27 863 Betalingsverkeer

Nr. 140 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 juni 2023

Bijgevoegd ontvangt u de jaarrapportage van het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer (MOB) van 2022. Het MOB is een samenwerkingsverband dat zich richt op efficiënt, veilig, betrouwbaar en toegankelijk betalingsverkeer, en wordt voorgezeten door De Nederlandsche Bank (DNB). In het MOB zijn zowel aanbieders als gebruikers in de betaalketen vertegenwoordigd.1 In deze brief geef ik een overzicht van de belangrijkste resultaten van het MOB in 2022. Tevens geef ik opvolging aan mijn toezegging om in gesprek te gaan met de banken over de uitvoering van hun commitment voor het verbeteren van de toegankelijkheid van het betalingsverkeer2 en de toezegging van mijn ambtsvoorganger tijdens het vragenuur van dinsdag 2 november 2021 om uiteen te zetten onder welke omstandigheden tariefverhogingen van betaalrekeningen vanwege een verhoogd risico redelijk en proportioneel zijn. Ook informeer ik uw Kamer over eventuele nieuwe ontwikkelingen om overstappen te vergemakkelijken en over het evaluatieverslag richtlijn betaalrekeningen van de Europese Commissie3.

Contant geld

Vanaf 2010 liep het gebruik van contant geld aan de toonbank sterk terug. Sinds 2020 is het aandeel van contante betalingen ten opzichte van alle toonbankbetalingen rond de 20% gebleven. De daling heeft zich hiermee niet doorgezet. Het aantal opnames bij geldautomaten is in 2022, na een jarenlange daling, met 6,2% gestegen tot bijna 160 miljoen. Ook het totale aantal geldautomaten in Nederland is licht gestegen afgelopen jaar, van 4.916 stuks naar 5.117.

In april 2022 hebben de banken, chartale dienstverleners, vertegenwoordigers van toonbankinstellingen en verschillende groepen consumenten het Convenant Contant geld gesloten, voor een periode van vijf jaar. Het doel van het Convenant is het maken van afspraken over de toegang tot en acceptatie van contant geld in Nederland.4 Na ondertekening van het Convenant bleven de tarieven voor contantgelddiensten van de aan het Convenant deelnemende banken in 2022 ongewijzigd. Hiermee zijn de banken en Geldmaat de desbetreffende afspraak in het Convenant nagekomen. Ook andere banken hebben zich inmiddels aan de afspraken geconformeerd.

Geldmaat, de entiteit die het geldautomatenpark van ABN AMRO, ING en Rabobank beheert, hield de landelijke dekking van bankbiljetautomaten op peil. Hoewel de normen voor aantallen en bereikbaarheid van deze automaten zijn gehaald, moet de beschikbaarheid, de mate waarin de automaten daadwerkelijk gebruikt kunnen worden, van deze automaten nog verbeteren. Geldmaat heeft hiertoe bij DNB verbeterplannen ingediend. Zoals ik eerder in de kamerbrief Vervolgstappen chartale infrastructuur5 heb aangegeven, hebben ook DNB en Brink’s, die ruim 90% van de markt voor waardevervoer beheerst, in het kader van het Convenant Contant Geld contractuele «living will»-afspraken gemaakt om de continuïteit van waardevervoer in de chartale keten te borgen.

Tot slot is het aantal plofkraken op geldautomaten in 2022 verder gedaald naar 9. Hiermee lijkt de gezamenlijke aanpak van plofkraken, waarbij ik samenwerk met de Minister van Justitie en Veiligheid, de politie, DNB, de banken en Geldmaat, effectief te zijn.

Ik heb uw Kamer onlangs geïnformeerd over mijn beleidsvoornemens ten aanzien van de chartale infrastructuur, op basis van het nadere onderzoek naar de toekomstige inrichting van de chartale keten.6 Hierbij heb ik aangegeven noodzaak te zien om wettelijke verplichtingen in te voeren om ook voor de langere termijn ervoor te zorgen dat de toegang tot contant geld geborgd blijft.

Toegankelijk betalingsverkeer

Programma verbeteren toegankelijkheid betalingsverkeer

De afgelopen jaren is er sprake van een toenemende mate van digitalisering in de samenleving en in het betalingsverkeer. Het rapport van DNB «Digitalisering van het betalingsverkeer: een uitkomst voor de één, een uitdaging voor de ander»7 laat zien dat 1 op de 6 Nederlanders moeite heeft om hun bank- en betaaldiensten geheel zelfstandig uit te voeren. Naar aanleiding hiervan hebben de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) en Betaalvereniging Nederland namens de vier grootbanken8 een commitment uitgesproken om de toegankelijkheid van het betalingsverkeer te verbeteren.9 Hierbij garanderen de banken dat niet-digitale klanten gebruik kunnen blijven maken van niet-digitale basisbankdiensten zo lang als dat nodig is, en kondigen zij een aantal acties aan om de toegankelijkheid te verbeteren.

Tijdens het mondelinge vragenuur op 31 januari jl. heb ik uw Kamer toegezegd om in gesprek te gaan met de banken over wat hun exacte plan is, de bewerkelijkheid, welke investeringen de banken gaan plegen en wat het tijdspad is van uitvoering van hun commitment voor verbeteren van de toegankelijkheid van het betalingsverkeer.10 Hoewel ik tijdens het mondelinge vragenuur heb toegezegd om hier voor de MOB-jaarrapportage bij uw Kamer op terug komen, informeer ik uw Kamer in deze brief omdat de uitwerking van het commitment in de MOB-vergadering van 1 juni jl. is besproken. Het commitment krijgt uitwerking in het Programma Toegankelijk Bankieren van de NVB en Betaalvereniging Nederland. Het programma kan worden gezien als een intensivering en vervolg op het MOB Actieplan Toegankelijkheid11 dat recent is afgerond. Het programma heeft als doel dat iedereen die zelfstandig wil bankieren en wilsbekwaam is, toegang heeft en in staat moet worden gesteld om zelfstandig te bankieren daar waar het gaat om basisbankdiensten. De vier grootbanken willen in dit programma onder andere gezamenlijk bestaande initiatieven onder de aandacht brengen en educatie aanbieden bij klanten en hulpverleners en de drempel tot toegang tot hulp bij bankieren verlagen.

Acties korte termijn

Eind 2022 is een pilot gestart met bankinformatiepunten op 19 locaties in 10 gemeentes door heel het land, bijvoorbeeld in bibliotheken, buurthuizen, serviceflats en geldmaatwinkels. Bezoekers kunnen bij een bankinformatiepunt algemene hulp en voorlichting krijgen over dagelijkse bank- en betaalzaken. De pilot wordt in september van dit jaar geëvalueerd. Op basis van de uitkomsten zal worden bekeken op welke manier de bankinformatiepunten kunnen worden voortgezet en in welke vorm. Daarnaast lanceren de banken later dit jaar een routekaart met een gezamenlijke «toegankelijkheidsroute». De bedoeling van de routekaart is om klanten en hulpverleners op weg te helpen naar de juiste hulp. Ook kan de routekaart leiden naar telefonische of persoonlijke hulp van een bankmedewerker. Vanuit de banken worden trainingen en hulpmiddelen verstrekt aan informatieverleners bij de bankinformatiepunten. Ten slotte is de afgelopen maanden gewerkt aan het verkrijgen van een beter inzicht in de behoefte van de aandachtsgroepen en is de samenwerking tussen banken en maatschappelijke organisaties, waaronder de Alliantie Digitaal Samenleven, versterkt.

Acties lange termijn

Op de lange termijn wordt er gewerkt aan het beschikbaar houden van de diensten, waarbij onder andere wordt gekeken naar de implementatie van de herziene Europese toegankelijkheidsrichtlijn en het verbeteren van de telefonische dienstverlening van banken. Ook wordt de zichtbaarheid van de beschikbare diensten verbeterd, bijvoorbeeld door het opzetten van een gezamenlijk communicatieplatform12 waar meer informatie over het programma te vinden is. Verder wordt er ingezet op het verbeteren van vaardigheden van klanten om digitaal te bankieren en op betere informatievoorziening.

Vanuit het MOB zal de voortgang van de acties van het programma jaarlijks worden gemonitord op basis van twee indicatoren:

  • 1. Het algemene tevredenheidscijfer over dagelijkse bankzaken van bankklanten in kwetsbare positie is in 2026 maximaal 0,1 lager dan van gemiddelde klanten. Dit is hetzelfde verschil in waardering als in 2016. In 2021 was het verschil tussen gemiddelde klanten en klanten in een kwetsbare positie 0,6.

  • 2. Het aantal volwassen Nederlanders dat bank- en betaaldiensten niet geheel zelfstandig doet is – berekend volgens dezelfde methode als die is gebruikt in het verdiepende onderzoek van DNB – gedaald van ruim 1 op 6 naar 1 op 7 van de volwassen Nederlanders in 2026.

Ik vind het van belang dat niet-digitale klanten gebruik kunnen blijven maken van niet-digitale basisbankdiensten. Banken zijn de afgelopen periode voortvarend aan de slag gegaan om de toegankelijkheid van het betalingsverkeer te verbeteren. Het is belangrijk dat de komende periode verdere stappen worden gezet om de toegankelijkheid van het betalingsverkeer blijvend te verbeteren. Zoals aangegeven tijdens het mondeling vragenuur van 31 januari jl. vind ik het belangrijk dat er duidelijke doelstellingen worden neergezet en dat de voortgang van de resultaten wordt gemonitord. Via het MOB blijf ik de ontwikkelingen volgen en de inspanningen van de banken monitoren.

Uitfasering acceptgiro

De uitgifte van de acceptgiro is per 1 juni 2023 stopgezet, vanwege het sterk teruggelopen gebruik ervan. De acceptgiro was vooral voor goede doelen en senioren nog een belangrijk betaalmiddel. Om die reden startte in 2022, onder leiding van Betaalvereniging Nederland, een werkgroep met het onderzoeken en uitwerken van alternatieven voor het gebruik van de acceptgiro bij donaties. Dit heeft geresulteerd in de introductie van «Mijn eenmalige gift», die zowel digitaal als op papier beschikbaar is. De uitfasering van de acceptgiro is regelmatig onderwerp van bespreking in het MOB. Via dit gremium blijf ik de uitfasering van de acceptgiro verder monitoren.

De-risking

Naast het waarborgen van de toegankelijkheid van het betalingsverkeer is ook de toegang tot een betaalrekening belangrijk. Het MOB zet zich in om ongewenste neveneffecten van de-risking13 aan te pakken en daarmee de toegang van zakelijke betaaldiensten beter te waarborgen. Het waarborgen van de toegang tot het betalingsverkeer is ook een van de prioriteiten van het kabinet in de beleidsagenda aanpak witwassen.14 In deze beleidsagenda zijn verschillende acties opgenomen om de toegang tot het betalingsverkeer voor alle bonafide klanten te verbeteren en duurzaam te waarborgen. Uw Kamer is hierover in mei 2023 in de voortgangsbrief Beleidsagenda aanpak witwassen nader geïnformeerd.15

Maatschappelijk efficiënt betalingsverkeer

Bekostiging betalingsverkeer

In het kader van maatschappelijk efficiënt betalingsverkeer is het van belang dat de bekostiging van betalingsverkeer toekomstbestendig, proportioneel en uitlegbaar is. Mijn ambtsvoorganger heeft in november 2021, naar aanleiding van een mondelinge vraag van het lid Hammelburg (D66), aan uw Kamer toegezegd om in het MOB te bespreken onder welke omstandigheden tariefverhogingen vanwege een verhoogd risico op witwassen en terrorismefinanciering redelijk en proportioneel zijn. In het MOB van 25 november 2022 is dit onderwerp aan de orde geweest en is afgesproken om, met de MOB-leden voor wie dit thema relevant is, hier verder over te spreken.

Het is aan een bank om te bepalen welke tarifering zij toepast. Ik begrijp dat het cliëntenonderzoek dat banken dienen uit te voeren op basis van de Wet ter voorkoming van witwassen en het financieren van terrorisme (Wwft), afhankelijk van de complexiteit van de entiteit en het witwasrisico dat deze entiteit mogelijk oplevert, voor banken veel tijd in beslag kan nemen. Ik kan mij voorstellen dat de kosten die een instelling hiervoor maakt deels worden doorberekend aan de klant, zoals dat ook het geval is bij andere kosten die de bank maakt bij het aanbieden van dienstverlening. Ik vind het wel belangrijk dat kostenverhogingen en kosten in het algemeen voor alle klanten redelijk zijn. Dat betekent dat iedereen in staat moet zijn om tegen een redelijk bedrag een rekening aan te houden. Ook vind ik dat een bank moet kunnen uitleggen waarom er een kostenverhoging is en een uitsplitsing moet kunnen maken van kosten indien de klant hiernaar vraagt. Daarnaast vind ik het van belang dat banken zich bewust zijn van de maatschappelijke rol die zij spelen in het betalingsverkeer.

Tijdens het Commissiedebat Financiële Markten van 7 december 2022 (Kamerstuk 32 545, nr. 186) heb ik toegezegd om in gesprek te gaan met de banken over waar de grens van de kosten van het betalingsverkeer ligt en uw Kamer een terugkoppeling te geven van de dialoog over de duurzame bekostiging van het betalingsverkeer waarvoor het MOB is uitgenodigd door de Betaalvereniging Nederland. Tot op heden heeft er nog geen dialoog met stakeholders plaatsgevonden. Ik zal daarom apart in gesprek gaan met de banken over welke (eventuele) vervolgstappen zij nemen naar aanleiding van het onderzoek dat de Betaalvereniging Nederland heeft laten uitvoeren naar de kosten en baten van het betalingsverkeer.

Overstappen betaalrekening

Op 12 mei 2023 heeft de Europese Commissie haar evaluatieverslag van de richtlijn betaalrekeningen16 gepubliceerd. Uit dit rapport blijkt dat de richtlijn consumenten in de EU in staat heeft gesteld om gemakkelijk en vaak gratis over te stappen naar een andere bankrekening. Wel blijkt dat het jaarlijkse aantal overstappers naar een andere betaalrekening aanzienlijk verschilt per lidstaat.17

In het evaluatieverslag geeft de Europese Commissie een beoordeling van drie mogelijke verdere maatregelen om overstappen te vergemakkelijken, namelijk uitbreiden van de overstapdiensten, automatisch doorzenden van betalingen en invoering van EU-brede nummerportabiliteit.

Volgens de Europese Commissie kan invoering van EU-brede nummerportabiliteit overstappen naar een andere betaalrekening vergemakkelijken, wat de concurrentie zou kunnen bevorderen. In het verslag noemt de Europese Commissie drie verschillende opties om meeneembaarheid van het betaalrekeningnummer te organiseren, namelijk 1) IBAN-portabiliteit (koppelen van bestaand IBAN aan een nieuw IBAN), 2) alias-portabiliteit (koppelen van een alias, zoals bijvoorbeeld een telefoonnummer, aan een IBAN), 3) invoeren van nieuwe EU-IBAN’s. De Europese Commissie concludeert echter voor al deze opties de kosten de te verwachten baten ruimschoots overtreffen.18 In het verslag concludeert de Europese Commissie verder dat andere aanvullende maatregelen om overstappen te vergemakkelijken ook niet te rechtvaardigen zijn, omdat ook hier de kosten niet opwegen tegen de baten. Ik blijf het belangrijk vinden dat consumenten makkelijker kunnen overstappen en blijf mij daarom inzetten voor de invoering van nummerportabiliteit op EU-niveau.

Op nationaal niveau zijn er de afgelopen jaren verschillende stappen gezet door de Betaalvereniging Nederland en de banken om de Overstapservice19 te verbeteren en onder de aandacht te brengen. Zo zijn er functionaliteiten toegevoegd waardoor het voor overstappers niet tot nauwelijks meer nodig is om zelf al hun betalers te informeren over het nieuwe betaalrekeningnummer. De betaler wordt nu bij initiatie van de betaling geïnformeerd over het nieuwe rekeningnummer van de overstapper. Verder is de lay-out van de website veranderd en informatiemateriaal voor de MOB-achterban ontwikkeld. Ook het MOB zelf heeft zich de afgelopen jaren sterk gemaakt voor het promoten en verder optimaliseren van de Nederlandse Overstapservice. De Betaalvereniging Nederland en de banken zijn van plan om per eind 2023 een systeem van continue evaluatie van de Overstapservice onder de gebruikers in te voeren, onder meer om het effect van de verbeteringen van de Overstapservice te toetsen. Ook zal worden gekeken of, en zo ja hoe, de Overstapservice verder kan worden verbeterd. De Betaalvereniging Nederland heeft aangegeven dat de eerste resultaten daarvan in het voorjaar van 2024 worden verwacht. Ik blijf hierover in gesprek met de banken.

Veiligheid en fraude

In 2022 zet de daling van de fraudeschade door phishing20, gestolen en verloren betaalpassen en «Card-Not-Present» (CNP)-fraude bij online creditcardbetalingen zich door. Zo is de schade in 2022 gedaald van 14,9 miljoen euro naar 9,9 miljoen euro ten opzichte van 2021. Zeker de fraudeschade in de bankomgeving21 door phishing is in 2022 fors gedaald.

