27 426
Regels betreffende zelfstandige bestuursorganen (Kaderwet zelfstandige bestuursorganen)

nr. 14
AMENDEMENT VAN HET LID VAN DEN BERG

Ontvangen 7 februari 2002

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In hoofdstuk 5 wordt artikel 32 als volgt gewijzigd:

A. Voor de tekst wordt de aanduiding «1» geplaatst.

B. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

2. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zendt elke vijf jaar na de inwerkingtreding van deze wet aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk.

Toelichting

Dit amendement bewerkstelligt dat de Staten-Generaal, naast de beoordeling van het functioneren van zelfstandige bestuursorganen elke vijf jaar kan beoordelen of de Kaderwet zelf voldoet aan de doelstellingen van ordening, heldere toedeling van ministeriële verantwoordelijkheid, goede regeling van het financieel toezicht en inzichtelijkheid omtrent bestaande zelfstandige bestuursorganen. Een vergelijkbare bepaling is ook te vinden in artikel 30 van de Kaderwet Adviescolleges.

Van den Berg

Naar boven