28 286 Dierenwelzijn

Nr. 643 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 juli 2013

In mijn brief van 24 mei jl. met (Kamerstuk 28 286, nr. 630), ben ik nader ingegaan op de discussie over het zenderen van zeehonden. In de brief heb ik aangegeven dat ik uw Kamer nader zou informeren over de vraag of de criteria voor het zenderen zouden moeten worden aangepast. Ik ben daartoe te rade gegaan bij de Dier Experimenten Commissie (DEC) van de KNAW, ingesteld op basis van de Wet op de Dierproeven (Wod). Ik heb de DEC gevraagd om de onlangs – in mijn opdracht – uitgevoerde review door de Schotse «Sea Mammal Research Unit» rondom zenderen van zeehonden nog eens kritisch te bekijken. De review heb ik uw Kamer op 22 april jl. toegezonden (Kamerstuk 28 286, nr. 626).

De DEC heeft op 13 juni 2013 aan mij advies uitgebracht. In het advies wordt gesteld dat de conclusies van de review overeenkomen met de bevindingen van de DEC zelf. De toetsing door de DEC van de twee onderzoeksplannen die betrekking hebben op het zeehondenonderzoek bij Imares is uitgebreider dan beschreven in de Schotse review. De DEC bekijkt de consequenties voor het individuele in het wild levende dier, de consequenties voor de soort en voor het biotoop. De DEC komt tot de conclusie dat er op basis van de Wod geen aanleiding is tot het aanscherpen van de toetsingseisen rond het onderzoek met zeehonden. Het DEC-advies stuur ik als bijlage mee met deze brief1.

De DEC beveelt verder aan om de toetsing voor de Wod en de Flora- en faunawet in de toekomst te combineren. Ik zal deze aanbeveling nader bestuderen.

Ik heb u aangegeven dat ik uiterste zorgvuldigheid wil betrachten bij het zenderen van zeehonden. Op grond van de review van het Schotse instituut en het advies van de DEC stel ik vast dat het onderzoek zeer zorgvuldig gebeurt. Ik zie dan ook geen aanleiding om extra voorwaarden te stellen aan het zenderen van zeehonden.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven