26 991 Voedselveiligheid

Nr. 357 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 april 2013

Bijgaand ontvangt u de antwoorden op de aanvullende schriftelijke vragen van de vaste commissie voor Economische Zaken, mede ten behoeve van het AO Voedselfraude van 25 april a.s., 3e termijn.

De staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers

VVD

1. Waarom heeft de uitsnijderij uit Oss geen gehoor gegeven aan de oproep om het uitgeleverde vlees terug te halen?

De NVWA heeft het bedrijf meerdere malen in de gelegenheid gesteld en gesommeerd het geleverde vlees te traceren. Het bedrijf heeft daar niet aan voldaan. Naar aanleiding hiervan heeft de NVWA een last onder bestuursdwang opgelegd. Ten behoeve van het verzoek tot voorlopige voorziening heeft het betrokken bedrijf een bezwaarschrift tegen het genomen bestuursdwangbesluit ingediend. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 18 april jl. afgewezen. De bij het ministerie van Economische Zaken ingediende bezwaarprocedure loopt echter nog. Over de inhoud van het bezwaar kan ik gedurende de procedure niet ingaan.

2. Wat is stand van zaken van de terughaalacties die worden gecoördineerd door de NVWA?

De stand van zaken in de terughaalactie van het vlees van de uitsnijderij in Oss (Selten b.v.) is als volgt:

De NVWA heeft 132 mogelijke afnemers op 10 april jl met een brief geïnformeerd en gewezen op hun verantwoordelijkheid als levensmiddelenexploitant om producten die geproduceerd zijn met het vlees van Selten -en waarvan de herkomst onduidelijk is- uit voorzorg van de markt te halen. De NVWA heeft alle afnemers gebeld om ontvangst van de brief bevestigd te krijgen en eventuele vragen te beantwoorden. Op 19 april jl. heeft de NVWA alle afnemers die nog geen informatie aan de NVWA hadden verstrekt een tweede brief gestuurd.

Op 24 april 9:00 uur hebben 85 van de 132 afnemers bij de NVWA gemeld hoeveel vlees zij van Selten hebben afgenomen, in welke producten dat vlees is verwerkt, aan welke afnemers die producten zijn geleverd en welke acties zij in gang hebben gezet.

Van de 85 afnemers is de tussenrapportage als volgt:

  • 1) Bij 43 afnemers kan o.a. op basis van de houdbaarheidsdatum van de producten worden geconcludeerd dat deze producten zich niet meer op de markt bevinden. Van de markt halen is dan niet meer mogelijk.

  • 2) 30 afnemers hebben de procedures om de met het vlees van Selten geproduceerde producten van de markt te halen, in gang gezet. Zij hebben hun producten aan in totaal 368 afnemers (2e ketenschakel) geleverd. Van de via de terugmeldingsinformatie in beeld zijnde 368 afnemers in de tweede ketenschakel, heeft de NVWA van 69 bedrijven informatie ontvangen. Bij deze 69 afnemers zijn geen producten meer aanwezig. 3 van deze 69 bedrijven hebben producten doorgeleverd aan een derde ketenschakel. Van de overige 66 zijn de producten niet meer op de markt.

  • 3) 11 afnemers hebben nog geen stappen ondernomen om de betreffende producten van de markt te halen. De NVWA bezoekt deze bedrijven en neemt waar nodig passende maatregelen.

De afnemers die zich nog niet bij de NVWA gemeld hebben worden door de NVWA bezocht. De NVWA zal dan eerst moeten vaststellen of deze bedrijven daadwerkelijk afnemers zijn van Selten. Wanneer dit het geval is zullen de betreffende bedrijven procedures moeten inleiden om de partijen alsnog te traceren en zo mogelijk van de markt te halen. Als bedrijven hieraan geen gehoor geven, dan zijn ze in overtreding en zal de NVWA passende maatregelen nemen. Hiervoor zijn diverse bestuursrechtelijke (bijv. bestuurlijke boete) en strafrechtelijke instrumenten beschikbaar.

Op basis van de uitkomsten en de rapportages van de 132 mogelijke afnemers onderzoekt de NVWA welke vervolgstappen het bedrijfsleven in de opvolgende ketenschakels moet ondernemen en in hoeverre en in welke mate producten van de markt moeten worden gehaald, voor zover deze zich nog op de markt bevinden.

