27 529
Informatie- en Communicatietechnologie (ICT) in de Zorg

nr. 44
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 november 2008

De Comissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft gevraagd te reageren op de persverklaring van het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP)1. In deze persverklaring heeft het CBP aangegeven dat de woordvoerder van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) in de Volkskrant ten onrechte stelt dat de recente brief van minister Klink van Volksgezondheid, Welzijn en Sport aan alle huishoudens over het elektronisch patiëntendossier (EPD) is verzonden om te kunnen voldoen aan een eis van het CBP. Het CBP geeft aan niet betrokken te zijn geweest bij de opstelling van de brief van de minister aan de burgers, noch bij de keuze van het moment waarop burgers worden geïnformeerd over het EPD en de wijze waarop zij bezwaar kunnen maken.

Het CBP geeft terecht aan dat hij niet betrokken is geweest bij de voorlichting en dat de brief niet is verzonden om te voldoen aan eisen die zijn gesteld door het CBP. Ten onrechte is per abuis aangegeven dat de brief op verzoek van het CBP is verzonden. Ik betreur deze gang van zaken en met deze brief wil ik dit graag rechtzetten.

In de persverklaring geeft het CBP verder aan dat uit de Wet bescherming persoonsgegevens volgt dat er in het geval van het EPD allereerst een wettelijke basis voor een verwerking van persoonsgegevens moet zijn. Uiteraard onderschrijf ik dit. In de WGBO is voor de hulpverlener de wettelijke verplichting neergelegd om een dossier in te richten. De WGBO laat de ruimte om dit dossier op elektronische wijze vorm te geven. Het EPD van een patiënt moet gezien worden als onderdeel van het dossier als bedoeld in de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO). In de vragen en antwoorden over de wettelijke basis voor het EPD die op de site van het CBP staan, www.mijnprivacy.nl, wordt dit bevestigd bij de volgende vraag:

«Bij de invoering van het landelijk EPD wordt niet mijn toestemming gevraagd; ik krijg alleen een mogelijkheid om bezwaar te maken. Is dit toegestaan?

Antwoord: Op grond van de Wet op de Geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO) kunnen medische gegevens aan derden worden verstrekt indien de betrokkene hiervoor toestemming geeft. Medische gegevens mogen ook verstrekt worden als dit voor uw behandeling noodzakelijk is. In dat geval mogen uw gegevens verstrekt worden aan degenen die rechtstreeks betrokken zijn bij de uitvoering van de behandelingsovereenkomst en aan degene die optreedt als vervanger van de hulpverlener.

Dit betekent dat voor het uitwisselen van uw medische gegevens een grondslag in de wet aanwezig is. U heeft echter wel het recht om aan te geven dat u de elektronische uitwisseling van uw gegevens niet wilt. Het ministerie van VWS heeft u daarom een bezwaarmogelijkheid geboden».

Hiermee geeft het CBP aan dat de basis voor de verwerking van persoonsgevens is gelegen in de WGBO. In de bijlage treft u een uitdraai van de vragen en antwoorden inzake het EPD van de website van het CBP aan.

Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven