27 858 Gewasbeschermingsbeleid

Nr. 86 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 mei 2010

In vervolg op mijn brief d.d. 6 mei 2010 (kamerstuk 27 858, nr. 85) informeer ik u in deze brief over de recente internationale ontwikkelingen rond de Oost-Aziatische boktor en de stand van zaken rond de uitvoering van de aanvullende maatregelen in Boskoop.

Internationale ontwikkelingen

Zoals eerder gemeld, heb ik mij, na een vondst van de boktor in importzendingen uit China begin maart, ingespannen om bij de Europese Commissie en lidstaten draagvlak te verkrijgen voor een importverbod van waardplanten uit China. Dit om te voorkomen dat de boktor zich ondanks de in Nederland getroffen maatregelen via de import van besmet plantmateriaal in Nederland kan vestigen.

Ik kan u melden dat in het Permanent Fytosanitair Comité van 10 mei besloten is om de voorwaarden voor import vanuit China van waardplanten van de boktor aan te scherpen.

Voor Acers gaat op Europees niveau een importverbod gelden voor een periode van 2 jaar. Voor de overige 16 waardplanten van de boktor geldt dat bij import destructief bemonsterd moet worden, met een bemonsteringspercentage van 10% per partij, tot een maximum van 450 planten per partij.

Belangrijke aanscherping is verder dat de import van een Chinees bedrijf is verboden als de Europese Commissie aan de lidstaten heeft gecommuniceerd dat ze beschikt over bewijs – bijvoorbeeld een vondst in een geïmporteerde zending – dat aangeeft dat een geregistreerde kwekerij in China niet voldoet aan de voorschriften voor registratie.

Het aangescherpte regime voor import vanuit China zal naar verwachting eind mei van kracht worden. De importinspecties zullen hiermee in lijn gebracht worden.

Stand van zaken uitvoering aanvullende maatregelen bufferzone Boskoop

In vervolg op mijn brief d.d. 6 mei 2010 kan ik u over de uitvoering van de aanvullende maatregelen in de bufferzone in Boskoop het volgende melden.

De ronde intensieve bedrijfsinspecties van mei/juni met destructief bemonsteren in de bufferzone is inmiddels uitgevoerd. Daarbij zijn destructieve inspecties uitgevoerd bij naar schatting 69.000 bomen en struiken.

Samen met de inspectieronde in januari/februari zijn destructieve bemonsteringen uitgevoerd op 84.000 bomen en struiken. Ook de inspecties in het openbaar groen zijn vrijwel afgerond. Van de particuliere tuinen is circa 45% geïnspecteerd. Bij geen van deze inspecties zijn tot dusver tekenen van aanwezigheid van de boktor gevonden.

Ook het aanleveren van leverantiegegevens door bedrijven en het verstrekken van de gegevens aan de Europese Commissie verkeert in een ver gevorderd stadium en kan naar verwachting eind juni worden afgerond.

Op 12 mei is een vierde zending overzichten van deze leveranties conform afspraak vertrouwelijk aan de Commissie verstrekt, die de lidstaten hierover informeert. De informatie over de overige leveranties zal in de komende weken worden verwerkt en aan de Commissie worden verschaft.

Vernietiging verdachte partijen zendingen afkomstig van met boktor besmette bedrijven in China

Begin maart zijn vondsten van de boktor gedaan in importzendingen afkomstig van twee officieel geregistreerde bedrijven in China. Hierop heeft China de twee bedrijven van de lijst met officieel geregistreerde bedrijven verwijderd. Sindsdien mogen deze twee bedrijven geen waardplanten van de boktor meer exporteren naar de Europese Unie.

In totaal zijn het afgelopen seizoen, vóór de vondsten in maart, zes zendingen in Nederland ingevoerd afkomstig van deze twee Chinese bedrijven die achteraf besmet bleken te zijn. Hoewel dit materiaal een importinspectie heeft ondergaan volgens het op dat moment geldende importregime, bestaat het risico dat het materiaal afkomstig van deze besmet bevonden bedrijven in China besmet is met de boktor. Aanvullend visueel of destructief onderzoek kan dit risico niet uitsluiten, omdat larven van de boktor onzichtbaar aanwezig kunnen zijn in planten. Vanwege dit risico heb ik na overleg met de Europese Commissie besloten de nog in Nederland in de handel aanwezige planten te traceren en te laten vernietigen en andere lidstaten te informeren over de leveranties die zij ontvangen hebben uit deze zes zendingen.

De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

G. Verburg