28 625 Herziening van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid

Nr. 100 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 juni 2010

Hierbij ontvangt u de voortgangsrapportage over de perceelsregistratie en GDI in vervolg op mijn brief van 11 mei jl. (kamerstuk 28 625, nr. 99).

In deze brief zal ik ingaan op de stand van zaken van de resultaten van de Gemeenschappelijke Data Inwinning (GDI), het perceelsregister en de toezeggingen die ik daarover heb gedaan.

Verwerking van de GDI2010

Zoals ik u reeds eerder heb gemeld, zijn er tot 1 april jl. door 12.000 ondernemers in totaal 82.000 perceelscorrecties doorgegeven. Gegeven de discussie over de perceelsregistratie had ik rekening gehouden met een zekere stijging van de correcties. Dit ook tegen de achtergrond van de ervaringen van voorgaande jaren. In eerdere jaren werden circa 70.000 perceelscorrecties doorgegeven. Het aantal te ontvangen correcties in 2010 was geschat op 100.000.

Inmiddels ben ik echter geconfronteerd met een explosieve stijging van 82.000 naar 232.000 opmerkingen bij de percelen, een toename van 150.000. Deze explosieve groei heeft vanzelfsprekend gevolgen voor de uitvoering en de planning van Dienst Regelingen.

Inmiddels zijn circa 80.000 GDI-opgaven binnengekomen, waarvan 75.000 opgaven perceelsgerelateerd zijn. Het percentage elektronische opgaven dit jaar (85,2%) is beduidend hoger dan op hetzelfde tijdstip vorig jaar (70,7%).

94,1% van de potentiële GDI-indieners heeft inmiddels zijn of haar opgave ingediend. Het restant van 5,9% betreft hoofdzakelijk indieners van de landbouwtelling, dit is conform voorgaande jaren.

Stand van zaken perceelsregister

Voor 1 april jl. zijn zoals gezegd 82.000 correcties doorgegeven aan DR. Inmiddels zijn hiervan circa 80.000 perceelscorrecties integraal opnieuw ingetekend en gedigitaliseerd. Op basis van een analyse van deze verwerkte percelen blijkt dat dit heeft geleid tot een aanpassing in oppervlakte van 1% (circa 1500 hectare).

Verder blijkt dat de inmiddels gecorrigeerde percelen een goede afspiegeling vormen van de totale populatie. Tevens blijkt dat 50% van de door ondernemers geplaatste stippen niet leidt tot een aanpassing van de subsidiabele oppervlakte. De perceelsregistratie wordt door de doorgegeven opmerkingen nauwkeuriger, maar dit leidt tot op heden niet tot grote aanpassingen in de oppervlakte die voor subsidie in aanmerking komt.

Bekijken van percelen in het nieuwe perceelsregister en mogelijkheid tot het verkleinen van de opgegeven oppervlakte

In het AO van 22 april jl. (kamerstuk 28 625, nr. 98) heb ik aangegeven dat alle correcties voor 1 juli zijn verwerkt en dat de boer tussen 1 en 15 juli de gelegenheid heeft om – indien nodig – op grond van zijn geactualiseerde perceelsgegevens zijn GDI-opgave in oppervlakte naar beneden bij te stellen. Daarbij ben ik steeds uitgegaan van de perceelscorrecties die ik tot dat moment had ontvangen en de verwachtingscijfers uit voorgaande jaren.

Gezien het onvoorzien explosief hoge aantal opmerkingen dat in de GDI is doorgegeven, moge het duidelijk zijn dat het voor mijn dienst niet mogelijk is om alle correcties voor 1 juli a.s. te hebben verwerkt.

Wel zal ik conform mijn toezegging aan de boeren de mogelijkheid blijven geven om de oppervlakte in hun GDI-opgave naar beneden bij te stellen

Hieronder zet ik het concrete uitvoeringstraject daarvoor uiteen.

Vanaf 1 juli ziet de landbouwer de nieuwe topografische percelen samen met de door hem opgegeven grenzen van de gewaspercelen via Mijn Dossier. Beide soorten percelen worden weergegeven met een kaart en met een oppervlakte (getal). Door de kleur van de belijning kan de landbouwer zien of zijn opmerking is verwerkt. Ook de opmerking die de landbouwer in de GDI bij een perceel heeft gemaakt wordt weergegeven. De landbouwer kan daarmee dus op een eenvoudige wijze zien of de door hem opgegeven gewaspercelen passen op het nieuwe perceelsregister.

De landbouwer heeft vervolgens de mogelijkheid om op een gebruiksvriendelijke wijze via internet, de zogenaamde eBOP (bijstelling oppervlakte percelen), de opgegeven oppervlakte van de Gecombineerde opgave naar beneden aan te passen indien hij dit noodzakelijk acht. Zo kan een eventuele sanctie worden voorkomen. De rest van de opgave kan niet meer worden aangepast. De Europese regelgeving biedt deze mogelijkheid tot het naar beneden bijstellen van de opgegeven oppervlakte.

Iedere keer wanneer van een groep van landbouwers alle doorgegeven perceelscorrecties zijn verwerkt, stel ik die landbouwers in de gelegenheid de opgegeven oppervlakte te verlagen indien zij dat noodzakelijk achten. Vervolgens hebben die landbouwers twee weken de tijd de opgave neerwaarts bij te stellen. Iedere landbouwer ontvangt hierover persoonlijk bericht.

De eBOP staat vanaf 1 juli voor iedereen open. Met de beschreven methodiek krijgt elke landbouwer de gelegenheid zijn aanvraag aan te passen en kan het uitvoeringsproces zo snel mogelijk worden vervolgd.

De landbouwers die het eerste in de gelegenheid worden gesteld om hun aanvraag bij te stellen zijn de landbouwers die vóór 1 april een perceelscorrectie hebben doorgegeven.

Ditzelfde geldt voor de landbouwers die helemaal geen correcties hebben doorgegeven. Ook deze landbouwers krijgen hierover persoonlijk bericht.

Ik reken op een goede samenwerking tussen de landbouwers en DR voor de nadere optimalisering van het perceelsregister en het verdere uitvoeringsproces. Voor een goede kwaliteit van het perceelsregister blijft het van belang dat landbouwers ook in de toekomst wijzigingen steeds doorgeven aan DR.

Uitvoering van controles ter plaatse

De EU-regelgeving bepaalt dat als een controle ter plaatse is uitgevoerd of is aangekondigd de landbouwer geen aanpassingen op zijn aanvraag meer mag doen als bij die controle een afwijking wordt geconstateerd.

Ik heb om maximaal invulling te geven aan de mogelijkheid om de aangevraagde oppervlakte naar beneden te kunnen bijstellen, de controles meer gespreid over de komende maanden.

Voor met name het Subsidiestelsel natuur- en landschapsbeheer (SNL) geldt dat in een aantal gevallen de natuurkalender (het broedseizoen) een controle voor medio juli noodzakelijk en onontkoombaar maakt.

Communicatie en dienstverlening richting de ondernemers

Om het inzien van percelen en de eventuele bijstelling van de opgave mogelijk te maken heb ik een nieuwe applicatie (eBOP) gebouwd. Deze applicatie is toegevoegd aan Mijn Dossier en bevat op diverse onderdelen toelichtende teksten. De eBOP bevat ook een meetinstrument waarmee de landbouwer kan nameten en daarmee inzicht krijgt in de eventuele noodzakelijke aanpassing. Hiermee is de eBOP maximaal gebruiksvriendelijk. Relaties die de bijstelling liever laten doen door hun adviseur, kunnen gebruik maken van de gemachtigdenvoorziening.

De landbouwers ontvangen individueel een brief thuis als DR voor hen alle topografische percelen heeft verwerkt. In deze brief staat vermeld wanneer voor hen de mogelijkheid sluit om de opgave van de GDI aan te passen. Alle relaties krijgen hiervoor twee weken de tijd.

Het LNV-Loket staat met een maximale bezetting klaar voor de landbouwers. De extra inzet van mensen en capaciteit bij DR sinds begin dit jaar wordt hiermee verlengd. Bij grote drukte is het LNV-Loket óók op avonden en zaterdagen bereikbaar. De medewerkers bieden ondersteuning en beschikken over de meekijkapplicatie om, desgevraagd, mee te kijken in de percelen van de landbouwer.

Het wekelijks telefonisch overleg met LTO en VLB wordt weer ingezet. Daarbij kunnen actuele vragen en aandachtspunten besproken worden. Zo kan snel en adequaat door DR op deze punten worden ingespeeld. Ook zal DR de helpdesk van LTO voorzien van de meest gestelde vragen en bijbehorende antwoorden.

De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

G. Verburg

Naar boven