om deze IRF-eenheden in te zetten als interim-VJTF. De Nederlandse bijdrage aan de IRF is een geplande militaire bijdrage, die wordt geleverd naast de inzet van de krijgsmacht in missies en operaties.
Nederland zal ook in 2015 tankercapaciteit inzetten voor in het in de lucht bijtanken van de AWACS-vliegtuigen. De Nederlandse bijdrage aan de versterking van Baltic Air Policing eindigt in december 2014. De reguliere Baltic Air Policing is op rotatie basis gevuld met bijdragen door de lidstaten tot 2020. In 2017 is een Nederlandse bijdrage voorzien.
In het kader van de geruststellende maatregelen zal Nederland daarnaast deelnemen in diverse oefeningen in de Baltische regio.
Transparantie NAVO-uitgaven
Tot slot hebben de leden van de VVD-fractie, tegen de achtergrond van het optreden van de president van onze Algemene Rekenkamer en van onze Minister-President bij de Annual Session van de NAVO PA, een paar vragen over de transparantie van het NAVO-huishoudboekje. In de brief benadrukt het kabinet dat Nederland zich hard maakt voor financiële transparantie binnen de NAVO en in dat kader onder meer voor het openbaar maken van reguliere auditrapporten en het aanstellen van een Chief Financial Officer op het hoofdkwartier van de NAVO in Brussel. De leden van de VVD-fractie begrijpen dat een militaire veiligheidsorganisatie als de NAVO om veiligheidsredenen bepaalde informatie niet kan publiceren. Wel zijn de leden van de VVD-fractie benieuwd waarom het aanstellen van een Chief Financial Officer op het hoofdkwartier tot op heden niet op de steun van alle bondgenoten kan rekenen. Ook horen de leden van de VVD-fractie graag of het kabinet in brede zin steun waarneemt voor de Nederlandse oproep tot meer financiële transparantie binnen de NAVO.
3. Antwoord van het kabinet
Nederland zet zich binnen de NAVO in voor meer financiële transparantie en efficiënt management van middelen. De Nederlandse inzet voor meer financiële transparantie binnen de NAVO werpt zijn eerste vruchten af. In juli 2014 is voor het eerst een financieel jaarverslag van een NAVO entiteit gepubliceerd inclusief bijbehorend rapport van de International Board of Auditors for NATO (IBAN) over het NATO Defence College (2013). De publicatie van reguliere auditrapporten wordt verder per geval bekeken. Tijdens de Top in Wales heeft de NAVO ook een tasker aan de Noord-Atlantische Raad (NAR) gegeven om de «transparancy and accountability» te verbeteren. Tijdens de geplande bijeenkomst van de Ministers van Defensie in februari 2015 moet de voortgang op deze punten aan de Ministers worden gemeld.
Nederland staat niet alleen in het streven naar meer transparantie binnen de NAVO en trekt op met gelijkgezinde landen. Aanpassing van bestaande afspraken vergt echter inspanning en tijd. Zeker wanneer sprake is van het veranderen van bestaande verantwoordelijkheden – zoals het geval bij het aanstellen van een Chief Financial Officer – is het moeilijk om consensus met 28 landen te bereiken.
Inbreng PvdA-fractie
De leden van de PvdA-fractie danken de Minister voor de geannoteerde agenda, het verslag van de NAVO-Top in Wales, en de brief over de transparantie van de uitgaven van de NAVO. Zij hebben enkele vragen en opmerkingen.
NAVO-Oekraïne Commissie (NUC)
De leden van de PvdA-fractie vragen de Minister in hoeverre de afspraken gemaakt tijdens de Top in Wales over ondersteuning van Oekraïne inmiddels tot uitvoering zijn gekomen en of er tijdens de NAVO-Raad ook nieuwe vormen van steun besproken worden. Tevens vragen zij hoe het kabinet de recente aankondiging van Litouwen beoordeeld om wapens aan Oekraïne te leveren. Past dit binnen de in NAVO-kader besproken aanpak?
4. Antwoord van het kabinet
President Grybauskaite van Litouwen heeft tijdens een inkomend bezoek van de Oekraïense president Porosjenko aangekondigd militaire steun te zullen verlenen aan Oekraïne, inclusief wapens en militaire training. Indien Litouwen wapens gaat leveren aan Oekraïne is het gehouden aan het EU Gezamenlijke Standpunt voor Wapenexport. De eventuele uitvoer van wapens moet worden getoetst aan de 8 criteria van dit Gezamenlijk Standpunt, waaronder de impact op mensenrechten en regionale stabiliteit. De beslissing betreffende eventuele levering is echter een nationale bevoegdheid. Enkele NAVO-lidstaten, zoals de VS en Duitsland, leveren materieel anders dan wapens, zoals helmen en scherfvesten. Binnen de NAVO zijn geen afspraken gemaakt over de levering van wapens aan Oekraïne.
Implementatie afspraken NAVO-top Wales
De leden van de PvdA-fractie steunen de gedachte achter de oprichting van een NAVO «flitsmacht», maar hebben nog veel vragen over de concretisering van het concept. Zij vragen of en hoe de VJTF gebruik zal maken van de operationele capaciteit van de EU Battle Groups en de NATO Response Force. Zij vragen de Minister tevens een nadere toelichting te geven op de vormgeving van de testfase in 2015 die nu samen met Duitsland en Noorwegen wordt uitgewerkt en welk tijdspad wordt gehanteerd in 2015, 2016, 2017 en 2018. Zij vragen tevens welke andere (groepen van) landen vergelijkbare bijdragen hebben toegezegd.
5. Antwoord van het kabinet
Zie ook het antwoord op vraag 2.
De besprekingen over de uitwerking van het VJTF-concept lopen nog. Naar verwachting zal de VJTF worden samengesteld uit de eenheden toegewezen aan de NATO Response Force (NRF). De EU Battle Groups vallen buiten dit NAVO-concept. In 2015 zal het VJTF-concept nog worden uitgewerkt en is er sprake van een interim-VJTF. De verwachting is dat een initial operational capability in 2016 zal worden bereikt en full operational capability in 2017.
Naast deelneming aan de interim-VJTF hebben Nederland, Duitsland en Noorwegen aangeboden om het VJTF test bed uit te voeren. Het is van belang om de operationele behoeften en neveneffecten van de hoge paraatheid en gereedheid van de VJTF in kaart te brengen. Nederland, Duitsland en Noorwegen zien het VJTF test bed als een stapsgewijs proces waarin vorm gegeven kan worden aan het VJTF-concept. Het VJTF test bed zal in de eerste helft van 2015 worden uitgevoerd en in de tweede helft van het jaar worden geëvalueerd.
Naast de bijdragen van Duitsland, Nederland en Noorwegen hebben ook andere NAVO-lidstaten eenheden aangeboden voor het uitvoeren van een test bed, waaronder Tsjechië en Denemarken.
De leden van de PvdA-fractie delen de opvatting van het kabinet dat de NAVO duidelijk moet reageren op de Russische opstelling in de Oekraïne-crisis, zoals ook tijdens de Wales Summit besproken is. Tegelijkertijd vinden de leden van de PvdA-fractie het met de Minister van belang dat de politieke dialoog met Rusland open wordt gehouden. Over de uitwerking van deze dubbele aanpak («vuist en uitgestoken hand») en het door het kabinet geduide «waterscheidingsmoment» in de relaties met Rusland heeft de PvdA tijdens de recente begrotingsbehandeling een motie ingediend. Hoe denkt het kabinet in het specifieke geval van de NAVO uitvoering te geven aan deze benadering? In hoeverre is, na de opschorting van de praktische, operationele samenwerking tussen NAVO en Rusland, de politieke dialoog doorgegaan? Op welk niveau vond/vindt deze dialoog plaats en hoe verlopen deze contacten?
6. Antwoord van het kabinet
In antwoord op de Russische agressie jegens Oekraïne heeft de NAVO besloten de praktische en militaire samenwerking met Rusland op te schorten, maar ook gesteld dat de dialoog binnen de NAVO-Rusland Raad (NRR) op het niveau van Permanent Vertegenwoordiger en hoger kon doorgaan. De NRR is nadien tweemaal bijeengekomen op het niveau van Permanent Vertegenwoordigers. Nederland acht het van belang dat uitvoering wordt gegeven aan het besluit in Wales om de politieke dialoog met Rusland open te houden en zal daarom pleiten voor het bijeenroepen van een NRR op korte termijn.
De leden van de PvdA-fractie spreken zich opnieuw uit tegen de levering van Franse Mistral-schepen aan Rusland. Zij vinden dit niet gepast gezien de huidige situatie in en rond Oost-Oekraïne en o.a. de doorgaande schendingen van het luchtruim van diverse Europese landen. Zij vragen het kabinet zich tijdens de NAVO-Raad opnieuw uit te spreken tegen deze levering.
7. Antwoord van het kabinet
De Franse regering heeft op 25 november 2014 bekendgemaakt dat de beslissing over levering van de Mistrals is uitgesteld tot nader order. Het kabinet deelt de huidige Franse opvatting dat de omstandigheden er nu niet naar zijn om tot levering van de schepen over te gaan. Uiteindelijk is het aan de Franse regering om te besluiten of en wanneer de bewuste schepen aan Rusland afgeleverd worden.
NAVO-rol ISIS/Irak/Syrië
De leden van de PvdA-fractie constateren dat op dit moment de nadruk van de NAVO-inspanningen ligt op het revitaliseren van de partnerschapsrelatie met Irak. Zij vragen het kabinet een inschatting te geven van de potentie hier van en wat de obstakels en wat de kansen zijn. Tevens vragen zij of tijdens het overleg van de brede internationale coalitie tegen ISIS ook de positie van de burgerbevolking en het voorkomen van burgerslachtoffers zal worden besproken. In dit kader vragen zij of de brede internationale coalitie overweegt een Human Casualty Tracking Cell in te stellen, in navolging van positieve ervaringen hiermee tijdens eerdere missies zoals ISAF, en hoe het kabinet hier naar kijkt. Zij constateren dat een Human Casualty Tracking Cell een manier kan zijn om meer inzicht te krijgen in de mate waarin internationale missies in staat zijn de burgerbevolking te beschermen en welke impact een missies heeft op de burgerbevolking.
8. Antwoord van het kabinet
Uw Kamer ontvangt medio december een brief over de Nederlandse inzet in de strijd tegen ISIS. Tijdens het aanstaande overleg zal het kabinet aandacht besteden aan de problematiek van burgerslachtoffers.
Inbreng SP-fractie
NAVO-Oekraïne Commissie (NUC)
In de geannoteerde agenda over de bijeenkomst van de NAVO-Ministers van Buitenlandse Zaken begin volgende week staat dat veel aandacht zal uitgaan naar de gebrekkige uitvoering van de Minsk-afspraken en dat er schendingen van het staakt-het-vuren blijven plaatsvinden. De leden van de SP-fractie begrijpen de aandacht voor deze kwestie goed. Het is, zeker gezien het snel oplopende dodental in dit conflict, van groot belang dat gemaakte afspraken worden nagekomen. Kan de Minister aangeven welke partijen welke afspraken in welke mate schenden? Hoe wordt de beschuldiging van de kant van opstandelingen beoordeeld dat Oekraïne zich niet aan de afspraken houdt? Welke mogelijkheden worden er benut om bij partijen aan te dringen zich te houden aan het staakt-het-vuren?
9. Antwoord van het kabinet
De situatie in Oost-Oekraïne is onverminderd zorgelijk. De Minsk-akkoorden staan momenteel onder druk. Er is sprake van zeer frequente schendingen van het staakt-het-vuren, waarbij het ook voor de OVSE-waarnemers moeilijk vast te stellen is welke partij bij welk incident als eerste het vuur opende.
Aan deze fragiele situatie ligt ten grondslag dat Rusland en de separatisten steeds de grenzen van gemaakte afspraken opzoeken of deze niet nakomen. Zo zijn de illegale «verkiezingen» in oost-Oekraïne op 2 november jl. en de Russische erkenning daarvan een duidelijke schending van de Minsk-akkoorden, die bepalen dat verkiezingen m.b.t. tijdelijke lokale autonomie binnen Oekraïne volgens het Oekraïense recht dienen plaats te vinden. Ook de blijvende aanwezigheid van Russisch personeel en materieel in Oekraïne en de praktische belemmering van effectieve grensmonitoring zijn in strijd met de Minsk-akkoorden en voeden het klimaat van onzekerheid en wantrouwen.
Herbevestiging van commitment aan het staakt-het-vuren en de-escalatie is nodig van alle partijen, in het bijzonder van Rusland en de pro-Russische separatisten. Een combinatie van druk (d.m.v. sancties) en dialoog wordt ingezet om dit te bewerkstelligen.
