27 858 Gewasbeschermingsbeleid

Nr. 114 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 juli 2012

In mijn brief van 13 oktober 2011 (TK 27 858, nr. 100) heb ik uw Kamer geïnformeerd over de uitkomsten van het evaluatieonderzoek naar het functioneren van het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb). Het onderzoek is medio 2011 uitgevoerd door PricewaterhouseCoopers (PwC). Verder heb ik u toen geïnformeerd over mijn voornemens voor de aanpak van de aanbevelingen uit het evaluatierapport. In deze brief wil ik u informeren – mede namens de staatssecretaris van Infrastructuur & Milieu – over de stand van zaken bij de uitvoering van de aanbevelingen.

1. Herijken van de samenstelling van de Commissie van Toezicht

PwC heeft aanbevolen om de samenstelling van de Commissie van Toezicht van het Ctgb te herijken en te zorgen voor specifieke expertise. Er zijn gesprekken gevoerd met interne en externe experts op het gebied van governance. Op basis van deze gesprekken is een model uitgewerkt waarbij de Commissie van Toezicht zal gaan bestaan uit personen die niet werkzaam zijn bij de Rijksoverheid en over de expertise beschikken die door PwC in haar rapport is benoemd (wetenschappelijk-inhoudelijke expertise, bedrijfsvoeringkennis, inzicht in maatschappelijke ontwikkelingen). De intentie is dat begin 2013 een nieuwe Commissie van Toezicht is benoemd.

2. Internationale visitatie

PwC adviseerde een periodiek internationale visitatie door deskundigen in te voeren. Daarvoor zijn ook oriënterende gesprekken gevoerd met organisaties die vergelijkbaar zijn met het Ctgb en/of ervaring hebben met internationale visitaties. De voorbereidingen voor de internationale visitatie zijn gestart. Ik verwacht dat deze internationale visitatie eind 2012 wordt gestart door het Ctgb.

3. Aansprakelijkheid

PwC constateerde dat de wettelijke aansprakelijkheid van het Ctgb onvoldoende is geregeld in relatie tot het eigen vermogen. Daarover is gesproken met het Ministerie van Financiën.

Het afsluiten van een aansprakelijkheidsverzekering voor het Ctgb is gezien de hoge kosten afgevallen als mogelijke variant. Het voorstel dat nu wordt uitgewerkt om de aansprakelijkheid te regelen, richt zich op het behoud van een eigen vermogen dat in verhouding staat tot de omvang van het Ctgb (fte’s en omzet) en waarbij sprake is van een prikkel voor het Ctgb om zorgvuldig te werken. Tegelijkertijd wordt duidelijk beschreven welke procedure geldt in geval het Ctgb aansprakelijk wordt gesteld en op welke manier de departementen betrokken worden (informatie uitwisseling en financiële achtervang).

4. Vereenvoudiging aansturingstructuur Ctgb vanuit Rijksoverheid

Voor het vereenvoudigen van de aansturingstructuur van de ministeries kan ik u melden dat de vier betrokken ministeries en het Ctgb afspraken hebben gemaakt, die voorkomen dat de interdepartementale besluitvorming te traag verloopt of stagneert. Ook is besloten het Ctgb meer en eerder te betrekken bij de beleidsvorming, zodat beleid en uitvoering steeds beter worden afgestemd. Het Ctgb is nauw betrokken bij dit verbetertraject en de afspraken worden vastgelegd in het aansturingsdocument voor het Ctgb.

5. Verbeteren interne bedrijfsvoering Ctgb

Het Ctgb heeft zelf een plan van aanpak opgesteld om de aanbevelingen op het gebied van de interne organisatie uit het evaluatierapport uit te voeren. Er waren vijf aanbevelingen.

  • a. Wat betreft het verder terugbrengen van de doorlooptijden bij aanvragen voor gewasbeschermingsmiddelen streeft het Ctgb naar het verhogen van de personele capaciteit tot 90 fte eind 2012. Tot en met het eerste kwartaal 2012 heeft het Ctgb de capaciteit al verhoogd met 7,5 fte tot totaal 83,4 fte. Daarnaast richt het Ctgb zich op vereenvoudigen en verhogen van de efficiëntie van het beoordelingsproces.

  • b. Specifiek voor de kleine toepassingen en laag risicomiddelen zet het Ctgb – naast de extra capaciteit – in op bundeling van de expertise voor deze specifieke beoordelingen via een expertteam. Dit expertteam is prioritair ingezet op de afhandeling van aanvragen voor kleine toepassingen, basisstoffen en laag risicomiddelen. Daarnaast heeft het Ctgb zich tot doel gesteld om de aanvrager te helpen om alle gegevens tijdig beschikbaar te hebben om te voorkomen dat formeel om aanvullende gegevens moet worden gevraagd. Het Ctgb heeft mij gemeld dat er geen achterstand meer is bij de beoordeling van de kleine toepassingen en laag risicostoffen. Dit resultaat verheugt mij, maar ik zal ook goed blijven volgen of het Ctgb voldoende aandacht blijft geven aan de kleine toepassingen en laag risicomiddelen.

  • c. De toelatingsaanvragers hebben bij het Ctgb 300 «reguliere» toelatingsaanvragen ingediend die nog moeten worden beoordeeld onder de voormalige EG-richtlijn 91/414. Het Ctgb heeft als doel gesteld in 2012 een eerste besluit te nemen op deze aanvragen (uitgezonderd de aanvragen die in overleg met de toelatingshouder zijn geschorst). Dat betekent dat het Ctgb dan besloten heeft dat een middel toelaatbaar of niet toelaatbaar is, of dat aanvullende vragen zijn gesteld voor de beoordeling.

    De huidige stand van zaken is dat het Ctgb in het eerste kwartaal van 2012 voor 26% van het totale aantal aanvragen een beoordeling heeft opgesteld. Dit is volgens de planning.

  • d. Het Ctgb heeft mij gemeld dat het systeem van monitoring en raming van productieve uren is aangepast en per 1 januari 2012 is geïmplementeerd.

  • e. Verder ontwikkelt het Ctgb een systeem van risicomanagement. Het Ctgb heeft mij gemeld dat dit systeem uiterlijk in het derde kwartaal 2012 in uitvoering wordt genomen.

  • f. Wat betreft het creëren van rust en meer aandacht voor competenties van medewerkers heeft het Ctgb mij gemeld dat zij inzetten op meer en betere communicatie en het geven van overzicht, zodat voor de medewerkers doelen en stand van zaken bij de veranderingen duidelijk zijn.

  • g. Om de beleidsadviserende taak van het Ctgb nadrukkelijker in de maatschappelijke context te plaatsen heeft het Ctgb de contacten met de stakeholders – waaronder de betrokken ministeries – geïntensiveerd.

Tot slot wil ik graag van de gelegenheid gebruik maken u enkele aangelegen zaken te melden. Het lid Snijder-Hazelhoff heeft in een Algemeen Overleg in het najaar van 2011 aan mij gevraagd of het klopt dat gewasbeschermingsmiddelen die zijn toegelaten voor particulieren door professionals (bijvoorbeeld hoveniers) niet mogen worden gebruikt. Ik heb deze vraag aan het Ctgb voorgelegd. Het Ctgb heeft mij geantwoord dat de wet het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen toegelaten voor niet professioneel gebruik door bijvoorbeeld hoveniers niet uitsluit. Dit betekent dat iedereen de niet professionele gewasbeschermingsmiddelen mag gebruiken, mits aan de gebruiksvoorschriften wordt voldaan.

Verder meld ik u dat de heer ir. J.F. de Leeuw is benoemd als voorzitter van het Ctgb per 1 april 2012 voor een periode van vier jaren.

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, H. Bleker

Naar boven