28 169
Gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte

nr. 15
MOTIE VAN HET LID BUSSEMAKER C.S.

Voorgesteld 26 juni 2002

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening, dat de Wet gelijke behandeling gehandicapten en chronisch zieken een enorme omslag in denken betekent door het recht op volwaardige participatie en zelfstandigheid centraal te stellen;

overwegende, dat dit wetsvoorstel zich beperkt tot arbeid, beroep en beroepsopleidingen en openbaar vervoer;

overwegende, dat ook op andere terreinen, waaronder in ieder geval sport en recreatie, goederen en diensten, wonen, stedelijke ruimte en primair en voortgezet onderwijs een wettelijke normering nodig is;

constaterende, dat de Kamer via de motie-Passtoors c.s. (stuk nr. 68) de regering al eerder heeft verzocht een dergelijk wetstraject voor te bereiden;

overwegende, dat de regering de implementatie van de gemeenschappelijke bepalingen uit de EG-richtlijn gelijke behandeling in arbeid en beroep voor december 2003 moet hebben afgerond;

verzoekt de regering de Kamer tegelijkertijd met voorstellen over deze gemeenschappelijke bepalingen een voorstel te doen over de wijze waarop en de termijnen waarbinnen de terreinen sport en recreatie, goederen en diensten, wonen, stedelijke ruimte en primair en voortgezet onderwijs onder de Wet gelijke behandeling gehandicapten en chronisch zieken kunnen worden gebracht,

en gaat over tot de orde van de dag.

Bussemaker

Van Gent

Van der Ham

Mosterd

Terpstra

De Ruiter

Rouvoet

Van der Vlies

Jense

Naar boven