Kamerstuk
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum ontvangst |
|---|---|---|---|---|
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2000-2001 | 27665 nr. 13 |
Authentieke versie (PDF)
Informatie
Gerelateerd
Printen
Delen
27 665
Invoering van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen
(Invoeringswet Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen)
nr. 13
TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING
Ontvangen 19 juni 2001
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
In het in artikel 43 (Werkloosheidswet), onderdeel Y, voorgestelde artikel 72 wordt het vierde lid vervangen door twee nieuwe leden, luidende:
4. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld omtrent de uitvoering van dit artikel, waarbij in ieder geval regels kunnen worden gesteld voor de inhoud van de overeenkomst met de in het tweede lid bedoelde natuurlijke of rechtspersoon, het verstrekken en verwerken van gegevens en de soort werkzaamheden.
5. De voordracht voor een krachtens het vierde lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
Artikel 57 (Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten) wordt als volgt gewijzigd:
a. In het in onderdeel I voorgestelde artikel 10 wordt het zevende lid vervangen door twee nieuwe leden, luidende:
7. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld omtrent de uitvoering van het vijfde en zesde lid, waarbij in ieder geval regels kunnen worden gesteld voor de inhoud van de overeenkomst met de in het vijfde lid bedoelde natuurlijke of rechtspersoon, het verstrekken en verwerken van gegevens en de soort werkzaamheden.
8. De voordracht voor een krachtens het zevende lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
b. In het in onderdeel Va voorgestelde artikel 33a, tweede lid, onder a, wordt «onderdeel e» vervangen door: onderdeel g.
Artikel 76 (Algemene bijstandswet) wordt als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel A wordt onderdeel f van artikel 1 vervangen door:
f. het Inlichtingenbureau: het Inlichtingenbureau, bedoeld in artikel 44a van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;.
b. Na onderdeel H wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
Na artikel 68 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Indien door burgemeester en wethouders is vastgesteld dat recht op bijstand bestaat, wordt de bijstand toegekend vanaf de dag waarop dit recht is ontstaan, voorzover deze dag niet ligt voor de dag waarop de belanghebbende zich heeft gemeld om bijstand aan te vragen.
2. De belanghebbende heeft zich gemeld als zijn naam, adres en woonplaats zijn geregistreerd en hij in staat is gesteld zijn aanvraag in te dienen bij de Centrale organisatie werk en inkomen, als het een aanvraag betreft als bedoeld in artikel 63a, eerste of vierde lid, of bij burgemeester en wethouders, als het een aanvraag betreft als bedoeld in artikel 63a, tweede of derde lid.
3. Indien de belanghebbende de aanvraag niet zo spoedig mogelijk indient nadat hij zich heeft gemeld en hem dit te verwijten valt, kunnen burgemeester en wethouders, in afwijking van het eerste lid, besluiten dat de bijstand wordt toegekend vanaf de dag dat de aanvraag is ingediend.
c. In Onderdeel J wordt in het derde lid van artikel 70 «artikel 111» vervangen door: artikel 111, eerste lid.
d. Onderdeel Oa komt te luiden:
In artikel 106, eerste lid, wordt «kunnen burgemeester en wethouders aan de bijstand verplichtingen verbinden» vervangen door: kunnen burgemeester en wethouders vanaf de dag van melding als bedoeld in artikel 68a, tweede lid, verplichtingen opleggen.
e. Onderdeel 1 van Onderdeel Q (artikel 113, eerste lid) komt te luiden:
1. De aanhef komt te luiden:
1. De belanghebbende die voor de zelfstandige voorziening in het bestaan is aangewezen op arbeid in dienstbetrekking is vanaf de dag van melding als bedoeld in artikel 68a, tweede lid, verplicht:.
f. Onderdeel U vervalt.
g. In onderdeel T wordt in de aanhef van het eerste lid en in het derde lid van artikel 122 na «burgemeester en wethouders» ingevoegd: of, indien burgemeester en wethouders op grond van artikel 120, derde lid, aan de Centrale organisatie werk en inkomen mandaat hebben verleend tot het nemen van besluiten inzake de verlening van bijstand, aan de Centrale organisatie werk en inkomen,.
Artikel 77 (Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers) wordt als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel A wordt onderdeel f van artikel 1 vervangen door:
f. het Inlichtingenbureau: het Inlichtingenbureau, bedoeld in artikel 44a van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;.
b. Na onderdeel E wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
Na artikel 16 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Indien door burgemeester en wethouders is vastgesteld dat recht op uitkering bestaat, wordt de uitkering toegekend vanaf de dag waarop dit recht is ontstaan, voorzover deze dag niet ligt voor de dag waarop de belanghebbende zich heeft gemeld om uitkering aan te vragen.