In de brief lezen de leden van de SP-fractie dat er inmiddels een start is gemaakt met het door Nederland geleide Trust Fund voor logistiek en standaardisering binnen de Oekraïense krijgsmacht en dat Nederland bovendien heeft besloten het Oekraïense leger materieel te helpen met generatoren en extra winterkleding. De leden van de SP-fractie hebben bedenkingen bij deze en andere militaire hulp, vooral vanwege aanhoudende berichten over oorlogsmisdaden door het Oekraïense leger en daaraan gelieerde milities. Hoe kijkt de Minister hier tegenaan? Kan Nederlandse hulp aan het leger opgevat worden als steun aan het militaire optreden van Kiev in het oosten van het land? Kan de Minister ook toelichten of de afgelopen periode wapens zijn geleverd aan Oekraïne? Zijn er door EU-landen of NAVO-landen wapens geleverd of zijn landen voornemens dit te doen? Welk beleid geldt hier?
10. Antwoord van het kabinet
Het besluit van het kabinet om winterkleding en generatoren te geven is bedoeld om het Oekraïense leger te helpen de komende winter door te komen. Het betreft geen hulp met wapens. Nederland heeft Oekraïne overigens herhaaldelijk opgeroepen terughoudendheid te betrachten in het optreden in oost-Oekraïne.
Zie het antwoord op vraag 4 voor de vragen over wapenleveranties.
Kan de Minister verder bevestigen dat Oleh Lyashko en zijn partij, de Radicale Partij, betrokken zijn bij mensenrechtenschendingen? Geldt er straffeloosheid voor het optreden van aanhangers van deze partij? Amnesty International heeft hier recent grote zorgen over geuit. De leden van de SP-fractie delen deze zorgen, zeker nu deelname van deze partij aan een regeringscoalitie een serieuze mogelijkheid lijkt.
11. Antwoord van het kabinet
Het Kabinet is op de hoogte van de berichten van Amnesty International over vermeende mensenrechtenschendingen door Oleh Lyashsko en leden van de Radicale Partij. Vervolging van personen die verdacht worden van schendingen van mensenrechten vindt plaats conform de vigerende Oekraïense wetgeving. In het regeerakkoord van de nieuwe coalitie is een bepaling opgenomen over opheffing van immuniteit van parlementsleden in bepaalde gevallen.
Afghanistan – Resolute Support
Over Afghanistan staat in de brief dat de relatie met het land van aard zal veranderen met de komst van de nieuwe NAVO-missie Resolute Support. Kern van deze missie is het trainen, adviseren en assisteren van de Afghaanse politie en het leger. De leden van de SP-fractie vragen in hoeverre deze aard daadwerkelijk verandert, nu recent berichten naar buiten zijn gekomen dat de Amerikaanse troepen ook volgend jaar, met behulp van bemande en onbemande gevechtsvliegtuigen, directe gevechtsoperaties kunnen blijven uitvoeren, onder andere tegen Talibanstrijders. Kan de Minister de berichten hierover bevestigen? Wat betekent dit voor de aard van deze NAVO-missie? Verandert de missie hiermee meer in een gevechtsmissie dan oorspronkelijk de verwachting was? Kan verder het bericht bevestigd worden dat de VS met Afghanistan hebben afgesproken wederom gebruik te kunnen gaan maken van zogenaamde night raids door special forces in Afghanistan? Kan ook ingegaan worden op wat dit betekent voor de Nederlandse militairen in Afghanistan vanaf 2015? Wordt er rekening gehouden met een aanpassing van de geweldsinstructies die voor hen gelden?
12. Antwoord van het kabinet
De aard van de NAVO missie Resolute Support verandert niet. De berichten waarnaar verwezen wordt, onder andere in de New York Times, zijn gebaseerd op onjuiste informatie.
Naast de Resolute Support missie van de NAVO zal de VS haar bilaterale antiterrorisme activiteiten continueren, op basis van het mandaat van het Bilateral Security Agreement (BSA).
Er is geen sprake van een formeel besluit om de voorziene Amerikaanse Counter Terrorism (CT) missie uit te breiden, zoals werd gesuggereerd door de New York Times. De Amerikaanse CT-missie moet los worden gezien van de NAVO missie Resolute Support. Deze missie blijft wat het is: Train, Advise and Assist met eigen NAVO force protection. Er is géén sprake van overlap tussen de bilaterale CT missie van de VS en de NAVO Resolute Support missie
Het Amerikaanse besluit – waarover de New York Times bericht – om Afghaanse troepen op verzoek te ondersteunen, in extreme gevallen met luchtsteun, maar ook bijvoorbeeld met medische evacuatie, werd al enige tijd overwogen. President Ghani hanteert een ander beleid dan zijn voorganger en wenst eerder meer dan minder ondersteuning voor het Afghaanse leger, zo blijkt uit berichten vanuit Washington en Kabul. Dit heeft geen enkel effect op de Rules of Engagement voor de NAVO Resolute Support missie en daarmee ook niet voor de Nederlanders die onder de SOFA in Afghanistan zullen worden ingezet.
