28 638 Mensenhandel

Nr. 234 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 oktober 2023

Aanleiding

Op 25 september jl. heeft het Centrum tegen Kinderhandel en Mensenhandel (CKM) het rapport «Onzichtbare slachtoffers van mensenhandel in 2022» (hierna: «het rapport») gepubliceerd. Dit rapport vindt u in bijlage 1. Op 28 september jl. heeft de Vaste Commissie voor Justitie en Veiligheid een verzoek gedaan om op dit rapport te reageren. Met deze brief willig ik dit verzoek in.

Het rapport heeft tot doel bij te dragen aan het vergroten van het zicht op en inzicht in de slachtofferpopulatie in Nederland. Het richt zich op het aantal slachtoffers van mensenhandel dat in 2022 in beeld kwam via de online hulpverleningstool Chat met Fier. Via de tool kunnen slachtoffers van geweld (anoniem) met een zorgprofessional chatten. In 2022 zijn in totaal 229 unieke personen op de chat gekomen met een hulpvraag rondom mensenhandel. In het merendeel (89,6%) van de gevallen die op chat kwamen, ging het om personen die zelf slachtoffer waren van mensenhandel (seksuele en criminele uitbuiting). In de overige chats ging het om personen die spraken over een bekende die (mogelijk) slachtoffer was van mensenhandel.

Reactie op het rapport

In het rapport wordt een drietal aanbevelingen gedaan. Hierop zal ik nader ingaan.

Politieke onzekerheid mag aanpak mensenhandel niet schaden

Het CKM beveelt dit demissionaire kabinet en het nog te vormen kabinet aan om zich onverminderd in te spannen voor de blijvende uitdagingen in de aanpak van mensenhandel. Deze aanbeveling omarm ik ten volle. Het is evident dat mensenhandel, in welke vorm dan ook, voorkomen en bestreden moet worden. Onder de paraplu van het Programma Samen tegen mensenhandel zet het departement zich, samen met andere ministeries en ketenpartners, in om de aanpak van mensenhandel te versterken. Aanvullend is mensenhandel als landelijke prioritaire beleidsdoelstelling voor politie opgenomen in de Veiligheidsagenda. Deze afspraken lopen tot en met 2026.

Aanpak klanten

Het CKM beveelt aan om een strategie te ontwikkelen die ziet op de aanpak van personen die moedwillig seks tegen betaling hebben met (minderjarige) slachtoffers van mensenhandel. Klanten van seksuele diensten moeten zich bewust zijn van hun verantwoordelijkheid. Het kabinet heeft daarom in 2021 gewerkt aan een pakket maatregelen dat ervoor zorgt dat klanten zich bewust zijn van hun rol en verantwoordelijkheid.1 Dit pakket bestaat uit drie delen. Ten eerste zijn klanten per 1 januari 2022 strafbaar als zij een seksuele dienst afnemen van een sekswerker van wie ze weten of ernstige reden hebben om te vermoeden dat sprake is van dwang, uitbuiting of mensenhandel. Deze gedraging is strafbaar gesteld in artikel 273g van het Wetboek van Strafrecht. Dit artikel komt ter aanvulling op het artikel 248b van het Wetboek van Strafrecht dat klanten die een seksuele dienst afnemen van minderjarigen strafbaar stelt.

Om klanten te informeren over de nieuwe strafbaarstelling en om verantwoord klantengedrag te stimuleren, is voorts op 29 december 2021 de campagne «Niet alles is wat het lijkt» gestart. Deze campagne heeft tot 31 januari 2022 via abri’s, sociale media, online advertenties en video’s aandacht gevraagd voor het vorenstaande.

Ten slotte doet het CKM momenteel onderzoek naar klanten om beter inzicht te krijgen in wie deze personen zijn die seks kopen van minderjarigen en slachtoffers van mensenhandel. Het onderzoek gaat onder meer in op de achtergrond, motieven en modus operandi van veroordeelde klanten en de wijze waarop de opsporing en vervolging van klanten van minderjarige slachtoffers vanuit de opsporingsinstanties wordt vormgegeven. Het ministerie is in afwachting van dit onderzoek, dat naar verwachting voor het einde van dit jaar gereed zal zijn. Inzichten die volgen uit dit onderzoek zullen waar dit opportuun is bij nadere beleidsontwikkeling betrokken worden.

Prioriteer de aanpak van ouders die hun kinderen seksueel uitbuiten

Het CKM beveelt aan om prioriteit te geven aan de aanpak van ouders die hun eigen kinderen uitbuiten en aan het bereiken en beschermen van de betrokken slachtoffers. Over de aard en omvang van deze problematiek is nog weinig bekend. De laatste jaren zijn enkele zaken voor de rechter geweest waarin een ouder is veroordeeld voor de uitbuiting van een eigen kind. Naar aanleiding van de cijfers van Chat met Fier uit 2021 is het Ministerie van Justitie en Veiligheid, samen met het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, met het CKM en Fier hierover in gesprek gegaan.2

De politie en het openbaar ministerie herkennen de signalen uit de onderzoeken echter heel gering en niet in dezelfde mate als uit het onderzoek naar voren komt. Zonder signalen is het lastig voor de politie om hier actief op in te zetten. Niettemin is het verschrikkelijk dat het vermoeden bestaat dat kinderen op deze wijze worden uitgebuit en is het van belang dat de signalen die bekend zijn ook bij politie en fysieke hulpverlening terechtkomen. In dat kader zijn er afspraken gemaakt tussen de politie en Chat met Fier over het doorverwijzen van slachtoffers van mensenhandel die op de chat komen, naar de AVIM-eenheid in de regio waar zij wonen. Gezamenlijk wordt bezien of er naast deze afspraken initiatieven opgezet kunnen worden die kunnen bijdragen aan het delen van signalen van het CKM naar politie.

Programma Samen tegen mensenhandel

In het rapport wordt een beroep gedaan om de aanpak van klanten en de rol van ouders bij uitbuiting te verankeren in het Programma Samen tegen mensenhandel. In het coalitieakkoord is bepaald dat het Programma Samen tegen mensenhandel wordt voortgezet, en dat hier jaarlijks 2 miljoen euro voor beschikbaar wordt gesteld. Op basis van vier rondetafelbijeenkomsten is een Actieplan opgesteld met een ambitie, doelstellingen, actielijnen en concrete acties. Uit de problemen die bij de vele partners in o.a. het sociaal domein, zorg- en veiligheidsdomein zijn opgehaald volgt niet de brede wens om in het Actieplan een specifieke focus te wijden aan de aanpak van klanten of ouders die hun eigen kinderen uitbuiten. Wel wordt in het Actieplan ingezet op het creëren van brede bewustwording over het fenomeen mensenhandel. Hierbinnen is ook aandacht voor kwetsbare groepen van jongeren en het bereiken van professionals, zodat zij weten wat mensenhandel is, dat het plaatsvindt in verschillende verschijningsvormen, kunnen signaleren en handelingsperspectief hebben. Zoals eerder vermeld heeft mijn departement bovendien reeds een klantenpakket ontwikkeld en werkt de politie samen met Chat met Fier. Het Actieplan vormt nadrukkelijk een aanvulling op het bestaande beleid en de uitvoering, die in de voorgaande jaren ontplooid zijn en ook in de komende jaren gecontinueerd worden. Ik kijk ernaar uit om het Actieplan met uw Kamer te delen en daarover op korte termijn van gedachten te wisselen.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, E. van der Burg


X Noot
1

Kamerstuk 28 638, nr. 205.

X Noot
2

Kamerstuk 28 638, nr. 212.

Naar boven