Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum brief |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2005-2006 | 27728 nr. 85 |
Zoals bouwplannen en verkeersmaatregelen.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum brief |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2005-2006 | 27728 nr. 85 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 september 2005
Eind vorig jaar heb ik u de evaluatie van de zorgstructuren in het funderend onderwijs toegestuurd.
Op 27 januari van dit jaar heb ik in het Algemeen overleg (27 728/21 860, nr. 80) over deze evaluatie toegezegd om de Kamer in april een notitie toe te sturen over korte termijn maatregelen ter verbetering van de knelpunten in de zorgstructuren. De notitie van april is intussen met de Kamer besproken in het Algemeen overleg van 15 juni jl. (27 728, nr. 84) Verder heb ik in januari een notitie toegezegd over een fundamentelere herijking van de zorgstructuren in het funderend onderwijs.
Bijgaand stuur ik u de notitie over de vernieuwing van de zorgstructuren toe1. De notitie is gebaseerd op voorwerk dat in het afgelopen half jaar is gedaan in een drietal trajecten.
• De organisaties van besturen, management en personeel in het funderend onderwijs hebben gezamenlijk een overlegtafel georganiseerd over de invulling van de herijking.
• Een ambtelijke werkgroep van de ministeries van Justitie en OCW heeft een verkenning gedaan naar de mogelijkheden die het concept «zorgplicht» biedt om te komen tot een betere sturing van onder andere speciale leerlingenzorg. Dit concept ontwikkeld in de nota bruikbare rechtsorde die de minister van Justitie met de Kamer heeft besproken.
• Met vertegenwoordigers van ouderenorganisaties en individuele ouders is een aantal besprekingen georganiseerd over gewenste verbeteringen in de speciale leerlingenzorg.
De rapportages die uit deze trajecten zijn voortgekomen, stuur ik u bijgaand ter kennisneming toe1.
De voorstellen die in de notitie vernieuwing worden gedaan, leiden tot een ingrijpende herziening van de organisatie van de speciale leerlingenzorg. Het huidige complexe regelstelsel voor speciale leerlingenzorg in het primair en voortgezet onderwijs wordt fors gedereguleerd. In plaats daarvan krijgen scholen en hun bestuur een «zorgplicht» om voor alle leerlingen een passend onderwijsarrangement aan te bieden. Tegelijk wordt de positie van ouders verbeterd. De notitie geeft de richting aan voor de nieuwe organisatie van de speciale leerlingenzorg.
Deze richting sluit aan op de bestuurlijke opvattingen zoals die zijn neergelegd in de Beleidsnotitie Governance in het onderwijs, die in juli aan de Tweede Kamer is gestuurd. De voorgestelde richting behoeft nog een uitwerking op vele punten. Bij de notitie is daarom een uitwerkingsagenda gevoegd.
Als de Kamer in kan stemmen met de voorgestelde richting dan zal de uitwerking nog enige maanden in beslag nemen. Op basis van de uitwerking kan definitieve besluitvorming plaatsvinden over de wijze van organisatie en financiering van de leerlingenzorg. Implementatie hiervan zal nog enkele jaren vergen.
Intussen zal voortvarend gewerkt worden aan de oplossing van de knelpunten op korte termijn, langs de lijnen zoals afgesproken in het algemeen overleg van juni 2005. De stand van zaken is op dit moment als volgt:
Het wetgevingstraject om de toezichtstaak bij de inspectie te beleggen is in gang gezet. Voor de inhoudelijke uitwerking van de toezichtstaak, inclusief het financieel kader is een werkgroep ingericht. In deze werkgroep participeren de inspectie, de LCTI en OCW.
De WEC-raad heeft samen met de ouderorganisaties CG-raad en FvO een plan van aanpak opgesteld voor de inrichting van het meldpunt waar ouders terecht kunnen met klachten over de (doorlooptijden) van de indicatiestelling. Er is gekozen voor een brede opzet van het meldpunt, wat betekent dat ook voorlichting wordt gegeven. In de periode van september tot november worden medewerkers geworven, wordt scholing aan deze medewerkers verzorgd en wordt een website ontwikkeld. In december start dan de voorlichting over het meldpunt, waarna dit op 1 januari 2006 telefonisch bereikbaar is. De structurering van het voortraject wordt parallel aan dit traject uitgewerkt.
In vervolg op de quick scan naar de samenwerkingsinitiatieven in de regio gericht op leerlingen met gedragsproblemen, is een vervolgonderzoek uitgezet om meer zicht te krijgen op de mate waarin en de wijze waarop wordt samengewerkt in de regio's. Hiertoe zijn bijna 80 diepte-interviews gehouden. De resultaten hiervan zijn op 14 september in een conferentie gepresenteerd. Een belangrijk thema van deze conferentie was «hoe nu verder?»: wat kunnen we op korte termijn doen om de samenwerking in Nederland te versterken? De resultaten van de conferentie worden meegenomen in de eindrapportage. Zodra deze beschikbaar is, stuur ik die u toe.
Op 25 mei jl. heb ik, tijdens het Algemeen overleg over de groei in cluster 4 toegezegd om de LCTI te vragen een onderzoek te doen naar de groei. Begin augustus heeft de LCTI een eerste analyse opgeleverd over de groei in cluster 4. Gegeven de korte tijdspanne was een diepgaand inhoudelijk onderzoek niet mogelijk. De LCTI heeft daarom voorgesteld een aantal zaken nader te onderzoeken. Ik heb de LCTI die ruimte gegeven. De resultaten van dit onderzoek, dat zich met name zal richten op de groei van het aantal ambulant begeleide leerlingen en op de verschillen tussen regio's, verwacht ik eind oktober.
Onderzoek wachtlijsten en thuiszitters
Tijdens het overleg op 15 juni jl. is enige verwarring ontstaan over het aantal leerlingen op een wachtlijst en het aantal thuiszitters. De oorzaak hiervan was dat wij voorafgaand aan het overleg over de zorgstructuren hebben gesproken over het Onderwijsverslag van de inspectie. In dit verslag werd ook melding gemaakt van wachtlijsten en thuiszitters. Dit betrof echter de aantallen op de peildatum 16 januari 2004. In de brief van 14 juni 2005 (29 800 VIII, nr. 230) heb ik u geïnformeerd over het onderzoek op de peildatum 16 januari 2005. Vandaar dat er die dag verschillende aantallen circuleerden. Uit het laatste onderzoek blijkt dat het aantal leerlingen op de plaatsingslijst, in met name cluster 4 sterk is gegroeid. Voorts blijkt uit het onderzoek van de inspectie dat het aantal thuiszitters is afgenomen van 196 in 2004 tot 94 in 2005. In de brief van 14 juni jl. heb ik aangegeven dat enige voorzichtigheid in acht genomen dient te worden bij de interpretatie van het aantal thuiszitters. Reden hiervoor is zowel de wijze waarop de data wordt verzameld als het beperkte aantal bronnen waaruit de informatie wordt verzameld. Voor het komende onderzoek naar de wachtlijsten en thuiszitters per 16 januari 2006 wordt nagegaan op welke wijze de onderzoeksopzet kan worden verbeterd.
Ik stel het op prijs om met de Kamer te spreken over de notitie.
Kopieer de link naar uw clipboard
zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-27728-85.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.