Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 april 2019
Het lid Agema heeft mij verzocht om voor het Algemeen Overleg failliete ziekenhuizen
op 25 april 2019 te reageren op de strategische koers van de samenwerkende algemene
ziekenhuizen (SAZ): «Van ziekenhuis naar gezondheidsorganisatie: 28 regionale ziekenhuizen
lanceren nieuwe strategische koers» (Handelingen II 2018/19, nr. 71, Regeling van
Werkzaamheden).
Ik ben blij dat meerdere spelers in het ziekenhuislandschap, waaronder de SAZ, nadenken
over hun strategische koers en hun rol in dit landschap. De zorgsector is immers in
beweging. De vraag naar zorg neemt toe, we kunnen steeds meer, maar daartegenover
staat de krapte op de arbeidsmarkt en het gegeven dat het budget niet oneindig is.
In de brief die ik u heb toegezegd over mijn visie op de ontwikkelingen in de curatieve
zorg zal ik uitgebreider ingaan op de ontwikkelingen in het ziekenhuislandschap en
de rol die de verschillende spelers hierin spelen. Ik verwacht u de visiebrief voor
de zomer te sturen. Vooruitlopend hierop zal ik in deze brief, conform uw verzoek,
kort ingaan op de rol van de SAZ ziekenhuizen in dit geheel.
De SAZ geeft aan goed te willen inspelen op de veranderingen in het zorglandschap
en daarin steun ik de SAZ. Ook zij zullen eraan bij moeten dragen dat de zorg in de
regio goed geborgd en op lange termijn houdbaar blijft. De SAZ laat in haar strategische
koers ook zien deze rol op te pakken en levert hiermee een mooie bijdrage aan mijn
beleid rond de juiste zorg op de juiste plek. Ze zeggen in hun strategische koers:
«we zijn verweven met en verankerd in de regio. We kennen de bewoners, de lokale en
sociale structuren, werken nauw samen met de huisartsen, verpleeg- en verzorgingstehuizen,
thuiszorg en andere regionale zorgverleners. Op basis hiervan kunnen we de juiste
zorg en hulp organiseren en mobiliseren. Dát is de kracht van de SAZ ziekenhuizen».
En daar ben ik het helemaal mee eens.
Ik vind het belangrijk dat er regionaal ziekenhuizen blijven bestaan die een centrale
schakel vormen voor patiëntenzorg in de regio. Daarbij hoort ook dat de zorg toekomstbestendig
ingericht wordt. Het ziekenhuis van straks is niet meer het ziekenhuis van nu. We
zien steeds meer een verschuiving van zorgaanbod, door andere wijzen van zorgverlening,
vaak mede mogelijk gemaakt door technologische ontwikkelingen. Er zal er bijvoorbeeld
zorg verdwijnen uit de ziekenhuizen richting eerstelijn, thuiszorg en thuis. Dat zien
we ook terug in de cijfers, het aantal verpleegdagen in ziekenhuizen is gedaald van
bijna 10 miljoen in 2012 tot 8,4 miljoen in 2017. Ook het aantal dagbehandelingen
is gedaald van 2,1 miljoen in 2013 naar 1,4 miljoen in 20171. De SAZ laat zien dat ze deze beweging serieus nemen en niet vasthouden aan wat in
de toekomst niet meer thuishoort in een ziekenhuis.
Hierbij vind ik het belangrijk dat de SAZ ziekenhuizen samenwerken met andere partijen
in de regio. Dat ze met gemeenten, verzekeraars, andere zorgverleners en patiënten
bepalen wat de opgave is voor de regio: wat gaat er goed, wat kan beter? Hoe ziet
de arbeidsmarktopgave er uit? Welke zorgvraag stijgt hier? Welke zorg hoort waar thuis?
Zorg dat iedereen daar hetzelfde beeld van heeft, zodat de beweging die gezamenlijk
gemaakt wordt op elkaar aansluit en elkaar versterkt; anders ga je als regio onherroepelijk
vastlopen. Om die reden heb ik de SAZ opgeroepen om de samenwerking te blijven zoeken.
Naast het hebben van een belangrijke positie in de regio heeft de SAZ het in haar
strategische koers ook over haar ambitie wat betreft het op gang brengen van een vliegwiel
rond het bevorderen van gezondheid en kwaliteit van leven. Dit sluit goed aan bij
de bredere beweging waarbij preventie en gezondheidsbevordering meer in de schijnwerpers
staat. De Nederlandse Federatie van Universitaire Medische Centra (NFU) heeft onlangs
ook een mooi plan van aanpak aan mij aangeboden op het gebied van onderzoek naar zorg
en preventie. Ik zal inhoudelijk op dit plan reageren in een brief over de rol van
de umc’s in het zorglandschap die ik voor de zomer naar uw Kamer zal sturen. Ik heb
de umc’s en de SAZ gevraagd om in gezamenlijkheid te werken aan de uitwerking van
dit plan. Door kennis en expertise te verenigen kunnen goede praktijken, zoals het
BovenIJ ziekenhuis, waarbij een verbinding met het sociale domein ervoor zorgt dat
de patiënt minder vaak op de polikliniek komt, navolging krijgen in meer regio’s.
De Minister voor Medische Zorg, B.J. Bruins