NAVO-rol ISIS/Irak/Syrië
Met betrekking tot de strijd tegen ISIS staat in de brief dat bezien zal worden hoe de NAVO een bijdrage aan de inspanningen van de internationale coalitie kan leveren. De nadruk ligt vooralsnog op de revitalisering van de partnerschapsrelatie met Irak. De leden van de SP-fractie vragen de Minister deze NAVO-relatie met Irak nader toe te lichten. Op welke punten wordt reeds samengewerkt en hoe wordt dit partnerschap (mogelijk) uitgebreid?
Ook staat er in de geannoteerde agenda dat de NAVO een mogelijke bijdrage aan de capaciteitsopbouw van de Iraakse veiligheidstroepen zal overwegen als de Iraakse overheid daarom zou vragen. Kan de Minister aangeven of een dergelijk verzoek inmiddels binnen is dan wel of deze wordt verwacht? De leden van de SP-fractie maken zich grote zorgen over de oorlogsmisdaden en mensenrechtenschendingen die alle partijen in het conflict begaan. Met name het rapport van Amnesty International waarin misdaden door Iraakse strijdkrachten en daaraan loyale sjiitische milities worden gerapporteerd, is hier relevant. Kan de Minister ingaan op de bevindingen van dit rapport, met name de constateringen dat sjiitische milities door Irak zijn bewapend, dat deze groepen zijn aangemoedigd om buiten de rechtelijke beperkingen te opereren en dat straffeloosheid heerst voor misdaden die deze milities hebben begaan? Hoe wordt Irak hierop aangesproken? Worden er, aangezien de NAVO ook als waardengemeenschap wordt omschreven, voorwaarden gesteld voordat er sprake kan zijn van opwaardering van de NAVO-samenwerking met Irak? Zo ja, welke zijn dit?
13. Antwoord van het kabinet
NAVO heeft een Individueel Partnerschaps- en Samenwerkingsprogramma (IPCP) met Irak, dat grofweg bestaat uit politieke consultaties en praktische samenwerking, bijvoorbeeld door deelname van Iraakse officieren aan NAVO-opleidingen. De partnerschapsrelatie was gedurende de vorige Iraakse regering in het slop geraakt. Tijdens de Wales-Top kwamen regeringsleiders overeen om het partnerschap met Irak te revitaliseren. Inmiddels heeft er een bijeenkomst plaatsgevonden met de Iraakse nationale veiligheidsadviseur Al Fayyadh. Tijdens deze bijeenkomst hebben veel kwesties de revue gepasseerd en zijn o.a. door Nederland zorgen uitgesproken over rapportages over mensenrechtenschendingen door Shi’itische milities. In Wales gaf het bondgenootschap aan mogelijke defensie capaciteitsopbouwprogramma’s voor Irak te willen overwegen indien Irak hierom zou vragen. Tot nu toe heeft NAVO niet een dergelijk verzoek ontvangen.
Bescherming van mensenrechten en het tegengaan van straffeloosheid zijn prioriteiten in het Nederlands buitenlands beleid. Waar mensenrechten worden geschonden stelt Nederland dat aan de orde. Nederland gaat niet over de wijze waarop de Iraakse krijgsmacht zijn rekruten selecteert, maar zal wel de Iraakse overheid blijven aanspreken op het gedrag van de Iraakse strijdkrachten.
Zie verder het antwoord op vraag 8.
Inbreng CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie maken zich grote zorgen over de verslechterende situatie in Oekraïne en de oplopende spanningen tussen Rusland en de NAVO. Enerzijds zijn geruststellende maatregelen nodig, anderzijds is het zaak te proberen te de-escaleren en in dialoog te blijven met de Russische Federatie.
De Minister heeft terechte kritiek geuit op de assertievere houding van Rusland en de vele provocaties waarmee dat gepaard gaat met inzet van vliegtuigen en schepen, deels in het luchtruim en in de verantwoordelijkheidsgebieden van NAVO-landen. Een nieuwe MH17-achtige ramp zou zelfs mogelijk zijn, aangezien Russische vliegtuigen hun transponders uit zouden zetten. Er zou al een bijna-botsing zijn geweest. Kan de Minister hierop ingaan? Welke maatregelen worden overwogen?
