27 926
Huurbeleid

nr. 104
MOTIE VAN HET LID HERMANS

Voorgesteld 6 april 2006

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat de wijzigingen in het huurbeleid mogelijk ongewenste effecten zullen hebben voor de productie door commerciële partijen van nieuwbouwwoningen die in het overgangsgebied terechtkomen;

van mening, dat een huurprijsmaximering voor nieuwe huurders die een nieuwbouwhuurwoning betrekken en die daarvoor dus een bewuste keuze maken, niet noodzakelijk is;

overwegende, dat overleg tussen gemeentebesturen en woningcorporaties ertoe kan leiden dat er dwingende afspraken kunnen worden gemaakt voor vrijwillig reguleren van nieuwbouwhuurwoningen die in het overgangsgebied terechtkomen;

voorts overwegende, dat het overleg tussen gemeentebesturen en marktpartijen ertoe kan leiden dat er op vrijwillige basis afspraken gemaakt kunnen worden over het eventueel vrijwillig reguleren van een deel van de nieuwbouwhuurwoningen die in het overgangsgebied terechtkomen;

van mening, dat het ook mogelijk moet zijn om nieuwbouwwoningen die in het overgangsgebied vallen op basis van puntenwaarde in te schrijven in het register van geliberaliseerde huurwoningen;

spreekt uit, dat nieuwbouwwoningen in het overgangsgebied met ten minste 135 punten of meer direct bij oplevering in overleg met gemeentebesturen kunnen worden ingeschreven in het register van geliberaliseerde huurwoningen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Hermans

Naar boven