Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 maart 2019
In deze brief reageren wij, op het verzoek van uw Kamer (Handelingen II 2018/19, nr.
46, item 27) om een brief over recente ontwikkelingen m.b.t. Afghanistan. De situatie in Afghanistan
en de NAVO-missie Resolute Support kwamen ook aan de orde tijdens de recente NAVO-ministeriële vergadering van Ministers
van Defensie in Brussel op 13 en 14 februari 2019. Een verslag van deze vergadering
gaat uw Kamer separaat toe.
Van 21 tot 27 januari voerden de VS en vertegenwoordigers van de Taliban directe gesprekken
in Qatar over de situatie in Afghanistan. De Amerikaanse Special Representative for Afghanistan Reconciliation Zalmay Khalilzad verzorgde op 28 januari 2019, direct na afloop van zijn gesprekken
met de Taliban, een debriefing in Kaboel aan de internationale partners van Afghanistan.
Op 31 januari 2019 was hij in Londen om tijdens de International Contact Group (ICG) voor Afghanistan deel te nemen aan het panel over vrede in Afghanistan. Ook
ging Speciaal Vertegenwoordiger Khalilzad in gesprek met NAVO-bondgenoten tijdens
vergaderingen van de Noord-Atlantische Raad op 4 en 11 februari jl.
Speciaal Vertegenwoordiger Khalilzad bevestigde in deze bijeenkomsten dat de VS en
de Taliban een concept kaderovereenkomst hebben bereikt. Deze kaderovereenkomst kan
dienen als basis voor gesprekken over een vredesakkoord tussen de Afghaanse regering
en de Taliban, waar ook andere Afghaanse groepen bij kunnen worden betrokken. De Amerikaanse
Secretary of State Pompeo benadrukte dat de kaderovereenkomst belangrijke vooruitgang vastlegt, maar
dat het nog geen eindresultaat is. Bovendien zijn er nog andere belangrijke onderwerpen
te bespreken, zoals een staakt-het-vuren en een intra Afghaans vredesproces, die geen
onderdeel zijn van de voorlopige kaderovereenkomst. Tijdens de NAVO-ministeriële bijeenkomst
op 13 en 14 februari jl. benadrukte acting Secretary of Defence Shanahan het belang om bijdragen aan Resolute Support op peil te houden tot een vredesovereenkomst
in Afghanistan is bereikt (Kamerstuk 28 676, nr. 315). Hij zegde toe bondgenoten te blijven informeren en consulteren over de Amerikaanse
besprekingen met de Taliban en de bredere Amerikaanse inzet op het politieke spoor.
Defensieministers hebben solidariteit in NAVO-operaties benadrukt. De Amerikaanse
aanwezigheid is randvoorwaardelijk voor bijdragen van partners aan de huidige missie.
De Afghaanse President Ghani heeft op 28 januari in een toespraak aan het Afghaanse
volk benadrukt dat een vredesovereenkomst tussen Afghanen onderling moet worden bereikt,
waarbij hij de Taliban wederom heeft opgeroepen gesprekken met zijn regering aan te
gaan.
Het kabinet benadrukt dat de gronden voor de Nederlandse inzet in Afghanistan, zoals
uiteengezet in de Kamerbrief over de inzet in 2018–2021 (Kamerstuk 27 925, nr. 630) niet zijn veranderd. De verdere opbouw van een stabiel Afghanistan met veilige steden
en een veilig platteland blijft essentieel voor de Afghaanse bevolking. Nederland
draagt bij aan het bestendigen en ondersteunen van de sociaaleconomische ontwikkeling
van Afghanistan, met aandacht voor mensenrechten, gendergelijkheid en rechtstaatsontwikkeling.
Ook de bestrijding van terrorisme en het tegengaan van irreguliere migratie blijven
actuele redenen voor de Nederlandse inzet in Afghanistan. Tot slot spelen bondgenootschappelijke
solidariteit en onze samenwerking met Duitsland een belangrijke rol voor Nederland.
Blijvend commitment van de NAVO en de internationale gemeenschap in Afghanistan is
nodig om de juiste voorwaarden te scheppen voor een Afghaans vredesproces dat kan
leiden tot duurzame vrede.
Het kabinet verwelkomt dit door de VS gecreëerde momentum voor vrede in Afghanistan
en steunt alle inspanningen die leiden tot een inclusief, intra-Afghaans vredesproces
dat gesteund wordt door de regio. De gewenste einduitkomst is een akkoord dat leidt
tot duurzame vrede. Tijdens de bovengenoemde bijeenkomsten heeft Nederland zich positief
uitgelaten over het momentum. Daarbij vraagt Nederland aandacht voor het belang van
een einde aan het geweld, de onwenselijkheid dat Afghanistan opnieuw een vrijhaven
voor terrorisme wordt, en de inzet samen met internationale partners op een uitkomst
van het vredes- en verzoeningsproces waarbij de mensenrechten van alle Afghaanse burgers,
inclusief vrouwen en minderheden, worden beschermd.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
S.A. Blok
De Minister van Defensie,
A.Th.B. Bijleveld-Schouten
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,
S.A.M. Kaag