De laatste jaren vindt fraude echter steeds vaker plaats in de klantomgeving van de consument (bijvoorbeeld bankhelpdeskfraude). Ook in 2022 is de bijbehorende schade door bankhelpdeskfraude gestegen van 47,6 miljoen euro in 2021 naar 50,9 miljoen euro in 2022. Deze vorm van fraude vormt een breed en groeiend maatschappelijk probleem. Banken vergoeden daarom uit coulance de geleden schade bij bankhelpdeskfraude als er aantoonbaar en overtuigend misbruik is gemaakt van de naam en/of het telefoonnummer van de bank. Zo werd in 2022 in 89% van gevallen de geleden schade vergoed. Verder is in 2022 de integrale aanpak online fraude opgezet, waarin alle betrokken private en publieke partijen samen optrekken in de aanpak van online fraude.22 Onder de regie van het Ministerie van Justitie en Veiligheid wordt de komende jaren het Actieplan Integrale Aanpak Online Fraude23 uitgevoerd, waarmee de vijf meest voorkomende fraudevormen worden aangepakt. In het najaar van 2023 wordt ook de eerste voortgangsrapportage over de integrale aanpak van online fraude naar uw Kamer gestuurd.

Europese ontwikkelingen in betalingsverkeer

Instant payments

Op 26 oktober 2022 heeft de Europese Commissie een wetsvoorstel gepubliceerd om instant payments24 in euro’s beschikbaar te maken voor alle burgers, ondernemingen en instellingen in de EU/EER. In het Commissievoorstel was opgenomen dat betaaldienstverleners (Payment Service Providers (PSP’s)) een opt-out moeten aanbieden aan gebruikers van de IBAN-naam controle25 en dat PSP’s een vergoeding voor het gebruik van deze service mogen vragen. Nederland heeft zich tijdens de Raadswerkgroepen uitgesproken, conform de lijn in het BNC-fiche, dat de IBAN-naam controle automatisch en zonder extra tarifering moet worden aangeboden om het gebruik ervan te stimuleren en fraude te voorkomen. Door deze inzet is in het Raadsakkoord opgenomen dat de IBAN-naamcontrole automatisch en zonder extra tarifering aangeboden moet worden aan consumenten en micro-ondernemingen. Ook stelt het Raadsakkoord dat PSP’s niet verplicht worden om een opt-out aan te bieden voor het gebruik van de service aan consumenten en micro-ondernemingen. De volgende fase is de start van de trilogen met het Europees Parlement en de Europese Commissie, die naar verwachting na de zomer starten.

PSD2

In juni 2022 heb ik de evaluatie van de nationale implementatie van de herziene Richtlijn betaaldiensten (PSD2) aangeboden aan uw Kamer.26 Deze evaluatie richt zich op de doelmatigheid, doeltreffendheid en praktijkeffecten van de implementatie van PSD2 in Nederland. De evaluatie was overwegend positief. Wel noemt het evaluatieonderzoek verschillende mogelijke verbeteringen voor PSD2. De Europese Commissie heeft aangekondigd om voor de zomer met een herziening van PSD2 te komen. Hiervoor heb ik eerder twee non-papers opgesteld met voorstellen en mogelijke verbeteringen op basis van de evaluatie, waarover ik uw Kamer heb geïnformeerd.27

Tot slot

De jaarrapportage van het MOB beslaat nog een aantal andere onderwerpen, zoals de acceptatie van internationale debitkaarten, ontwikkelingen rondom het European Payments Initiative en IBAN-discriminatie. De jaarrapportage geeft een goed beeld van de huidige stand van zaken van het betalingsverkeer in Nederland, ook in relatie tot de Europese ontwikkelingen daarin. Als waarnemer bij het MOB blijf ik actief betrokken bij de resultaten en de voortgang van het MOB.

De Minister van Financiën, S.A.M. Kaag


X Noot
1

O.a. Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL) en Raad Nederlandse Detailhandel (RND), Nationale Winkelraad, MKB-Nederland, Thuiswinkel.org, Oogvereniging, Ieder(in), ouderenorganisaties ANBO en KBO-PCOB, Koepel Gepensioneerden en NOOM, Consumentenbond, Betaalvereniging Nederland, Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) en De Nederlandsche Bank (DNB). Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat en het Ministerie van Financiën zijn waarnemend lid.

X Noot
2

Handelingen II 2021/22, nr. 16, item 4

X Noot
3

Kamerstuk 32 545, nr. 127

X Noot
4

Kamerstuk 27 863, nr. 100.

X Noot
5

Kamerstuk 27 863 nr. 137

X Noot
6

Kamerstuk 27 863, nr. 137.