Van de 50 duizend ton vlees, die volgens de administratie van Selten is uitgeleverd, is circa de helft (23 duizend ton) geleverd aan afnemers in Nederland. De verwachting is dat het merendeel van dit vlees zich niet meer op de markt bevindt. Van deze 23 duizend ton vlees is circa de helft geleverd aan koel- en vrieshuizen. Aangezien koel- en vrieshuizen in de regel geen eigenaar zijn van het opgeslagen vlees, is dat vlees mogelijk feitelijk uitgeleverd aan afnemers van Selten. Ruim 1,5 duizend ton opgeslagen vlees is in bewaring genomen door de NVWA. De NVWA onderzoekt momenteel welke bestemming het resterende vlees dat volgens de administratie van Selten aan de vrieshuizen is geleverd, heeft gekregen. Zodra de rapportages gereed zijn en administratief onderzoek is afgerond zullen wij de definitieve gegevens aan de Tweede Kamer sturen. De NVWA heeft de lidstaten waar aan afnemers vlees is geleverd door Selten via een RASFF melding op de hoogte gebracht. Het is aan die lidstaten om verdere maatregelen te nemen.

Bedrijven die nog geen terugmelding hebben gedaan, zullen door een NVWA-inspecteur worden bezocht om toe te zien welke acties deze bedrijven hebben ondernomen.

Wat betreft de terugroepacties naar aanleiding van het onderzoek naar het verdachte vlees uit Polen: zoals in onze brief van 12 april jl. (Kamerstuk 26 991, nr. 348) is aangegeven zijn de producten, waarvan in het onderzoek is aangetoond dat deze paarden-DNA of residuen van oxytetracycline bevatten, waar nodig teruggeroepen. Het onderzoek naar de door de Poolse autoriteiten aangewezen verdachte partijen vlees is nog niet geheel afgerond.

3. Hebben lidstaten in vergelijkbare gevallen zoals de uitsnijderij uit Oss hetzelfde gereageerd als de NVWA door bijvoorbeeld 50.000 ton vlees terug te halen?

De recall bij de uitsnijderij in Oss wijkt af van de in diverse lidstaten lopende onderzoeken, omdat het hier gaat om meer dan enkel de verdenking op fraude met paardenvlees. De herkomst van het vlees is onbekend, waardoor niet bekend is of het vlees aan de voedselveiligheidsvoorschriften voldoet.

De betrokken Lidstaten hebben via het RASFF-systeem nog niet gemeld welke acties zij ondernemen naar aanleiding van de Nederlandse RASFF-melding over het vlees van Selten.

4. Wat zijn de juridische redenen voor het niet openbaar maken van de lijst met bedrijfsnamen van 132 afnemers? En hoe staat in relatie tot het «stoplichtenmodel» waar de NVWA momenteel aan werkt om in het kader van transparantie controlegegevens openbaar te maken?

Ingevolge de privacywetgeving mag de NVWA de namen van betrokken ondernemers niet openbaar maken zonder toestemming van deze ondernemers.

De mogelijke afnemers zijn in de gelegenheid gesteld hun eigen verantwoordelijkheid te nemen en de recall te organiseren. Afnemers waarvan aangetoond is dat ze vlees van Selten hebben afgenomen en niet hebben voldaan aan de wettelijke verplichting tot het traceren van de partijen en het, waar nodig, uit de markt halen, zijn in overtreding. De NVWA neemt hier maatregelen, waaronder het in principe openbaar maken van de namen van betreffende ondernemers. De namen van ondernemers die bestuursrechtelijk of strafrechtelijk vervolgd zijn kunnen openbaar worden gemaakt indien daar toe wordt besloten.

Het actief openbaar maken volgens het «stoplichtenmodel», dat nu nog in ontwikkeling is bij de NVWA, betreft andere gegevens. Het gaat in dit geval om het actief openbaar maken van de controlegegevens van de NVWA. De namen van afnemers betreffen geen controlegegevens, maar uitsluitend namen van de afnemers die mogelijk betrokken zijn bij de ingezette recall. Dit zijn geen controlegegevens. In het geval van controlegegevens is de ondernemer zelf van invloed op het resultaat dat gepubliceerd gaat worden. Bij een recall is dit niet het geval.

5. Waarom vond de NVWA het noodzakelijk om 50.000 ton vlees terug te halen, terwijl er geen sprake was van een gevaar van de volksgezondheid?

De proportionaliteit van het besluit tot de terughaalactie is afgewogen tegen het risico van voedselveiligheid. De herkomst van het vlees van Selten is door de (vermoedelijk) frauduleus opgestelde administratie en criminele handelwijze niet herleidbaar, waardoor niet is vast te stellen dat dit vlees aan alle voedselveiligheidsvoorschriften voldoet en bijvoorbeeld de vereiste keuringen op hygiëne en dierziekten heeft ondergaan. Op grond van geldende wet- en regelgeving (Algemene Levensmiddelenverordening) moet het vlees daarom als niet geschikt voor humane consumptie of diervoeder worden beschouwd. Vlees dat ongeschikt is voor humane consumptie mag niet op de markt worden gebracht. Vlees dat al op de markt is gebracht, moet uit voorzorg van de markt worden gehaald. Op basis van de uitkomsten en de rapportages van de 132 mogelijke afnemers onderzoekt de NVWA welke vervolgstappen het bedrijfsleven in de opvolgende ketenschakels moet ondernemen en in hoeverre en in welke mate producten van de markt moeten worden gehaald, voor zover deze zich nog op de markt bevinden.

De volgende feiten ondersteunen het genomen besluit:

  • Uit een RASFF-melding van het Verenigd Koninkrijk is bekend dat Selten in mei 2012 een paardenkarkas met de pijnstiller fenylbutazon aangeleverd heeft gekregen. Selten heeft dit karkas niet kunnen traceren.

  • Uit een RASFF-melding uit Portugal is bekend dat fenylbutazon is aangetroffen in hamburgers en gehaktballen, geproduceerd met vlees uit Nederland en Spanje. De Nederlandse leverancier was Selten.

Naast deze aspecten is er ook sprake van de sterke verdenking van fraude, omdat Selten paardenvlees heeft vermengd met rundvlees zonder dit te vermelden.

6. Welke acties heeft de Poolse overheid ondernomen richting het Poolse bedrijf dat paardenvlees als rundvlees verkocht aan Nederlandse (productie) bedrijven?

De Poolse autoriteiten hebben gemeld dat er een strafrechtelijk onderzoek loopt tegen het bedrijf dat als rundvlees geëtiketteerd paardenvlees heeft geleverd aan onder andere Nederlandse bedrijven.

7. Wat staat er in het gelanceerde 5 punten-actieplan dat door de Europese Commissie is opgesteld?

De Europese Commissie vindt in het algemeen dat de wetgeving fundamenteel toereikend is gebleken en de problemen bij de implementatie liggen. Men wil uit de gemaakte ervaringen leren en zo nodig aanpassingen doorvoeren op de volgende gebieden:

  • 1. raude bestrijding: Dit betreft de verdere uitbouw van de bestaande systemen, waaronder de rol van Europol en een betere informatie-uitwisseling tussen de lidstaten bij (verdenkingen van) fraude.

  • 2. estprogramma’s: De resultaten van het Europees ketenonderzoek op paarden DNA en fenylbutazon worden beoordeeld en zo nodig worden passende vervolgmaatregelen genomen.

  • 3. aardenpaspoort: In de lidstaten wordt geïnventariseerd, hoe de EU regels voor paardenpaspoorten en identificatie van paarden beter kunnen worden gehandhaafd, zodat fraude met de identiteit en met de geschiktheid van paarden voor humane consumptie beter kan worden voorkomen. Het gaat hierbij ook om de eventuele verplichte invoering van een centrale database voor paarden bij alle lidstaten.

  • 4. fficiële controles: bij de (lopende) herziening van de EU controleverordening ((EG)/882/2004) worden voorstellen meegenomen ten aanzien van voldoende hoge, ontmoedigende financiële boetes bij moedwillige overredingen, regelmatige, onaangekondigde officiële controles om fraude te bestrijden, eventuele aanvullende uitvoeringsregels t.a.v. verplichte testprogramma’s en de hygiëne van paardenvlees.

  • 5. erkomstetikettering: Hier wordt op basis van een in het najaar verwacht Commissierapport over de haalbaarheid van verplichte herkomstetikettering van vlees als ingrediënt voorstellen uitgewerkt. Daarnaast wordt op basis van haalbaarheidsstudies bepaald op welke wijze (welke fase in het voortbrengingsproces) de herkomst van vlees en de vrijwillige herkomstetikettering moeten worden geëtiketteerd. Tenslotte volgt in 2014 een haalbaarheidsstudie van de uitbreiding van de herkomstetikettering naar andere producten zoals melk, onverwerkte levensmiddelen, ingrediënten die meer dan 50% van het levensmiddel uitmaken.

In het actieplan worden acties genoemd, die wij inmiddels ook al ter hand nemen zoals het uitvoeren van specifieke monitoringsprojecten om na te gaan of producten juist geëtiketteerd zijn. De Nederlandse ambitie voor een Europees register voor fraudeurs past bij het streven van de Commissie naar betere informatie-uitwisseling tussen lidstaten bij fraude.

Ook onze ambitie voor een sluitend verplicht EU-systeem voor identificatie en registratie van paarden past bij het actieplan. Ten aanzien van de boetes hebben wij reeds aangekondigd de boetecategorieën in de Wet Dieren te willen verhogen.

Gezien de impact van de paardenvleesaffaire op de gemeenschappelijke EU markt en de Europese consument bestaat er draagvlak bij alle lidstaten voor het plan van de Commissie. Bij de verdere discussie zal blijken op welke wijze de verschillende wensen en ambities van de lidstaten in een gemeenschappelijk voorstel van de Commissie verenigd kunnen worden. Wij willen daar nu niet op vooruitlopen, maar wij zullen de EU commissie actief steunen bij de geplande acties.

8. Bestaat er draagvlak in Europa voor het plan voor een sluitend verplicht EU-systeem voor identificatie en registratie van paarden, een Europees register voor fraudeurs en voor een verbeterde en snellere informatie-uitwisseling tussen lidstaten bij voedselfraude?

Zie vraag 7.

9. Wat vindt u van de uitspraken van de rechter deze week waarin de rechter zich afvroeg of de NVWA geen andere mogelijkheden had nu het ging om «drieënhalve pony en een paard» en of terughalen van vlees over een periode van 1 januari 2011 tot februari 2013 in heel Europa, terwijl er geen gevaar is voor de volksgezondheid wel proportioneel is?

Voor de overwegingen van de terughaalactie verwijzen wij u naar antwoorden op vraag 5 en 23.

De voorzieningenrechter heeft in de uitspraak over de voorlopige voorziening geen uitspraak gedaan over de actie van de NVWA, anders dan dat de rechter het verzoek tot voorlopige voorziening heeft afgewezen omdat er geen sprake is van spoedeisend belang. Het strafrechtelijk onderzoek naar de totale omvang van de fraude loopt nog. Het onderzoek van de NVWA heeft op basis van een deel van de administratie tot nu toe aangetoond dat Selten minstens 300 ton paardenvlees heeft ingekocht. Uit monsteronderzoek van de voorraad van ruim 1,5 duizend ton vlees van Selten is in 35 van de 168 monsters paardenvlees aangetoond. Daarnaast gaat het hier niet alleen om het als rundvlees verkopen van paardenvlees. De belangrijkste reden om het vlees van de markt te halen is dat niet aangetoond kan worden dat het vlees aan de voedselveiligheidsvoorschriften voldoet.

PVDA

10. In hoeverre geeft de huidige etiketteringsplicht de consument inzicht in de achterliggende keten en route van het vlees dat verwerkt is in levensmiddelen?

Op dit moment is er geen regelgeving die bepaalt dat de consument inzicht moet krijgen in de herkomst van vlees dat verwerkt is in levensmiddelen. In het kader van de in december 2011 vastgestelde EU Verordening voor voedselinformatie voor consumenten wordt nu een studie uitgevoerd om de haalbaarheid van een verplichting van herkomstetikettering van vlees als ingrediënt na te gaan.

In deze studie worden diverse zaken afgewogen, zoals de behoefte bij de consument, de kosten en administratieve lasten van een dergelijke verplichting.

De uitkomsten van deze studie worden in het najaar verwacht. Dan volgt een discussie tussen de lidstaten over de uitkomsten van de studie (zie ook vraag 7 over actieplan EU).

11. Welke etiketteringsplicht geldt er voor welke categorieën, moet al het vlees vermeld worden op het etiket? Wanneer wel en wanneer niet?

Op grond van artikel 5 van het Warenwetbesluit Etikettering van Levensmiddelen (WEL) moeten op voorverpakte eet- en drinkwaren onder andere worden vermeld een lijst met ingrediënten en in een aantal gevallen – bijvoorbeeld als in de benaming van het product het ingrediënt voorkomt – de hoeveelheid van een ingrediënt of van een categorie van ingrediënten.

