28 325 Bouwregelgeving

Nr. 148 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 januari 2012

Bij brief van 21 december 2011 heeft de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu aan mij en de staatssecretaris voor Infrastructuur en Milieu gevraagd om een lijst openbaar te maken waarin voor alle Nederlandse zwembaden is vermeld de mate waarin zij voldoen aan de voorschriften ten aanzien van de toepassing van RVS-constructies. Tevens heeft u gevraagd om vóór 26 januari 2012 te worden geïnformeerd over de inspectiefrequentie.

In de brief van 16 december 2011 (kenmerk 28 325 nr. 147) heeft mijn voorganger u geïnformeerd over de problematiek van roestvast staal constructies in zwembaden. In deze brief is vermeld dat de problematiek betrekking heeft op de Woningwet waarvoor ik verantwoordelijk ben. Daarom beantwoord ik ook uw nieuwe brief.

In de bijlage van de brief van 16 december is uiteengezet welke regelgeving van toepassing is en wie verantwoordelijk is voor de uitvoering daarvan. De verantwoordelijkheid om te voldoen aan de regelgeving ligt bij eigenaren en/of beheerders van zwembaden, en gemeenten hebben hierbij een toezicht- en handhavingstaak. De VROM-Inspectie heeft in het kader van het interbestuurlijk toezicht in 2011 geïnventariseerd welke acties gemeenten hebben ondernomen op het gebied van handhaving en toezicht. De resultaten hiervan staan vermeld in de brief van 16 december 2011. Voor 382 zwembaden is door gemeenten informatie aangeleverd. Dit betreft een deel van alle circa 1 5001 zwembaden in Nederland. Deze inventarisatie betreft verder globale informatie over toezicht en handhaving door de gemeenten en hieruit volgt niet de mate waarin deze zwembaden voldoen aan de voorschriften. Ik kan u daarom voor deze 382 zwembaden c.q. alle zwembaden in Nederland geen lijst geven zoals door u is gevraagd.

Zoals vermeld in de brief van 16 december 2011 laat ik door, de Inspectie voor Leefomgeving en Transport (ILT) 2 onderzoek uitvoeren naar de naleving van de voorschriften. Het is niet haalbaar om alle zwembaden in Nederland binnen korte termijn te onderzoeken. Daarom is het onderzoek risicogericht, waarbij gebruik wordt gemaakt van de uitkomsten van de inventarisatie zoals deze in november/december 2011 is uitgevoerd.

Uit deze inventarisatie is naar voren gekomen dat 35 gemeenten sinds 2009 nog geen enkele actie hebben ondernomen en dat 146 andere gemeenten nog geen reactie hebben gegeven op het verzoek om te rapporteren. Daarnaast zijn er enkele gemeenten die wel een controle hebben uitgevoerd, maar waarvan het niettemin niet duidelijk is of het toezicht is geborgd. De openbare zwembaden in deze gemeenten zullen worden onderzocht; dit komt neer op circa 200 zwembaden. Daarnaast zullen ook circa 50 niet openbare zwembaden van sauna’s, hotels, bungalowparken e.d. worden onderzocht.

Het onderzoek bestaat uit een bezoek aan de gemeente en een locatiebezoek aan het zwembad. Bij de gemeenten onderzoekt de ILT het handhavingsbeleid van deze gemeenten met betrekking tot zwembaden en hoe hier uitvoering aan is gegeven. Bij de zwembaden onderzoekt de ILT of de eigenaar/gebruiker periodiek de constructieve veiligheid van de roestvast staal constructies inspecteert en bij tekortkomingen aansluitend adequate maatregelen treft.

De resultaten van dit onderzoek bij de zwembaden zal ik voor het zomerreces aan u toesturen.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, J. W. E. Spies


X Noot
1

Bron Nationaal Platform Zwembaden. 600 zwembaden hiervan zijn openbare zwembaden; 900 zwembaden zijn zwembaden in sauna’s, hotels, bungalowparken e.d.

X Noot
2

De VROM-Inspectie is per 1 januari 2012 overgegaan in de Inspectie voor Leefomgeving en Transport (ILT).

Naar boven