2. De belanghebbende heeft zich gemeld als zijn naam, adres en woonplaats zijn geregistreerd en hij in staat is gesteld zijn aanvraag in te dienen bij de Centrale organisatie werk en inkomen, als het een aanvraag betreft als bedoeld in artikel 11a, eerste lid, of bij burgemeester en wethouders, als het een aanvraag betreft als bedoeld in artikel 11a, tweede of derde lid.
3. Indien de belanghebbende de aanvraag niet zo spoedig mogelijk indient nadat hij zich heeft gemeld en hem dit te verwijten valt, kunnen burgemeester en wethouders, in afwijking van het eerste lid, besluiten dat de uitkering wordt toegekend vanaf de dag dat de aanvraag is ingediend.
c. In Onderdeel G wordt in het derde lid van artikel 18 «artikel 34» vervangen door: artikel 34, eerste lid.
d. Onderdeel 1 van onderdeel O (artikel 35, eerste lid) komt te luiden:
1. De aanhef komt te luiden:
1. De belanghebbende die voor de zelfstandige voorziening in het bestaan is aangewezen op arbeid in dienstbetrekking is vanaf de dag van melding als bedoeld in artikel 16a, tweede lid, verplicht:.
e. In onderdeel R wordt in de aanhef van het eerste lid en in het derde lid van artikel 45 na «burgemeester en wethouders» ingevoegd: of, indien burgemeester en wethouders op grond van artikel 43, derde lid, aan de Centrale organisatie werk en inkomen mandaat hebben verleend tot het nemen van besluiten inzake de verlening van uitkering, aan de Centrale organisatie werk en inkomen,.
f. Onderdeel S vervalt.
Artikel 78 (Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen) wordt als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel A wordt onderdeel f van artikel 1 vervangen door:
f. het Inlichtingenbureau: het Inlichtingenbureau, bedoeld in artikel 44a van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;.
b. Na onderdeel E wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
Na artikel 16 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Indien door burgemeester en wethouders is vastgesteld dat recht op uitkering bestaat, wordt de uitkering toegekend vanaf de dag waarop dit recht is ontstaan, voorzover deze dag niet ligt voor de dag waarop de belanghebbende zich heeft gemeld om uitkering aan te vragen.
2. De belanghebbende heeft zich gemeld als zijn naam, adres en woonplaats zijn geregistreerd en hij in staat is gesteld zijn aanvraag in te dienen bij de Centrale organisatie werk en inkomen, als het een aanvraag betreft als bedoeld in artikel 11a, eerste lid, of bij burgemeester en wethouders, als het een aanvraag betreft als bedoeld in artikel 11a, tweede of derde lid.
3. Indien de belanghebbende de aanvraag niet zo spoedig mogelijk indient nadat hij zich heeft gemeld en hem dit te verwijten valt, kunnen burgemeester en wethouders, in afwijking van het eerste lid, besluiten dat de uitkering wordt toegekend vanaf de dag dat de aanvraag is ingediend.
c. In Onderdeel G wordt in het derde lid van artikel 18 «artikel 34» vervangen door: artikel 34, eerste lid.
d. Onderdeel 1 van onderdeel O (artikel 35, eerste lid) komt te luiden:
1. De aanhef komt te luiden:
1. De belanghebbende die voor de zelfstandige voorziening in het bestaan is aangewezen op arbeid in dienstbetrekking is vanaf de dag van melding als bedoeld in artikel 16a, tweede lid, verplicht:.
e. In onderdeel R wordt in de aanhef van het eerste lid en in het derde lid van artikel 45 na «burgemeester en wethouders» ingevoegd: of, indien burgemeester en wethouders op grond van artikel 43, derde lid, aan de Centrale organisatie werk en inkomen mandaat hebben verleend tot het nemen van besluiten inzake de verlening van uitkering, aan de Centrale organisatie werk en inkomen,.
f. Onderdeel S vervalt.
In artikel 81 (Wet inschakeling werkzoekenden) wordt het in onderdeel F voorgestelde artikel 8 als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt na «3,» ingevoegd: 3a, .
2. Het vierde lid wordt vervangen door twee nieuwe leden, luidende:
4. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld omtrent de uitvoering van dit artikel, waarbij in ieder geval regels kunnen worden gesteld voor de inhoud van de overeenkomst met de in het tweede lid bedoelde natuurlijke of rechtspersoon, het verstrekken en verwerken van gegevens en de soort werkzaamheden.
