nr. 14
AMENDEMENT VAN HET LID HAMER
Ontvangen 27 januari 2004
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
In artikel III, onderdeel C, wordt na punt 2 een nieuw punt ingevoegd,
luidend:
2a. Na het eerste lid wordt een lid ingevoegd, luidend:
1a. Indien de benoeming of tewerkstelling zonder benoeming betrekking
heeft op onderwijs in de eerste twee leerjaren van het middelbaar algemeen
voortgezet onderwijs of het voorbereidend beroepsonderwijs, kan in afwijking
van het eerste lid onder b, voor een periode van ten hoogste vier jaren ook
tot leraar in alle vakken van die leerjaren worden benoemd of tewerkgesteld
zonder benoeming degene die niet in het bezit is van een bewijsstuk als bedoeld
in het eerste lid onder b maar wel in het bezit is van een getuigschrift,
afgegeven krachtens de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek,
waaruit blijkt dat is voldaan aan de bekwaamheidseisen die zijn vastgesteld
krachtens artikel 32a, eerste lid, van de Wet op het primair onderwijs of
krachtens artikel 32a, eerste lid, van de Wet op de expertisecentra. Aan de
eerste volzin wordt uitsluitend toepassing gegeven indien het bevoegd gezag
en betrokkene in ieder geval schriftelijk hebben verklaard dat betrokkene
verplicht is om binnen vier jaren alsnog te voldoen aan de bekwaamheidseisen
voor het geven van het desbetreffende onderwijs in die eerste twee leerjaren.
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen vakken worden aangewezen ten aanzien
waarvan de eerste volzin geen toepassing vindt.
Toelichting
Dit amendement strekt ertoe het mogelijk te maken dat de afgestudeerden
aan lerarenopleidingen voor het primair onderwijs worden benoemd in de onderbouw
van het VMBO ook al hebben zij niet voldaan aan de bekwaamheidseisen die op
grond van de WVO zullen zijn vastgesteld.
Deze afgestudeerden hebben daarmee toegang tot het VMBO, uiteraard met
inachtneming van de benoemingsvrijheid van het bevoegd gezag.
De achtergrond van het amendement is leerkrachten afkomstig uit het basisonderwijs de kans te geven als (groeps)leerkracht in de onderbouw
aan de slag te laten gaan zonder al teveel bureaucratische rompslomp. Binnen
4 jaren na benoeming of tewerkstelling zonder benoeming moet betrokkene alsnog
het bewijs leveren dat hij of zij voldoet aan de bekwaamheidseisen die op
grond van de WVO zullen zijn vastgesteld.
Hamer