28 600 XIV
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij (XIV) voor het jaar 2003

nr. 159
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 8 augustus 2003

Op 19 juni jl., heb ik u bij brief geïnformeerd over de aanpak van de ontwikkeling van een nieuw beleid voor de schelpdiervisserij in de Nederlandse kustwateren (kamerstuk 28 600 XIV, nr. 150). In die brief heb ik aangegeven dat bij de ontwikkeling van het nieuwe beleid maximaal aandacht wordt besteed aan een goede maatschappelijke en bestuurlijke verankering. Daarom wordt voorzien in regiobijeenkomsten en heb ik, onder voorzitterschap van mevrouw S. de Jong, een Beleidsadviesgroep ingesteld waarin de voorzitters van de belangrijkste belangenorganisaties zijn vertegenwoordigd. De basis voor het traject van beleidsontwikkeling wordt evenwel gevormd door de wetenschappelijke evaluatie van het bestaande beleid en het onderzoek naar de relatie tussen de schelpdiervisserij en de natuurwaarden van de kustwateren.

Dit zeer omvangrijke onderzoeksprogramma EVA II bevindt zich thans in de eindfase. Het is aan het onderzoeksconsortium om de talloze deelrapporten te combineren tot één syntheserapport. Van dit syntheserapport komt een wetenschappelijke en een publieksversie beschikbaar. De aard van het onderzoek en de complexiteit van de materie brengen met zich mee dat de onderzoekers meer tijd nodig hebben om de eindrapportage te kunnen afronden. Een zorgvuldig beleidsproces houdt in dat alleen op basis van álle bevindingen van het onderzoek een goed maatschappelijk en bestuurlijk overleg kan plaatshebben.

Daarom heb ik besloten, mede op verzoek van de betrokken belangenorganisaties, om de planning van het beleidsproces aan te passen. De nieuwe uiterste opleverdatum van de publieksversie van het eindrapport EVA II is nu gesteld op 15 oktober 2003. Ik zal de planning van de vervolgstappen daarop aanpassen.

Dat betekent dat de regiobijeenkomsten en het bestuurlijk overleg na deze datum zullen worden belegd.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

C. P. Veerman

Naar boven