De artikelen 6 en 7 en bijlage I van het WEL bepalen dat op het etiket de informatie over het soort vlees dat in het product aanwezig is vermeld moet worden. Dus wanneer paardenvlees in een product is verwerkt, moet in de ingrediëntenlijst het volgende worden vermeld: «paardenvlees».

12. Wat zijn de regels in andere Europese landen voor wat er op het etiket van een product met vlees vermeld moet worden?

Het Warenwetbesluit Etikettering van Levensmiddelen is een implementatie van de Europese richtlijn nr. 2000/13/EG inzake de etikettering en presentatie van levensmiddelen. In deze richtlijn zijn de verplichtingen zoals hierboven genoemd opgenomen. Alle EU lidstaten hebben de verplichting om deze richtlijn te implementeren en uit te voeren.

13. Is er een overzicht beschikbaar van bedrijven in Europa die zich schuldig gemaakt hebben aan voedselfraude en zo ja, welke bedrijven op deze lijst zijn inmiddels veroordeeld en op basis van welke overtredingen is dat dan gebeurd?

Nee. Zoals wij in de brief van 12 april jl. aan uw Kamer hebben aangegeven, maken wij ons er sterk voor dat er een Europees register komt voor voedselfraudeurs. Dit is een Nederlandse ambitie voor het onderdeel «fraudebestrijding» uit het 5-puntenplan van de Europese Commissie (zie vraag 7.)

14. De recall van uitsnijderij in Oss gaat om vlees geproduceerd in de periode vanaf 1 januari 2011; welk percentage van deze partij is er naar verwachting daadwerkelijk nog van de markt te halen en welk percentage is vermoedelijk reeds geconsumeerd?

De NVWA onderzoekt op basis van de informatie van betrokken afnemers in welke producten het vlees is verwerkt en wat de uiterste houdbaarheidsdatum van deze producten is. De hoeveelheid die nog op de markt is hangt vooral af van de houdbaarheidsdatum van de producten. De verwachting is dat het merendeel zich niet meer op de markt bevindt. Concrete uitspraken kunnen hierover nog niet worden gedaan.

15. Hoe kon het dat een bedrijf dat al eerder in opspraak is geraakt toch door mag gaan met het verkopen van zijn vlees?

Zie vraag 23 vi.

16. Hoe kunnen wederverkopers en supermarkten zelf actie nemen in het van de markt halen van producten betrokken bij deze voedselfraude, zonder te moeten wachten op een bericht van hun leverancier, als de lijst met bedrijfsnamen van de 132 afnemers niet openbaar gemaakt kan worden?

Wederverkopers en supermarkten kunnen zelf contact opnemen met hun leveranciers om hen te vragen of zij afnemer zijn van vlees van Selten.

17. Hoe beoordeelt u het handelen van de NVWA inzake de vleesverwerker Selten in Oss. De NVWA had al in februari aanwijzingen van de vermeende fraude met het vlees, maar ging pas in april over tot actie. Wat is er in de tussenliggende periode gebeurd?

De NVWA Inlichtingen- en Opsporingsdienst heeft op 15 februari onder leiding van het Openbaar Ministerie een inval gedaan bij Selten. Vanaf dat moment heeft de NVWA actie ondernomen ten behoeve van de voedselveiligheid. De erkenning van het bedrijf is vanaf 15 februari geschorst. Na tussenkomst van de rechter heeft de NVWA de schorsing vervangen door verscherpt, dagelijks toezicht.

Vanaf het moment dat in het strafrechtelijk onderzoek de conclusie kon worden getrokken dat de administratie zodanig (vermoedelijk) frauduleus was opgezet en dat de herkomst van het vlees niet meer was te herleiden, heeft de NVWA Selten herhaaldelijk gesommeerd om de herkomst alsnog te herleiden. De NVWA heeft op 9 april het bedrijf een last onder bestuursdwang opgelegd om het uitgeleverde vlees uit voorzorg van de markt te laten halen en de afnemers te informeren, zodat zij hetzelfde kunnen doen voor alle uitgeleverde producten waar het betreffende vlees in is verwerkt. Selten heeft hieraan geen gehoor gegeven, waarna de NVWA op 10 april zelf de afnemers heeft geïnformeerd teneinde de producten van de markt te laten halen.

Dit proces laat zien dat er tijd nodig is om in een het strafrechtelijk onderzoek bewijzen te vergaren en conclusies over de administratie te kunnen trekken (tussen 15 februari en 26 maart). Het onderzoek naar de administratie was omvangrijk en complex. Het betreft een omvangrijke administratie, die (vermoedelijk) frauduleus is opgezet, en waarin onjuistheden en afwijkingen zijn geconstateerd.

Ook is er in het bestuursrechtelijke traject tijd nodig (tussen 26 maart en 9 april) om het bedrijf in de gelegenheid te stellen zijn verplichtingen na te komen voordat de overheid zelf optreedt. Zorgvuldigheid is hier van groot belang, zeker in een zaak van deze omvang en complexiteit. Het was noodzakelijk om zeker te stellen dat de herkomst niet alsnog kon worden bepaald, om te voorkomen dat vlees onnodig van de markt zou worden gehaald.

De afspraak met het Openbaar Ministerie is dat bevindingen die duiden op een direct risico voor de volksgezondheid meteen ter beschikking van het toezicht worden gesteld. Desalniettemin laat dit proces zien dat er een zekere spanning is tussen de doelen van het strafrechtelijk onderzoek (het opsporen en bewijzen van fraude) en het toezicht (het waarborgen van de voedselveiligheid).

18. Kan worden uitgesloten dat in de 2 miljoen kilo vlees die nog in de vriezer ligt bij Selten paardenvlees verwerkt is?

19. Kan zolang niet uitgesloten is dat in de 2 miljoen kilo in de vriezer bij Selten paardenvlees zit wel overgegaan worden tot verkoop?

20. Bent u bereid hier onderzoek naar te doen? Zo neen, waarom niet

Er zijn 168 monsters genomen van de vleesvoorraad en in 35 monsters is paarden-DNA aangetroffen. Er is dus vastgesteld dat een (relevant) deel van de vleesvoorraad die als rundvlees is geëtiketteerd, ook paardenvlees bevat. Het vlees is in bewaring bij de NVWA. Het vlees wordt pas vrijgegeven voor verkoop als de herkomst van het vlees is aangetoond, het aan de veiligheidsvoorschriften voldoet en als het correct is geëtiketteerd. Het is aan de eigenaar van het vlees om aan te tonen dat het vlees aan de wet- en regelgeving voldoet.

21. Kunt u de consument informeren bij welke winkels bij Selten afkomstig vlees aan de consument verkocht is/wordt?

Nee. De NVWA krijgt deze informatie van de directe afnemers in de keten en daaropvolgende schakels. Het onderzoek naar alle schakels in de keten is nog niet afgerond. Zie verder beantwoording vraag 26.

CDA

22. Op 16 april wordt via de volgende uitspraak van een rechter via de media vernomen: «de NVWA wordt gebrek aan steekproeven verweten». En ook dat «de vleesverwerker geen gelegenheid is geboden om gegevens te controleren» (Bron: Brabants dagblad 16 april jl.) Kunt u naar aanleiding van deze berichtgeving een update geven over de laatste stand van zaken, het verloop van de rechtszaak en hoe u de uitkomsten van de rechtszaak duidt?

De rechter heeft op 19 april jl uitspraak gedaan en het verzoek van het bedrijf om een voorlopige voorziening te treffen afgewezen. Op basis daarvan heeft de NVWA de reeds ingezette acties voortgezet.

D66

23. Kunt u een feitenrelaas samenstellen, waarin nauwkeurig uiteengezet wordt hoe de beslissing om 50.000 ton vlees terug te roepen tot stand is gekomen, daarbij specifiek aandacht bestedende aan (i) de feiten die ten grondslag lagen aan deze beslissing; (ii) de aannames die ten grondslag lagen aan deze beslissing; (iii)de zowel nationaal als internationaal geconsulteerde betrokkenen bij de totstandkoming van deze beslissing; (iv) de wijze waarop het ministerie betrokken is geweest bij de totstandkoming van dit besluit;(v) de vooraf ingeschatte en daadwerkelijke gevolgen van dit besluit; (vi) eventueel geleerde lessen van het hele proces?

De beslissing om de vermoedelijke afnemers van het vlees van Selten te wijzen op hun verantwoordelijkheden dat het vlees en de daarmee geproduceerde producten van de markt moeten worden gehaald, is genomen op basis van:

i. en ii: Feiten en aannames

  • De bevinding uit het strafrechtelijk onderzoek van 26–3, dat:

    • partijen vlees (vermoedelijk paardenvlees) van onbekende herkomst zijn in- en uitgeslagen;

    • het bedrijf meer vlees uitslaat dan inslaat;

    • als rundvlees gekenmerkte partijen paardenvlees bevatten of paardenvlees zijn.

  • Het herhaaldelijk niet voldoen door Selten aan verzoeken van de NVWA (op 29 maart, 2, 5, en 8 april) om het vlees te traceren en de herkomst van het vlees op te helderen; en het niet voldoen aan het besluit tot last onder bestuursdwang van 9 april.

  • De voorschriften in de Algemene Levensmiddelenverordening dat vlees waarvan de herkomst niet kan worden teruggetraceerd beschouwd moet worden als ongeschikt voor humane consumptie en diervoeder en dat zulk vlees uit voorzorg van de markt moet worden gehaald.

iii.en iv: Geconsulteerde betrokkenen en betrokkenheid departement

De NVWA heeft op grond van de regelgeving als bevoegde autoriteit een eigen verantwoordelijkheid om een recall in te zetten. Gezien de omvang van deze recall heeft de NVWA echter een aantal partijen vooraf geraadpleegd:

  • Bureau Risicobeoordeling geconsulteerd m.b.t. de risico’s van paardenvlees van onbekende herkomst.

  • Met de departementen is afgestemd ter voorbereiding van de besluitvorming.

  • Collegiale consultatie Franse autoriteiten.

  • Het Openbaar Ministerie

v. de vooraf ingeschatte en daadwerkelijke gevolgen van het besluit

De potentiële omvang van de recall is meegewogen in de beslissing, waarbij het belang van de voedselveiligheid bepalend is geweest. De onbetrouwbare administratie van Selten bood de NVWA geen mogelijkheid om de recall te beperken in omvang en periode. Op basis van de uitkomsten en de rapportages van de 132 mogelijke afnemers wordt bepaald in hoeverre en zo ja in welke mate de lopende terughaalactie in de 2e ketenschakel moeten worden voortgezet. Onderdeel hiervan is onderzoek naar de voedselveiligheid van de producten voor zover zich deze nog op de markt bevinden.

vi. eventueel geleerde lessen uit het proces

Ondernemers moeten voldoen aan de geldende wet- en regelgeving en de NVWA houdt hier toezicht op. Dat geldt ook voor eerder in opspraak geraakte ondernemers. Als uit dit toezicht verdenkingen van fraude rijzen zal de NVWA hiernaar een onderzoek instellen en de nodige maatregelen nemen.

De NVWA is bij het bedrijf geweest om inspecties uit te voeren. In de periode 2010–2012 zijn er acht inspecties geweest van de NVWA. Tijdens deze inspecties is er, bij het beantwoorden van specifieke vragen met betrekking tot het traceren en identificeren van partijen, geen aanleiding geweest om een verder onderzoek in te stellen naar de administratie van dit bedrijf.

Naast het reguliere toezicht heeft de Inlichtingen- en Opsporingdienst van de NVWA op basis van inlichtingeninformatie aanleiding gezien een strafrechtelijk onderzoek naar het bedrijf te starten, waarin met opsporingstechnieken de (vermeende) fraude aan het licht is gebracht.

De NVWA heeft besloten haar toezichtstrategie te herzien, waarbij naast onderzoek naar de voedselveiligheid ook vaker en uitgebreider onderzoek zal worden gedaan naar administraties en verdachte handelsstromen. Dit zal voor de zomer in gang worden gezet.

PvdD

24. Deelt u de mening dat er vanwege de onduidelijke herkomst van het vlees afkomstig van het bedrijf in Oss een potentieel risico voor de voedselveiligheid en daarmee voor de volksgezondheid niet uit te sluiten is? Zo nee, waarom niet?

Zie de beantwoording van vraag 5.

25. Kunt u aangeven waarom de NVWA heeft gekozen voor een uiterlijke rapportagetermijn van 14 dagen en daarbij aangeven waarop deze termijn van 14 dagen is gebaseerd? Welke overwegingen lagen hieraan ten grondslag en op basis van welke wettelijke regels meent u af te kunnen wijken van de 4-uurs eis?