5. De voordracht voor een krachtens het vierde lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
In artikel 127, tweede lid, wordt na «budgetten» ingevoegd:, begrotingen.
In artikel 128, tweede lid, vervalt de zinsnede «, waarbij de vaststelling, bedoeld in dat artikel 8, eerste lid, geschiedt aan de hand van het door de werkgever over te leggen reïntegratieverslag, bedoeld in artikel 71a van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering».
Deze nota van wijziging bevat wijzigingen die samenhangen met die in de tweede nota van wijziging van de SUWI-wet. Voorts wordt een enkele technische aanpassing voorgesteld alsmedeeen aanpassing in de artikelen die de uitbesteding van reïntegratietaken door de publieke opdrachtgevers aan reïntegratiebedrijven regelen.
Onderdelen A, B, onder a, en F, onder 2
Met de wijzigingen van artikel 72 WW, artikel 10 van de Wet REA en artikel 8 WIWwordt beoogd tot doel nauwkeuriger aan te geven waar de regeling bij of krachtens algemene maatregel van bestuur betrekking op kan hebben. Het gaat hier in het bijzonder om de relatie tussen de publiekrechtelijke opdrachtgevers en de reïntegratiebedrijven. Deze relatie zal nadere invulling vergen, waarbij nog niet te overzien is hoe en in welke mate regeling noodzakelijk is. Een belangrijk aandachtspunt is in ieder geval ook de gegevensverwerking en de gegevens, die tussen de publieke opdrachtgever en het reïntegratiebedrijf worden verstrekt. Teneinde directe betrokkenheid bij de totstandkoming van de nadere regelgeving op dit punt te realiseren is in een voorhang voorzien.
De verwijzing was niet in overeenstemming met de bedoeling, dit is gecorrigeerd.
Met deze wijziging wordt de definiëring van het Inlichtingenbureau aangepast aan het in de tweede nota van wijziging van de Wet SUWI voorgestelde artikel 44a.
In de nieuwe artikelen 68a van de Abw en 16a van de IOAW en de IOAZ wordt geregeld dat de bijstand wordt toegekend vanaf de dag van melding, tenzij op die dag nog geen recht op bijstand bestaat. Het komt namelijk voor dat mensen zich melden voordat zij bijvoorbeeld werkloos worden of gaan scheiden. In dat geval wordt de bijstand toegekend vanaf de dag dat het recht op bijstand bestaat. Het derde lid van deze artikelen is bedoeld om te voorkomen dat en te veel tijd verstrijkt tussen de melding en de aanvraag.
Met deze wijziging wordt dit artikel nader verduidelijkt.
Met deze wijziging worden de betreffende bepalingen in de Abw, IOAW en IOAZ afgestemd op de wijziging van artikel 45, zesde lid, van de Wet SUWI.
Met deze wijzigingen wordt geregeld dat als burgemeester en wethouders de CWI mandaat verlenen om besluiten te nemen inzake de verlening van bijstand of uitkering, derden de hiervoor benodigde gegevens aan de CWI moeten verstrekken.
Zie de toelichting bij onderdeel C.
Artikel 8, eerste lid, WIW regelt de mogelijkheid voor gemeenten om artikelen in de WIW te laten uitvoeren door een aangewezen rechtspersoon. Omdat via de nota van wijziging in de WIW het verstrekken van persoonsgebonden budgetten is geregeld (artikel 3a), dient in dit eerste lid ook verwezen te worden naar de uitvoering van het genoemde artikel 3a.
De wijziging van artikel 127 Invoeringswet SUWI maakt ook met betrekking tot de (goedgekeurde) begroting afwijkingen mogelijk die in verband met de invoeringsdatum van de wet nodig zijn.
In het kader van het overgangsrecht dat betrekking heeft op de nieuwe verantwoordelijkheidsverdeling tussen de werkgever en het UWV voor de reïntegratie van arbeidsgehandicapte werknemers is afgesproken dat voor werknemers die voor de inwerkingtreding van deze wet al ziek zijn aan de hand van het reïntegratieplan beoordeeld zal worden of er passende arbeid beschikbaar is in het bedrijf van de werkgever. Het nieuwe reïntegratieverslag zal moeten worden opgesteld voor werknemers die op of na de dag waarop dit wetsvoorstel in werking treedt ziek worden.
Directe link
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-27665-13.html