X Noot
8

De vier grootbanken zijn ABN AMRO, ING, Rabobank en Volksbank.

X Noot
9

«Commitment van banken voor beter toegankelijk betalingsverkeer», te raadplegen via: Commitment van banken voor beter toegankelijk betalingsverkeer (nvb.nl)

X Noot
10

Kamerstuk 2022/23, nr. 46, item 4

X Noot
11

De meeste banken zetten in plaats van bankkantoren in toenemende mate in op het aanbieden van fysieke alternatieven, zoals informatiepunten in winkels, bankmedewerkers die bij klanten thuis langskomen (huis-aan-huis coaches) en financiële zorgcoaches. Het MOB heeft in mei 2021 een Actieplan Toegankelijk Betalingsverkeer opgesteld om ervoor te zorgen dat deze alternatieven beter bekend zijn bij de doelgroep, en om in kaart te brengen waar eventuele gaten zitten tussen het aanbod van alternatieven en de behoefte van de klant.

X Noot
12

Zie ook website www.toegankelijkbankieren.nl.

X Noot
13

De-risking houdt in dat financiële instellingen besluiten om de dienstverlening aan individuele of groepen klanten te beperken, te stoppen of geen nieuwe klantrelatie aan te gaan. Dit doen financiële instellingen wanneer er indicaties zijn van hogere risico’s op witwassen of terrorismefinanciering of wanneer de klant niet de juiste informatie kan of wil aanleveren.

X Noot
14

Kamerstuk 31 477, nr. 80.

X Noot
15

Kamerstuk 31 477, nr. 90.

X Noot
16

De richtlijn betaalrekeningen heeft als doel om te zorgen voor transparantie van de vergoedingen voor betaalrekeningen, de toegang tot betaalrekeningen (met basisfuncties) voor consumenten te waarborgen en om het overstappen naar een andere betaalrekening te vergemakkelijken.

X Noot
17

Overstappen kan door diverse factoren worden beïnvloed, bijvoorbeeld omdat de overstapdienst enkel van toepassing is op betaalrekening en niet op andere financiële producten waaraan de betaalrekening is gekoppeld. Ook kan het zijn dat consumenten slechts in beperkte mate op de hoogte zijn van de overstapdienst, dat er onvoldoende financiële geletterdheid is, dat overstappen maar weinig besparingen oplevert, dat er de wens is om een eigen betaalrekeningnummer te behouden en dat er het risico is dat betalingen verkeerd gaan.

X Noot
18

De eenmalige kosten voor deze opties zijn geraamd op 7 tot 22 miljard EUR en de terugkerende kosten op ongeveer 1 miljard EUR per jaar. De (terugkerende) baten (voornamelijk voor consumenten en crediteuren/debiteuren) zouden 151 miljoen EUR tot 242 miljoen EUR per jaar bedragen.

X Noot
19

De Overstapservice helpt consumenten en ondernemers als zij hun betalingsverkeer willen omzetten naar een nieuwe of bestaande betaalrekening bij een andere bank.

X Noot
20

Phishing is een vorm van internetfraude waarbij persoonlijke gegevens zoals BSN of wachtwoorden door middel van valse berichten worden achterhaald.

X Noot
21

Bij fraude in het elektronisch betalingsverkeer wordt onderscheid gemaakt tussen fraude in de bankomgeving en fraude in de klantomgeving. Bij fraude in de bankomgeving krijgt de crimineel toegang tot de online bankieromgeving van het slachtoffer. Bij fraude in de klantomgeving proberen criminelen het vertrouwen van mensen te winnen zodat laatstgenoemden onbewust of onder valse voorwendselen zélf opdracht geven tot het uitvoeren van een betaling.

X Noot
22

Kamerstuk 29 911 nr. 393.

X Noot
23

Kamerstuk 29 911 nr. 393.

X Noot
24

Als burgers en bedrijven geld overmaken dan staat dat binnen vijf seconden op de andere rekening, ongeacht de dag of het tijdstip. Dit noemen we «instant payments».

X Noot
25

Een dienst waarbij kan worden gecontroleerd of het ingevoerde rekeningnummer (het IBAN) en de naam van de ontvanger (de begunstigde) van de betaling overeenkomt met de naam zoals die bij de PSP bekend is.

X Noot
26

Kamerstukken II, 2021–2022, 34 813 nr. 28.

X Noot
27

Kamerstuk 34 813, nr. 29

Naar boven