In artikel 19 van de Algemene Levensmiddelenwetgeving staat duidelijk dat een exploitant onmiddellijk de procedures moet inleiden om het betrokken levensmiddel uit de handel te nemen en de bevoegde autoriteiten daarvan in kennis te stellen. Er is geen wettelijke norm voor een exacte reactietijd in verband met tracering. De reactietijd mag de uitvoering van de terughaalactie niet onnodig vertragen.

De NVWA hanteert voor het terugmelden van de traceringinformatie in de praktijk een richttermijn van vier uur bij duidelijk afgebakende en herleidbare partijen. De aangeschreven afnemers moeten direct actie ondernemen.

De directe afnemers van Selten en de afnemers in de volgende schakels in de keten moeten de genomen acties zo spoedig mogelijk melden aan de NVWA.

Iedere afzonderlijke schakel moet uitzoeken welke zending(en) in de afgelopen twee jaar zijn ontvangen, wat er binnen het bedrijf met deze partijen is gebeurd en aan wie de hieruit vervaardigde producten zijn afgeleverd. Dit kost tijd.

Aangezien de keten tussen uitsnijderij en winkelschap uit een aantal schakels kan bestaan, heeft de NVWA een uiterlijke rapportagetermijn van 14 dagen gesteld voor complete informatie over de betreffende producten en genomen acties van alle schakels in de keten. Dit ontslaat de ondernemers niet van de plicht om direct actie te ondernemen. De NVWA ziet hier op toe.

26. Hoe kan worden gesteld dat de lijst van afnemers niet openbaar gemaakt kan worden omdat er geen gevaar zou zijn voor de voedselveiligheid en dus volksgezondheid, terwijl onbekend is waar het vlees vandaan komt en wat ermee is gebeurd?

Er is een verschil tussen een direct gevaar voor de volksgezondheid en het uit voorzorg van de markt halen van vlees. In het geval van voorzorg is nog geen sprake van een direct gevaar, maar er is ook geen zekerheid dat het aan de voedselveiligheidsvoorschriften voldoet. Zie ook de beantwoording van vraag 4.

27. Bent u bereid de lijst met afnemers alsnog openbaar te maken, zodat consumenten tijdig worden gewaarschuwd? Zo nee, welk handelingsperspectief kunt u geven aan consumenten die geen enkel risico willen lopen dat zij omgekat paardenvlees eten, nu de consument in het ongewisse wordt gelaten over de afnemers van 50 miljoen kilo verdacht vlees?

De NVWA weet nog niet in welke producten het vlees is verwerkt. Ze krijgt deze informatie van de directe afnemers in de keten en daaropvolgende schakels. Het is daarbij een verantwoordelijkheid van de afnemers om hun afnemers weer te informeren als zij aan hen vlees of producten hebben geleverd. Deze producten kunnen zich mogelijk nog op de markt bevinden.

Levensmiddelenexploitanten moeten consumenten alleen informeren als er sprake is van een direct gevaar voor de volksgezondheid. Dat is nu niet het geval. Het is nu aan de bedrijven om de producten waar het betreffende vlees is verwerkt is van de markt te halen, zodat consumenten deze producten niet meer kunnen kopen. Zodra er aanleiding is dat consumenten geïnformeerd moeten worden, zal dit direct worden gedaan.

28. Bent u bereid de lijst van afnemers ten minste openbaar te maken aan supermarkten, zodat deze producten uit hun schappen kunnen halen, en bent u bereid voor toekomstige gevallen te regelen dat het openbaar maken van de lijst van afnemers aan supermarkten voortaan het standaard protocol wordt? Zo nee, waarom niet?

Het is nu niet mogelijk de lijst met namen van afnemers bekend te maken aan supermarkten. Zie voor toelichting over openbaarmaking vraag 4.

Overigens kunnen de supermarkten ook zelf bij hun toeleveranciers nagaan wat de herkomst van hun producten is en daarbij nagaan of er mogelijk producten uit deze keten afkomstig zijn. De bedrijven hebben hierbij hun eigen verantwoordelijkheid.

29. Is al bekend waar op de lijn Polen-Nederland het vlees afkomstig uit Polen is omgekat? Zo nee, waarom duurt dit zo lang en wanneer is dit duidelijk?

Nee. De Poolse autoriteiten hebben gemeld dat er een strafrechtelijk onderzoek loopt tegen het bedrijf dat als rundvlees geëtiketteerd paardenvlees heeft geleverd aan Nederlandse bedrijven.

Naar boven