14. Antwoord van het kabinet
Het kabinet verwijst naar de antwoorden op de Kamervragen van de leden Bontes en Van Klaveren die de Kamer op 25 november jl. zijn toegezonden.
Het mogelijke lidmaatschap van Oekraïne van de NAVO is een steen des aanstoots voor Rusland. Rusland eist de garantie van de NAVO dat Oekraïne geen lid zal worden. De VS steunen de aspiraties van Oekraïne, Duitsland zou tegen zijn en in plaats daarvan een partnerschap voorstaan. Klopt dit laatste? Hoe staat Nederland in deze discussie? Kan in ieder geval het bevriezen van verdergaande stappen richting lidmaatschap misschien bijdragen aan de-escalatie?
15. Antwoord van het kabinet
Zie het antwoord op vraag 1. Een discussie over mogelijke toetreding van Oekraïne tot de NAVO heeft sinds het uitbreken van de huidige crisis binnen het Bondgenootschap niet plaatsgevonden.
Klopt het dat Litouwen wapens levert aan Oekraïne? Zo ja, welke, en hoe beoordeelt het kabinet dit? Zijn er andere NAVO-lidstaten die wapens leveren? Zo ja, welke?
16. Antwoord van het kabinet
Zie het antwoord op vraag 4.
Implementatie afspraken NAVO-top Wales
Is het kabinet het met de leden van de CDA-fractie eens dat deze afspraken impliceren dat de defensieuitgaven zowel in reële termen moeten stijgen als qua percentage van het BBP? En dat daarmee niet gewacht kan worden tot na deze kabinetsperiode, omdat het nu al crisis is?
Hoe beoordeelt de Minister van Buitenlandse Zaken de uitspraken van de Minister van Defensie dat ze «bij de begrotingsonderhandelingen dit voorjaar uiteraard weer haar uiterste best zal doen om weer een plus voor Defensie te realiseren»? Welk standpunt gaat de Minister van Buitenlandse Zaken in de NAVO uitdragen, dat van de PvdA (tegen extra geld, voor meer Europese samenwerking) of dat van de VVD?
17. Antwoord van het kabinet
De internationale situatie en de noodzaak van een stabiele ontwikkeling van de krijgsmacht vergen een meerjarig perspectief dat berust op brede politieke overeenstemming. In deze context zijn ook de afspraken en intenties relevant die het resultaat zijn van de recente NAVO-top in Wales en waarover u op 30 september per brief bent geïnformeerd (verslag van de NAVO-top in Newport, Verenigd Koninkrijk d.d. 4 en 5 september 2014, Kamerstuk 28 676, nr. 210). Bij de afweging van het kabinet naar aanleiding van de motie-Van der Staaij c.s. (Kamerstuk 34 000, nr. 23) zullen ook deze afspraken worden betrokken. Hiermee maakt Nederland duidelijk hoe het, als lid van het Bondgenootschap, daaraan gevolg geeft. Concreet gaat het om de volgende NAVO-afspraken:
«we agree to reverse the trend of declining defence budgets and aim to increase defence expenditure in real terms as GDP grows; we will direct our defence budgets as efficiently and effectively as possible; we will aim to move towards the existing NATO guideline of spending 2% of GDP on defence within a decade, with a view to fulfilling NATO capability priorities. We will display the political will to provide required capabilities and deploy forces when they are needed.»
Het kabinet zal het parlement in het voorjaar van 2015 op de hoogte stellen van de uitkomsten van zijn beraadslagingen naar aanleiding van de motie-Van der Staaij c.s. en de in NAVO-verband gemaakte afspraken. Bij de verdere verdieping van de internationale defensiesamenwerking zal Nederland voorts samen met gelijkgezinde landen en binnen de NAVO en de EU met concrete initiatieven een voortrekkersrol blijven vervullen.
Afghanistan – Resolute Support
De leden van de CDA-fractie vragen of het klopt dat de VS besloten hebben om langer met gevechtseenheden actief te blijven in Afghanistan, niet alleen tegen Al Qaeda, maar ook tegen de Taliban?1 De leden van de CDA-fractie zijn hier positief over. Het voorkomt een herhaling van het Irak-scenario. Hoe duidt de regering deze stap? Wordt de Amerikaanse gevechtsmissie onderdeel van de NAVO-missie Resolute Support? Zo nee, hoe verloopt dan de samenwerking, coördinatie en commandovoering?
18. Antwoord van het kabinet
Zie het antwoord op vraag 12.
NAVO rol ISIS/Irak/Syrië
Op de NAVO-top in Wales kwamen staatshoofden en regeringsleiders overeen te bezien hoe NAVO een bijdrage aan de inspanningen van de internationale coalitie tegen ISIS kan leveren. Waarom is hier tot dusver niets uit gekomen? Welke landen verzetten zich? Wat is de positie van Nederland? Ziet het kabinet nog steeds geen rol weggelegd voor de NAVO?
19. Antwoord van het kabinet
De afgelopen maanden is er overleg geweest tussen NAVO en de «Global Coalition to combat ISIL» n.a.v. de in Wales gemaakte afspraken om na te gaan of NAVO een coördinerende rol kon spelen t.a.v. luchttransport en de levering van wapens en goederen. De uitkomst van deze consultaties is dat er op dit moment geen behoefte is aan een coördinerende rol voor NAVO. Daarnaast heeft de NAVO in Wales aangegeven mogelijke defensie capaciteitsopbouwprogramma’s voor Irak te willen overwegen indien Irak hierom zou vragen. Tot nu toe heeft NAVO niet een dergelijk verzoek ontvangen. Zie verder antwoord op vraag 8.
De leden van de CDA-fractie vragen of het klopt dat Turkije zijn luchtruim nog steeds gesloten houdt voor optreden van de anti-ISIS coalitie? In welk opzicht levert Turkije wel een bijdrage aan de anti-ISIS coalitie? Is Turkije aanwezig op de bijeenkomst van 3 december a.s. van de brede internationale coalitie tegen ISIS op het NAVO-hoofdkwartier? Is de regering naar aanleiding van de uitspraken van de Amerikaanse vice-president Biden over steun van Turkije aan jihadisten in Syrië tenminste bereid contact op te nemen met de Verenigde Staten? Is de Minister bereid in navolging van het pleidooi van de Minister van Defensie binnen de NAVO aandacht te besteden aan de ontwikkelingen op het gebied van rechtsstaat en democratie in Turkije?2
20. Antwoord van het kabinet
Zie het antwoord op vraag 8 voor de Nederlandse anti-ISIS inspanningen.
Nederland is continue in gesprek met de Verenigde Staten en Turkije om te spreken over alle verschillende aspecten welke raken aan de problematiek die gaande is in de Arabische regio. Nederland wisselt ook regelmatig met Turkije van gedachten over gemeenschappelijke waarden. De EU, de Raad van Europe, de OVSE en de VN, maar ook bilaterale contacten zijn hiervoor het meest geschikt. De Minister van Buitenlandse Zaken zal naar alle waarschijnlijkheid en marge van de NAVO bijeenkomst een ontmoeting hebben met zijn Turkse collega.
De NAVO zal een mogelijke bijdrage aan de capaciteitsopbouw van de Iraakse veiligheidstroepen overwegen, indien de Iraakse overheid daarom zou vragen. Hoe beoordeelt de Minister in dit licht de zorgelijke berichtgeving over ernstige corruptie bij het Iraakse leger?3
21. Antwoord van het kabinet
De regering Abadi heeft hervorming van het veiligheidsapparaat en het tegengaan van corruptie bestempeld tot eerste prioriteiten. Eerste stappen hiertoe zijn al gezet.
Inbreng D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van de geannoteerde agenda voor de bijeenkomst van de NAVO-Ministers van Buitenlandse Zaken op 2 december a.s. Zij hebben nog een aantal vragen.
NAVO – Oekraïne Commissie (NUC)
De leden van de D66-fractie zijn content met het voornemen van de Minister om Oekraïne te bedanken voor de intensieve samenwerking na de ramp met de MH17 en daarnaast het Oekraïense leger te helpen de winter door te komen met kleding en generatoren. Het kabinet geeft daarnaast aan dat de eerste activiteiten op het gebied van het Trust Fund voor logistiek en standaardisering al vorm hebben gekregen. De leden van de D66-fractie vragen hoe die vormgeving er precies uitziet. Welke activiteiten hebben al plaatsgevonden?
22. Antwoord van het kabinet
Het Trust Fund voor logistiek en standaardisering is inmiddels operationeel. Concrete activiteiten hebben nog niet plaatsgevonden. Op korte termijn zal een needs assessment worden uitgevoerd. Op basis van de resultaten van dit onderzoek zullen concrete activiteiten worden gepland.
De leden van de D66-fractie delen de mening dat er geen sprake kan zijn van het opnieuw oppakken van de militaire samenwerking met Rusland. Hoe schat de Minister de grootschalige militaire oefeningen aan de rand van het NAVO-gebied in en hoe gaat de Minister die opvatting tijdens de NAVO-raad uitdragen? Hoe acht de Minister de kans überhaupt aanwezig dat er in de toekomst een basis van vertrouwen zal zijn waarop kan worden samengewerkt?
23. Antwoord van het kabinet
Zie het antwoord op vraag 6. In aanvulling hierop: de Russische grootschalige militaire oefeningen, en dan met name het gebrek aan transparantie daaromheen, baren het kabinet zorgen. Met het pakket onmiddellijke geruststellende maatregelen en de ontwikkeling van het Readiness Action Plan heeft de NAVO adequaat gereageerd op de Russische activiteiten. Op dit moment valt niet in te schatten of, en zo ja in welke mate, in de toekomst op basis van vertrouwen weer kan worden samengewerkt.
NAVO-rol ISIS/Irak/Syrië
De leden van de D66-fractie maken zich grote zorgen om de opmars van ISIS. De Minister geeft aan dat de NAVO een mogelijke bijdrage aan capaciteitsopbouw van de Iraakse veiligheidstroepen zal overwegen. Indien een verzoek komt van Iraakse kant, wat zal dan de inzet zijn van de Nederlandse regering? Zal de Nederlandse regering dan bereid zijn aan die capaciteitsopbouw bij te dragen?
24. Antwoord van het kabinet
Zie de antwoorden op de vragen 8 en 13.
De leden van de D66-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de uitspraken van de Minister-President tijdens de Parlementaire Assemblee waarin hij zei dat de NAVO-uitgaven transparanter zouden moeten. Hoe zou de Nederlandse regering deze gewenste transparantie willen vormgeven en op welke manier gaat de Minister van Buitenlandse Zaken op de bijeenkomst van 2 december vorm geven aan deze uitspraken van de premier?
25. Antwoord van het kabinet
Zie het antwoord op vraag 3. Transparantie staat voor de komende ministeriële niet expliciet op de agenda.
De leden van de D66-fractie zijn verheugd met de aanstelling van mevrouw Schuurman die mede verantwoordelijk wordt voor de uitvoering van VN-resolutie 1325 als Speciaal Vertegenwoordiger van de Secretaris-Generaal voor Vrouwen, Vrede en Veiligheid. De leden van de fractie van D66 vragen wat volgens het kabinet de ambitie van de NAVO zou moeten zijn wat betreft de emancipatie van vrouwen in het bondgenootschap.
26. Antwoord van het kabinet
Nederland zet zich in NAVO-verband ervoor in dat de aanbevelingen uit de eerdere evaluatie over Resolutie 1325 binnen de NAVO geïmplementeerd worden, en dat het Actieplan 1325 dat tijdens de Top is vastgesteld wordt uitgevoerd. Dit Actieplan formuleert concrete acties om deze vooruitgang te behalen, zoals het inzetten van gender adviseurs in alle fasen van een missie. Het plan voorziet verder in consultaties met NGO’s en internationale organisaties om te komen tot een betere implementatie van VNVR-resolutie 1325.
De leden van de D66-fractie hebben ten slotte nog een vraag over de NAVO-norm die stelt dat alle bondgenoten 2% van hun BNP aan defensie zouden moeten besteden. De leden vinden het ambitieus om naar een norm van 2% defensie-uitgaven te streven, maar zouden het nog beter vinden de behoefte van het gehele bondgenootschap in kaart te brengen en vervolgens door samen te werken die behoefte in te vullen. Wat zou volgens het kabinet het tijdspad en stappenplan moeten zijn om tot de 2%-norm te komen, en welke rol kan de uitwerking van de motie-Van der Staaij daarin spelen? Bestaat er volgens het kabinet een mogelijkheid om tot een nieuwe, realistische norm te komen waar de 28 lidstaten zich aan kunnen houden? En zou Europese samenwerking op het gebied van defensie volgens het kabinet prominent deel uit kunnen maken van deze nieuw op te stellen norm?
27. Antwoord van het kabinet
Zie het antwoord op vraag 17.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-28676-217.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.