27 625 Waterbeleid

Nr. 258 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 april 2012

De Tweede Kamer heeft de regering bij motie (TK 27 625, nr. 215) verzocht erop toe te zien dat de waterschapsbelastingen zich slechts in lijn met de inflatie ontwikkelen en de Kamer tijdig te informeren indien de lasten in een waterschap met meer dan 5% jaarlijks dreigen te stijgen. Met deze brief geef ik voor het eerst uitvoering aan de motie.

In 2012 heeft de Unie van Waterschappen voor het eerst een apart boekje over de ontwikkeling van de waterschapsbelastingen uitgebracht. Dit is ook aan de Tweede Kamer verzonden. Het boekje bevat achtergrondinformatie over de belastingen van de waterschappen in 2012 en beoogt te voorzien in een toenemende belangstelling vanuit de politiek en de maatschappij voor de ontwikkeling van de waterschapstarieven.

Als we kijken naar de ontwikkeling van de belastingopbrengsten van de waterschappen in het perspectief van de overige decentrale overheden over meerdere jaren, kennen deze de laagste stijging.

 

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

Stijging «06-«12

Totaal gemeentelijke heffingen

6 532

6 810

7 299

7 673

7 812

8 019

8 304

27,1%

Totaal provinciale heffingen

1 136

1 215

1 318

1 399

1 441

1 473

1 486

30,8%

Totaal waterschapsheffingen

2 028

2 047

2 093

2 173

2 262

2 343

2 426

19,6%

Bron: Statline CBS, bedragen in miljoenen euro’s

Wat betreft de tariefstijging1 bij de waterschappen in 2012 geldt in zijn algemeenheid dat voor de meerderheid van burgers en bedrijven de stijging zich gemiddeld rond het voor 2012 verwachte inflatieniveau van ca. 2% bevindt. Voor zes verschillende profielen ziet de stijging er landelijk als volgt uit:

Gemiddelde belastingdruk in € per huishouden/bedrijf

2011

2012

Ontwikkeling 2011–2012

Meerpersoonshuishouden huurwoning

221

226

+2,2%

Meerpersoonshuishouden koopwoning

284

290

+2.3%

Agrarisch bedrijf

1 763

1 794

+1,8%

Natuurterrein

3 244

3 371

+3,9%

Groothandel

1 279

1 305

+2,0%

Metaalbedrijf

27 612

28 051

+1,6%

In het Unieboekje is voor drie standaardprofielen de procentuele stijging van de lastendruk in elk waterschap ten opzichte van 2012 vermeld (blz. 28–30). Het betreft de profielen: een meerpersoonshuishouden met een koopwoning van € 200 000,=, een agrarisch bedrijf en een metaalbedrijf. Hier is te zien dat de meeste waterschappen (ruim) onder de 5% stijging blijven, enkele komen er boven uit voor één of meer profielen.

Ik zie alle aanleiding om het ingeslagen traject voor Doelmatig Waterbeheer voort te zetten. De waterschappen zijn hard aan de slag om de afgesproken bezuinigingen daadwerkelijk te realiseren. De prestaties worden goed gemonitord door de waterschappen en het rijk. De ontwikkelingen voor dit eerste jaar geven mij vertrouwen over de prestaties, doelmatigheidswinst en tariefsontwikkeling richting 2020.

De staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, J. J. Atsma


X Noot
1

Gecorrigeerd voor de waarden van gebouwen (belastingdruk)

Naar boven